direct naar inhoud van 3.4 Flora en fauna
Plan: Ballemanseweg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1723.BPBallemanseweg-VS01

3.4 Flora en fauna

Ter plaatse van het plangebied is door Grontmij Nederland B.V. onderzoek verricht naar de aanwezige natuurwaarden (“Scan natuurwaarden Ballemanseweg” d.d. 10 november 2010 met kenmerk 273065.ehv.211FF02). Uit het onderzoek blijkt het volgende:

  • Het plangebied ligt buiten Natura2000 gebieden. Gelet op de extensieve aard van de geplande ruimtelijke ingreep en de afstand tot het dichtstbijzijnde Habitatrichtlijngebied Ulvenhoutse Bossen (4,5 kilometer) zijn negatieve effecten op de instandhoudingsdoelen vanuit het projectgebied op het Habitatrichtlijngebied uitgesloten.
  • Het projectgebied valt volledig buiten de EHS en GHS. Tevens kunnen mogelijke invloeden vanuit het plangebied op EHS en GHS in de directe omgeving worden uitgesloten.
  • Het projectgebied valt binnen de Agrarische Hoofdstructuur (AHS) als overig landbouwgebied. Hiervoor zijn geen verdere gevolgen vanuit de voorgenomen ingreep te verwachten op het gebied.
  • De aanwezigheid van geschikte groeiplaatsen of de fysieke aanwezigheid van beschermde flora binnen het plangebied kunnen uitgesloten worden.
  • Er bevinden zich binnen het plangebied diverse vogelsoorten die bescherming genieten tijdens het broedseizoen. Er zijn geen jaarrond beschermde vaste rust- en verblijfplaatsen van vogels angetroffen of te verwachten binnen het plangebied.
  • Het plangebied vormt een leefgebied voor enkele algemeen beschermde grondgebonden zoogdieren. Ten aanzien van deze soorten geldt een vrijstelling van ontheffingsplicht Flora- en faunawet bij de uitvoering van ruimtelijke ingrepen. Door het gebrek aan geschikt leefgebied kan de aanwezigheid van overige en strikt beschermde grondgebonden zoogdieren binnen het plangebied worden uitgesloten.
  • De randen van de tuininrichting vormen mogelijk een migratieroute voor de Gewone en Ruige dwergvleermuis evenals de Laatvlieger. Echter wordt er met de geplande inrichting geen afname in de functionaliteit van een bestaande migratieroute verwacht, evenals een afbreuk in het aanbod van aan foerageergebied. Door het gebrek aan geschikte bomen of gebouwen kunnen vaste rust- en verblijfplaatsen van vleermuizen worden uitgesloten.
  • Het plangebied vormt een geschikt landhabitat voor algemeen beschermde amfibieën. Ten aanzien van deze soorten geldt een vrijstelling van ontheffingsplicht Flora- en faunawet bij de uitvoering van ruimtelijke ingrepen.
  • De aanwezigheid van reptielen, beschermde vissen en overige beschermde soorten kan worden uitgesloten door het gebrek aan geschikt leefgebied.
  • Men dient rekening te houden met de aanwezigheid van broedvogels in het broedseizoen (+/- 15 maart tot +/-15 juli), aangezien alle vogels bescherming genieten tijdens het broedseizoen t.a.v. verstoring. Men dient de ruimtelijke ingreep ruimschoots vooraf of na het broedseizoen uit te voeren, zodat er geen verbodsbepalingen overtreden worden. Indien er kort na het broedseizoen gestart wordt met de uitvoering, dient het plangebied gecontroleerd te worden op de aanwezigheid van broedvogels.
  • In de noordzijde van het gebied bevinden zich enkele bomen. Voor kapwerkzaamheden dient er conform de Algemene Plaatselijke Verordening van de Gemeente Alphen-Chaam een kapvergunning te worden aangevraagd.