direct naar inhoud van Artikel 35 Wonen - Woonwagenstandplaats
Plan: Vollenhove en Blokzijl
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1708.VollenBlokBP-VA01

Artikel 35 Wonen - Woonwagenstandplaats

35.1 Bestemmingsomschrijving
35.1.1 Algemeen

De voor 'Wonen - Woonwagenstandplaats' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen in de vorm van standplaatsen voor woonwagens/chalets;

met daaraan ondergeschikt:

    • 1. tuinen;
    • 2. parkeervoorzieningen op eigen terrein;
    • 3. groenvoorzieningen;
    • 4. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
35.1.2 Dubbelbestemmingen en aanduidingen

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 69.1.

35.2 Bouwregels
35.2.1 Algemeen

Op de voor 'Wonen - Woonwagenstandplaats' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. woonwagens/chalets, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
  • b. de daarbij behorende bijgebouwen, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' en de aanduiding 'bijgebouwen';
  • c. bouwwerken geen gebouwen zijnde, ten behoeve van de in artikel 35.1 genoemde bestemming, zowel binnen als buiten de aanduiding 'bouwvlak' en de aanduiding 'bijgebouwen'.
35.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. per bouwvlak mag maximaal één woonwagen/chalet worden opgericht;
  • b. de goothoogte van een woonwagen/chalet bedraagt maximaal 4,00 meter;
  • c. de bouwhoogte van een woonwagen/chalet bedraagt maximaal 5,00 meter;
  • d. voor de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt het bepaalde in artikel 35.2.4
35.2.3 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' gelden de volgende regels:

  • a. de goot- en bouwhoogte van bijgebouwen bedraagt maximaal 3,50 meter;
  • b. voor de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt het bepaalde in artikel 35.2.4.
35.2.4 Overige regels

Voor het overige gelden de volgende regels:

  • a. bouwwerken, geen gebouw zijnde, mogen uitsluitend achter de naar de weg gekeerde bouwgrens worden gebouwd, met uitzondering van erfafscheidingen;
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken geen gebouwen zijnde mag maximaal 2,50 meter bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de naar de weg gekeerde bouwgrens maximaal 1,00 meter en achter de naar de weg gekeerde bouwgrens maximaal 2,00 meter mag bedragen.
35.3 Nadere eisen
35.3.1 Onderwerpen

Burgemeester en wethouders kunnen, met toepassing van de procedure als bedoeld in artikel 68.1, nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering, de oppervlakte en de hoogte van bebouwing;
  • b. het aantal parkeerplaatsen en de situering daarvan.
  • c. de aard, hoogte en situering van erfafscheidingen;
  • d. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.
35.3.2 Toepassingscriteria

De in artikel 35.3.1 genoemde onderwerpen voor het stellen van nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van:

  • a. het stedenbouwkundig beeld;
  • b. de verkeerssituatie;
  • c. een goede parkeerbalans;
  • d. de milieusituatie;
  • e. de sociale veiligheid;
  • f. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • g. instandhouding van omliggende waarden.
35.4 Specifieke gebruiksregels
35.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken of het laten gebruiken in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. het plaatsen van onderkomens en/of kampeermiddelen, van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen en van wagens, anders dan bedoeld in artikel 35.1;
  • b. een aan huis verbonden beroep of bedrijf in de woning en/of in de bijgebouwen, anders dan bedoeld in artikel 35.4.2;
  • c. woningsplitsing;
  • d. mantelzorg in de woning en/of in de bijgebouwen;
  • e. gebouwen voor recreatieve bewoning;
  • f. detailhandel;
  • g. horeca;
  • h. buitenopslag, behalve als dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte tijdelijke gebruik en anders dan bedoeld in artikel 35.1;
35.4.2 Aan huis verbonden beroepen

Een aan huis verbonden beroep, als opgenomen in het overzicht aan huis verbonden beroepen (Bijlage 3 bij deze regels), is toegestaan onder de volgende voorwaarden:

  • a. een aan huis verbonden beroep uitsluitend wordt uitgeoefend in de woning of in de bijgebouwen;
  • b. maximaal in totaal 35% van de toegestane bebouwde oppervlakte van de woning en de bijgebouwen wordt gebruikt voor aan huis verbonden beroep(en);
  • c. de woonfunctie wordt in overwegende mate gehandhaafd en de verschijningsvorm als woning wordt niet wezenlijk aangetast;
  • d. er mogen maximaal 2 personen werkzaam zijn, waarbij minstens één persoon tevens de bewoner van de woning is;
  • e. er is slechts één reclame-uiting toegestaan met een maximale afmeting van 20 x 30 cm;
  • f. het gebruik mag geen (ernstige of onevenredige) hinder opleveren voor het woonmilieu en geen afbreuk doen aan het woonkarakter van de omgeving;
  • g. in de parkeerbehoefte wordt in voldoende mate voorzien op eigen terrein, waarbij als uitgangspunt geldt dat de bestaande parkeervoorzieningen niet onevenredig mogen worden belast;
  • h. er vindt geen detailhandel plaats, met uitzondering van detailhandel in aan het betreffende beroep gerelateerde producten, waarvoor maximaal 10% van de voor het aan huis verbonden beroep gebruikte oppervlakte mag worden gebruikt.