direct naar inhoud van Artikel 13 Verkeer
Plan: Kern Partij-Wittem
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1729.BPLKOM06000-VG01

Artikel 13 Verkeer

13.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bewegend en stilstaand wegverkeer en de daarbij behorende voorzieningen, met uitzondering van verkooppunten van motorbrandstoffen;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'detailhandel' tevens als standplaats;
  • c. voorzieningen ten behoeve van het openbaar nut;
  • d. groenvoorzieningen, ter aankleding van niet direct voor rijdend en stilstaand wegverkeer noodzakelijk gronden, zoals (midden)bermen;
  • e. straatmeubilair;
  • f. extensieve recreatie;
  • g. infiltratie en buffervoorzieningen, zoals hemelwaterbuffers en bergbezinkbassins;
  • h. standplaats voor de verkoop van goederen en diensten, promotie, markten, kermissen en evenementen, overeenkomstig het bepaalde in artikel 13.3.1.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtname van de voorrangsregels uit artikel 30.2.

13.2 Bouwregels
13.2.1 Algemeen

Op de voor 'Verkeer' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

13.2.2 Bouwwerken geen gebouwen zijnde

Boven, op of onder de voor 'Verkeer' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. bouwwerken geen gebouwen zijnde, met het oog op de regeling van de veiligheid van het verkeer;
  • b. bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van de verlichting van wegen, rijwiel- en voetpaden;
  • c. bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeve van extensieve recreatieve voorzieningen;
  • d. bouwwerken geen gebouwen zijnde behorende tot het straatmeubilair;
  • e. bouwwerken geen gebouwen zijnde ten behoeven van onder- en bovengrondse voorzieningen voor de opvang en buffering van water;
  • f. bouwwerken geen gebouwen zijnde noodzakelijk voor de gescheiden boven- en ondergrondse inzameling van afvalstoffen.
13.2.3 Overige regels

Met betrekking tot het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde, met uitzondering van die welke bedoeld zijn onder b., mag ten hoogste 4.00 m bedragen;
  • b. de hoogte van lichtmasten, verkeerstekens en andere palen en masten mag ten hoogste 10.00 m bedragen.
13.3 Specifieke gebruiksregels
13.3.1 Evenementen

Een evenement is toegestaan onder de volgende voorwaarden:

  • a. een evenement niet langer duurt dan 2 weken;
  • b. een evenement niet vaker dan 6 maal per kalenderjaar plaatsvindt;
  • c. een evenement dat vaker in het jaar plaatsvindt, in totaal niet langer dan 30 dagen duurt;
  • d. de opbouw en afbraak van eventuele tijdelijke bouwwerken ten behoeve van een evenement moet plaatsvinden in een periode van in totaal niet meer dan 30 dagen zoals bepaald onder punt c;
  • e. het evenement niet tot gevolg heeft dat de gronden en/of opstallen na afloop van het evenement ongeschikt zijn voor toegestane gebruik zoals bepaald onder 13.3.1 sub. a t/m f.