direct naar inhoud van Artikel 19 Waarde - Cultuurhistorie
Plan: Kern Partij-Wittem
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1729.BPLKOM06000-VG01

Artikel 19 Waarde - Cultuurhistorie

19.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud van ter plaatse bestaande cultuurhistorische en oudheidkundig waardevolle elementen (monumenten en beeldbepalende bebouwing) en patronen (beplantingspatronen, verkavelingen, wegenpatronen, het stedenbouwkundig beeld).

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de diverse bestemmingen zijn de desbetreffende regels, voor zover niet strijdig met dit artikel, van toepassing, met inachtname van de voorrangsregels uit artikel 30.2.

19.2 Bouwregels
19.2.1 Karakteristieke bebouwing

Op de voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden, met daarop 'karakteristieke bebouwing', zoals vastgelegd bij lijst in bijlage 1 'overzicht karakteristieke bouwwerken' bij de regels, wordt uitsluitend gebouwd indien rekening wordt gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden, met dien verstande, dat:

  • a. de gevels in de aangegeven bouwgrenzen zullen worden gebouwd.
  • b. geen wezenlijke veranderingen worden aangebracht in de aangegeven kapvorm, hoogtematen, gevel- en raamindeling, zulks met inbegrip van waardevolle details als erkers, dakkapellen, kroonlijsten, pilasters, plinten, stoeptreden, kozijnen, dorpels en soortgelijke bouwdelen, waarbij vooraf advies van de Monumentencommissie is gevraagd.
19.2.2 Uitsluiting

Het onder artikel 19.2.1 bepaalde is niet van toepassing voor:

  • a. werken of werkzaamheden in het kader van herstel en reconstructie;
  • b. werkzaamheden, onderhoudswerkzaamheden gericht op de instandhouding van terreinen en gebouwen met cultuurhistorische waarden;
  • c. werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
  • d. werken of werkzaamheden welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde (omgevings)vergunning/ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd.
19.3 Afwijken van de bouwregels
19.3.1 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van bouwen van gebouwen

Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning (voorheen: ontheffing) verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 19.2.1 voor het bouwen op de gronden aangewezen als 'Waarde - Cultuurhistorie', met dien verstande dat:

  • a. uitsluitend wordt gebouwd indien rekening wordt gehouden met de aanwezige cultuurhistorische waarden:
  • b. de gevels in de bouwgrenzen zullen worden gebouwd;
  • c. geen wezenlijke veranderingen worden aangebracht in de aangegeven kapvorm, hoogtematen, gevel- en raamindeling, zulks met inbegrip van waardevolle details als erkers, dakkapellen, kroonlijsten, pilasters, plinten, stoeptreden, kozijnen, dorpels en soortgelijke bouwdelen;
  • d. vooraf advies wordt gevraagd van een de Monumentencommissie.
19.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
19.4.1 Sloopvergunningsplichtige bouwwerken

Het is verboden op of in de voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zonder of in afwijking van omgevingsvergunning (voorheen: sloopvergunning) van het bevoegd gezag karakteristieke bebouwing te slopen.

19.4.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in artikel 19.4.1 is niet van toepassing voor sloopwerkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip verleende (omgevings)vergunning/ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd.

19.4.3 Toelaatbaarheid

De sloopwerkzaamheden als bedoeld onder artikel 19.4.1 zijn slechts toelaatbaar indien:

  • a. de cultuurhistorische waarden behouden blijven en door die werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in de aanhef van dit artikel genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de eerstbedoelde waarden niet wezenlijk worden verkleind. Ter beoordeling hiervan dient de Monumentencommissie gehoord te worden;
  • b. door burgemeester en wethouders na zorgvuldige afweging van belangen is aangetoond dat het belang van sloop groter is dan het belang van instandhouding van de bebouwing. Dit is slechts mogelijk met toepassing van een bestemmingsplanherziening.