direct naar inhoud van Artikel 22 Recreatie - Kampeerterrein
Plan: Vollenhove en Blokzijl
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1708.VollenBlokBP-VA01

Artikel 22 Recreatie - Kampeerterrein

22.1 Bestemmingsomschrijving
22.1.1 Algemeen

De voor 'Recreatie - Kampeerterrein' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. verblijfsrecreatie in kampeermiddelen;

met daaraan ondergeschikt:

    • 1. wegen en paden;
    • 2. speelterreinen, sport- en spelvoorzieningen;
    • 3. (aanleg)steigers, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'steiger';
    • 4. groenvoorzieningen;
    • 5. parkeervoorzieningen;
    • 6. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
22.1.2 Dubbelbestemmingen en aanduidingen

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 69.1.

22.2 Bouwregels
22.2.1 Algemeen

Op de voor 'Recreatie - Kampeerterrein' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. facilitaire gebouwen ten behoeve van de in artikel 22.1 genoemde bestemming;
  • b. (aanleg)steigers, uitsluitend ter plaatse van de aanduiding 'steiger';
  • c. bouwwerken, geen gebouw zijnde, ten behoeve van de in artikel 22.1 genoemde bestemming;

met in acht name van de volgende regels (artikel 22.2.2 tot en met 22.2.3).

22.2.2 Facilitaire gebouwen

Voor het bouwen van een facilitair gebouw gelden de volgende regels:

  • a. in totaal mag maximaal 30 m2 aan facilitaire gebouwen worden opgericht;
  • b. de bouwhoogte van een facilitair gebouw bedraagt maximaal 4,50 meter;
  • c. voor de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde geldt het bepaalde in artikel 22.2.3
22.2.3 Bouwwerken, geen gebouw zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. het bouwen van overkappingen is niet toegestaan;
  • b. de bouwhoogte van lichtmasten, vlaggenmasten en slagbomen bedraagt maximaal 6,00 meter;
  • c. de bouwhoogte van sport- en speeltoestellen bedraagt maximaal 4,00 meter;
  • d. de bouwhoogte van erf- of terreinafscheidingen bedraagt maximaal 1,00 meter;
  • e. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouw zijnde bedraagt maximaal 2,00 meter.
22.3 Nadere eisen
22.3.1 Onderwerpen

Burgemeester en wethouders kunnen, met toepassing van de procedure als bedoeld in artikel 68.1, nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de situering, de oppervlakte en de hoogte van bebouwing;
  • b. het aantal parkeerplaatsen en de situering daarvan;
  • c. voorzieningen ter voorkoming van hemelwaterproblematiek in verband met de nieuwe bebouwing.
22.3.2 Toepassingscriteria

De in artikel 22.3.1 genoemde onderwerpen voor het stellen van nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van:

  • a. het stedenbouwkundig beeld;
  • b. de landschappelijke inpassing;
  • c. een goede parkeerbalans;
  • d. de verkeerssituatie;
  • e. de milieusituatie;
  • f. de sociale veiligheid;
  • g. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • h. instandhouding van omliggende waarden.
22.4 Specifieke gebruiksregels
22.4.1 Strijdig gebruik

Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. het plaatsen van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen en van wagens van derden, anders dan bedoeld in artikel 22.1, behalve de voer- en vaartuigen van de in de kampeermiddelen verblijvende recreanten;
  • b. bedrijven, anders dan overeenkomstig het bepaalde in artikel 22.1;
  • c. permanente bewoning;
  • d. mantelzorg;
  • e. recreatief nachtverblijf, anders dan overeenkomstig het bepaalde in artikel 22.1.1;
  • f. detailhandel;
  • g. horeca;
  • h. buitenopslag, behalve als dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte tijdelijke gebruik en anders dan bedoeld in artikel 22.1.
22.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
22.5.1 Vergunningplicht

Het is verboden op of in de voor 'Recreatie - Kampeerterrein' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een verleende omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren en/of te laten uitvoeren:

  • a. het aanleggen of verharden van wegen, paden of parkeergelegenheden en het aanbrengen of verwijderen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het graven, verbreden, uitdiepen, dempen en/of verleggen van watergangen;
  • c. het ontginnen, bodemverlagen of afgraven, ophogen en/of egaliseren van de bodem.
22.5.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in artikel 22.5.1 is niet van toepassing op:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • b. werken of werkzaamheden in het kader van het normale bodemgebruik;
  • c. het aanleggen of verharden van wegen met een breedte van minder dan 3,5 m breed;
  • d. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde (omgevings)vergunning/ontheffing mogen worden uitgevoerd.
22.5.3 Toelaatbaarheid

D eomgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 22.5.1 kan alleen worden verleend indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen voor de in artikel 22.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van de bedoelde waarden, niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.