10.2 	Afwijken
						Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken -tenzij op grond van hoofdstuk 2 reeds een omgevingsvergunning kan worden verleend- ontheffing te verlenen van:
						
							- 
								a. van het bepaalde in lid 10.1 onder b en toestaan dat een bijgebouw bij een woning wordt gebruikt als zelfstandige woonruimte, mits:
									- 
										1. een dergelijke bewoning noodzakelijk is van uit een oogpunt van mantelzorg;
- 
										2. het gebruik als afhankelijke woonruimte uitsluitend plaatsvindt in een of in meer aaneengebouwde bijgebouwen;
- 
										3. de oppervlakte die wordt gebruikt als afhankelijk woonruimte, niet meer bedraagt dan de maximaal toegestane gezamenlijke oppervlakte aan bijgebouwen binnen de bestemming.
 
- 
								b. van het bepaalde in lid 10.1 onder c mits:
									- 
										1. het parkeergedeelte niet meer dan 50% van de voortuin mag bedragen;
- 
										2. het parkeren geen verkeersonveilige situaties oplevert;
- 
										3. het parkeren geen afbreuk doet aan de ruimtelijke uitstraling van de straat.