direct naar inhoud van Artikel 12 Sport
Plan: Kern Wagenberg
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1719.3bp12kernwagenberg-vg01

Artikel 12 Sport

12.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Sport' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. dagrecreatieve voorzieningen en sportvelden;
  • b. uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van sport – lichtmasten': lichtmasten;
  • c. bij de bestemming behorende ondergeschikte maatschappelijke voorzieningen en horeca categorie I;
  • d. bij deze bestemming behorende voorzieningen, zoals lichtmasten, dugouts, ballenvangers, tribunes, (ontsluitings)wegen, groen, water, nutsvoorzieningen, parkeervoorzieningen en overige verhardingen.
12.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. op deze gronden mogen (hoofd)gebouwen en bijbehorende bouwwerken worden gebouwd;
  • b. de gebouwen worden uitsluitend gebouwd in het bouwvlak, met dien verstande dat toe te voegen gebouwen 5 m afstand dienen te bewaren ten opzichte van de perceelsgrens van bestaande woningen;
  • c. het maximale bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage %' aangegeven;
  • d. de maximale goot- en bouwhoogte mag niet meer dan 7 m respectievelijk 11 m bedragen, tenzij op de verbeelding door middel van een aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m)' een andere maatvoering is aangegeven;
  • e. de maximale goot- en bouwhoogte van bijbehorende bouwwerken mag ten hoogste 3,3 m respectievelijk 6 m bedragen, met dien verstande dat wanneer het een uitbreiding van het hoofdgebouw betreft, de goot – en bouwhoogte van het hoofdgebouw als maximum geldt;
  • f. de bouwhoogte van erfafscheidingen op ten minste 1 m afstand van openbaar gebied bedraagt ten hoogste 1 m;
  • g. de bouwhoogte van erfafscheidingen elders bedraagt ten hoogste 2 m;
  • h. de bouwhoogte van lichtmasten bedraagt ten hoogste 20 m;
  • i. de bouwhoogte van ballenvangers bedraagt ten hoogste 7 m;
  • j. de bouwhoogte van tribunes bedraagt ten hoogste 5 m;
  • k. bij uitbreiding van de tribune dient 1 m afstand ter opzichte van de zijdelingse perceelsgrens in acht te worden genomen;
  • l. de bouwhoogte van overige bouwwerken geen gebouwen zijnde bedraagt ten hoogste 3 m.