direct naar inhoud van Artikel 5 Bedrijf
Plan: Kom Maarheeze
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1706.BPMHZ5005-VAS1

Artikel 5 Bedrijf

5.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven, voor zover deze bedrijven voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de bij deze regels behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • b. ter plaatse van de aanduiding:
    • 1. 'bedrijfswoning': een bedrijfswoning, al dan niet met aan-huis-verbonden beroep;
    • 2. 'groothandel': een groothandel;
    • 3. 'nutsvoorziening': openbare nutsvoorzieningen;
    • 4. 'specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf': een garagebedrijf;
    • 5. 'specifieke vorm van bedrijf - verhuur motorvoertuigen': een bedrijf in de verhuur van motorvoertuigen;
    • 6. 'specifieke vorm van bedrijf - frisdrankenbedrijf': een frisdrankenbedrijf;
    • 7. 'specifieke vorm van bedrijf - opslag- en transportbedrijf': een opslag- en transportbedrijf;
    • 8. 'verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg': een verkooppunt voor motorbrandstoffen met lpg;
    • 9. 'verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg': een verkooppunt voor motorbrandstoffen zonder lpg;
    • 10. 'detailhandel': detailhandel.
  • c. ondergeschikte detailhandel;

met de daarbij behorende:

  • d. erven en terreinen;
  • e. verkeer- en parkeervoorzieningen;
  • f. groenvoorzieningen;
  • g. voorzieningen van algemeen nut;
  • h. water en waterhuishoudkundige voorzieningen.
5.2 Bouwregels
5.2.1 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende bepalingen:

  • a. gebouwen mogen uitsluitend worden gebouwd binnen het bouwvlak;
  • b. het bebouwingspercentage mag niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot- en bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' is aangegeven;
  • c. de goot- en bouwhoogte mogen niet meer bedragen dan ter plaatse van de aanduiding 'maximale goot en bouwhoogte (m) en maximum bebouwingspercentage (%)' is aangegeven.
5.2.2 Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende bepalingen:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' is per aanduiding maximaal 1 bedrijfswoning toegestaan;
  • b. de bedrijfswoning dient binnen het bouwvlak gebouwd te worden;
  • c. de voorgevel moet worden gesitueerd in de voorgevelrooilijn dan wel op een afstand van maximaal 3 meter daarachter;
  • d. de inhoud van de bedrijfswoning mag niet meer bedragen dan 750 m3;
  • e. de goothoogte bedraagt maximaal 7,00 meter;
  • f. de bouwhoogte bedraagt maximaal 10,00 meter.

5.2.3 Bijbehorende bouwwerken bij bedrijfswoningen

Voor het bouwen van aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen gelden de volgende bepalingen:

  • a. aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mogen zowel binnen als buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. aan- en uitbouwen en bijgebouwen dienen op een afstand van ten minste 1 m achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw te worden gebouwd;
  • c. overkappingen mogen tot 1,50 meter voor de voorgevellijn worden gebouwd, mits de afstand tot de voorste perceelgrens minimaal 3,00 meter bedraagt en het voor de voorgevellijn gebouwde niet met enige wand omsloten is;
  • d. de totale oppervlakte van de aan- en uitbouwen, bijgebouwen en overkappingen mag niet meer bedragen dan 60 m2;
  • e. de goothoogte bedraagt maximaal 3,25 meter;
  • f. de bouwhoogte bedraagt maximaal 5,00 meter.

5.2.4 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende bepalingen:

  • a. de bouwhoogte van erfafscheidingen gesitueerd achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw bedraagt maximaal 2,00 meter;
  • b. de bouwhoogte van erfafscheidingen gesitueerd vóór de voorgevellijn van het hoofdgebouw bedraagt maximaal 1,00 meter;
  • c. de hoogte van een luifel bij een benzineverkooppunt bedraagt maximaal 6,00 meter;
  • d. de bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 4,00 meter.
5.3 Specifieke gebruiksregels
5.3.1 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. geluidszoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. wonen, behoudens in een bedrijfswoning als bedoeld in 5.1 sub c;
  • c. detailhandel, met uitzondering van productiegebonden detailhandel als bedoeld in 5.1 sub b, detailhandel als genoemd in 5.1 sub b onder 10 en de verkooppunten als genoemd in 5.1 sub b onder 8 en 9;
  • d. een verkooppunt voor motorbrandstoffen (incl. LPG), met uitzondering van verkooppunten voor motorbrandstoffen als genoemd in 5.1 sub b onder 8 ;
  • e. (permanente) buitenopslag van goederen en materialen voor de voorgevellijn.
5.3.2 Ondergeschikte detailhandel

De omvang van ondergeschikte detailhandel bedraagt maximaal 20% van het vloeroppervlak met een maximum van 100 m2.

5.3.3 Detailhandel bij verkooppunt motorbrandstoffen

Detailhandel is ter plaatse van de aanduidingen 'verkooppunt van motorbrandstoffen met LPG' en 'verkooppunt van motorbrandstoffen zonder LPG' tot ten hoogste 125 m2 vloeroppervlak toegestaan.

5.3.4 Aan-huis-verbonden beroep

Aan-huis-verbonden beroepen zijn toegestaan als ondergeschikte nevenactiviteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:

  • a. de omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 30% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de bebouwing tot een maximum van 60 m2;
  • b. detailhandel mag alleen plaatsvinden ondergeschikt aan en in direct verband met het aan-huis-verbonden beroep;
  • c. de activiteit wordt uitgeoefend door de bewoner.

5.4 Afwijken van de gebruiksregels
5.4.1 Afwijken m.b.t. toestaan van activiteiten

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in artikel 5.1 onder a om activiteiten toe te laten die niet in de Staat van Bedrijfsactiviteiten voorkomen, of om activiteiten toe te laten die in de Staat van Bedrijfsactiviteiten zijn vermeld in een categorie die in principe niet is toegestaan op het desbetreffende bouwperceel, mits:

  • a. onderzoek aantoont dat de bedoelde activiteiten qua milieubelasting kunnen worden gelijkgesteld met de krachtens de bepalingen van dit plan ter plaatse toelaatbare categorie bedrijfsactiviteiten.