In deze regels wordt verstaan onder:
1. plan
het bestemmingsplan ‘Nieuwedijk 24a-28 te Budel’;
2. bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1706.BPBG3047-VAS1 met de bijbehorende regels en bijlagen;
3. aanduiding
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van de gronden;
4. aan huis verbonden beroep
de uitoefening van een beroep aan huis op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen terrein, waarbij de woning in overwegende mate de woonfunctie behoudt;
5. archeologische waarden
waarden van een terrein in verband met de zich mogelijk daarin bevindende oudheidkundige zaken die van belang zijn vanwege hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap en/of hun cultuurhistorische waarde;
6. bebouwing
één of meer gebouwen en/of overige bouwwerken;
7. bed & breakfast
een nevenactiviteit met als doel het verstrekken van logies en ontbijt aan logerende gasten, waarbij één eenheid een kamer voor 2 personen betreft;
8. bedrijfsactiviteiten
handelingen en werkzaamheden die plaatsvinden in het kader van de uitoefening van een bedrijf;
9. bedrijfswoning/dienstwoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
10. bestaand
• t.a.v. bebouwing: bebouwing, zoals die aanwezig is of mag worden gebouwd op het tijdstip dat het plan rechtskracht heeft verkregen, krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde bouwvergunning of krachtens een voor dat tijdstip gedaan verzoek om instemming met een melding ingevolge de Woningwet, dan wel krachtens een omgevingsvergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;
• t.a.v. gebruik: het gebruik van grond en opstallen, zoals aanwezig op het tijdstip dat het plan rechtskracht heeft verkregen;
11. bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
12. bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
13. bijbehorend bouwwerk
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd en met de aarde verbonden bouwwerk met een dak;
14. bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk; alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
15. bouwlaag
een doorlopend gedeelte van een gebouw dat door op gelijke of benadering gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd;
16. bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels, een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
17. bouwperceelgrens
de grens van een bouwperceel;
18. bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge bepaalde gebouwen en overige bouwwerken, worden toegelaten;
19. bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
20. detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan degene die deze goederen kopen voor eigen gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit;
21. evenement
al of niet periodiek terugkerende publieke gebeurtenis op het gebied van sport, cultuur, folklore, handel, recreatie, liefdadigheid, religie, gezondheid, wetenschap, amusement en vergelijkbare gebeurtenissen;
22. gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
23. hoofdgebouw
een (deel van een) gebouw dat gelet op de bestemming en door zijn constructie en/of afmetingen, als het belangrijkste bouwwerk op een bouwperceel valt aan te merken;
24. huishouden
een aantal aan elkaar door familie- of daarmee gelijk te stellen band gerelateerde personen, dat gezamenlijk één eenheid vormt en als zodanig ook gebruik maakt van dezelfde voorzieningen in één woning (bijvoorbeeld een gezin, een gezin met inwonende ouders of een woongroep);
25. kampeermiddel
• een tent, tentwagen, kampeerauto of caravan;
• enig ander onderkomen of enig ander voertuig of gewezen voertuig of gedeelte daarvan, voor zover geen bouwwerk zijnde;
een stacaravan valt hier niet onder;
26. lichte bedrijvigheid
het bedrijfsmatig vervaardigen, herstellen, onderhouden of bewerken van producten en/of diensten in de vorm van bedrijven die voorkomen in de categorieën 1 en 2 van de van deze regels deel uitmakende Staat van bedrijfsactiviteiten;
27. multifunctionele groepsaccommodatie
accommodatie bestemd voor verblijfsrecreatie door meerdere personen in groepsverband, waarbinnen verschillende functies en voorzieningen zijn toegestaan zoals een ontvangstruimte, ondersteunende horeca, ondergeschikte detailhandel. Hierin zijn ook logies toegestaan die geen relatie hebben met de visactiviteiten. Het houden van feesten en partijen is niet toegestaan;
28. nevenactiviteit
een bedrijfs- of beroepsmatige activiteit die in ruimtelijk, functioneel en inkomenswervend opzicht duidelijk ondergeschikt is aan de op de ingevolge dit bestemmingsplan toegestane gebruik van de woning binnen de geldende bestemming;
29. ondergeschikte detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan degene die deze goederen kopen voor eigen gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit, uitsluitend in ondergeschikte vorm en dienstbaar aan de ter plaatse toegestane recreatieve voorzieningen. Hierbij moet gedacht worden aan aan de hengelsport gerelateerde producten;
30. ondersteunende horeca
een horecavoorziening bij en ondersteunend en gerelateerd aan de visactiviteiten, waar men ten behoeve van deze functie een ruimte specifiek heeft ingericht voor de consumptie van (licht-alcoholische) dranken en etenswaren;
31. ophoging
kunstmatige verhoging anders dan noodzakelijk voor de bouw, zoals een aarden wal ten behoeve van landschappelijke inpassing;
32. overig bouwwerk
met de aarde verbonden bouwwerk, geen gebouw zijnde;
33. perceel
een aaneengesloten samenhangend stuk grond;
34. recreatiewoning
een gebouw dat dient als recreatie woonverblijf voor gebruikers die hun hoofdverblijf elders hebben;
35. seksinrichting
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig of in een omvang alsof hij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden;
Onder seksinrichting wordt in elk geval verstaan: seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, parenclub en (raam) prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische-massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
36. specifieke vorm van recreatie – extensief
functieaanduiding waarmee het extensieve gebruik binnen de recreatieve bestemming wordt aangeduid (waaronder de visvijvers). Hier is het niet toegestaan gebouwen ten behoeve van het recreatiebedrijf op te richten. Uitzondering vormen de separate nachtaccommodaties, andere bouwwerken (geen gebouwen zijnde) (o.a. lichtmasten en steigers) en overige voorzieningen (o.a. parkeerplaatsen) ten behoeve van de bedrijfsmatige exploitatie van de visvijvers; deze zijn wel toegestaan;
37. specifieke vorm van recreatie – intensief
functieaanduiding waarmee het intensieve gebruik binnen de recreatieve bestemming wordt aangeduid. Hier is het toegestaan gebouwen ten behoeve van het recreatiebedrijf op te richten waaronder een multifunctionele groepsaccommodatie met ontvangstruimte, bebouwing ten behoeve van ondergeschikte detailhandel en ondersteunende horeca met een terras, alsmede bouwwerken ten behoeve van de bedrijfsmatige exploitatie van de visvijvers;
38. stacaravan
een onderkomen, onder welke benaming dan ook aangeduid, dat uitsluitend of in hoofdzaak dient of kan dienen tot woon-, dag- of nachtverblijf van een of meer personen en dat door de aanwezigheid van een chassis, bestemd is om regelmatig en op normale wijze op de verkeerswegen als aanhanger van een personenauto te worden voortbewogen. Ook indien dit onderkomen wegens daaraan of daarbij aangebrachte wijzigingen of voorzieningen niet of niet meer geschikt is om te worden verreden, wordt het voor de toepassing van dit plan aangemerkt als stacaravan;
39. tijdelijke huisvesting van tijdelijke werknemers
het huisvesten van werknemers, die in een periode van grote arbeidsbehoefte gedurende enkele maanden op een agrarisch bedrijf werkzaam zijn om naar de aard kortdurend werk te verrichten, voorzover noodzakelijk voor een doelmatige bedrijfsvoering;
40. nachtaccommodatie
een permanent bouwwerk met beperkte inhoud en oppervlakte, bestemd voor verblijfsrecreatie voor personen die hun hoofdverblijf elders hebben;
41. verblijfsrecreatie
recreatie in ruimten die zijn bestemd of opgericht voor recreatief nachtverblijf, zoals een multifunctionele groepsaccommodatie, bed & breakfast of nachtaccommodatie door personen die hun hoofdwoonverblijf elders hebben;
42. verkoopvloeroppervlak
de voor het publiek zichtbare en toegankelijke winkelruimte ten behoeve van de detailhandel;
43. visvijver
visvijver die bedrijfsmatig geëxploiteerd en gebruikt wordt in het kader van de hengelsport voor onder andere het organiseren van wedstrijden op competitieniveau en recreatief vissen, waaromheen visplekken met steiger worden ingericht. De visvijvers worden niet gebruikt voor het opkweken van vis. De diepte van de visvijvers bedraagt maximaal 5 meter (in overleg met het bevoegd gezag voor het ontgrondingstraject);
44. vloeroppervlak(te)
de totale oppervlakte, gemeten op vloerniveau, die voor een functie wordt gebruikt;
45. voorgevelrooilijn
de denkbeeldige lijn, evenwijdig aan de as van de weg waaraan gebouwd wordt, op een afstand van de weg die:
• gelijk is aan de in de regels voorgeschreven afstand van gebouwen uit de as van de weg op het betreffende bouwperceel;
• gelijk is aan de afstand van bestaande gebouwen tot de as van de weg op het betreffende bouwperceel, indien die afstand kleiner is dan de in de regels voorgeschreven afstand;
46. water en waterhuishoudkundige voorzieningen
al het oppervlaktewater zoals sloten, greppels, (infiltratie)vijvers, kanalen, beken en andere waterlopen, ook als deze incidenteel of structureel droogvallen. Alsmede voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging, hemelwaterinfiltratie en waterkwaliteit. Hierbij kan gedacht worden aan duikers, stuwen, infiltratievoorzieningen, gemalen, inlaten etc.;
47. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht
Wet van 6 november 2008 (Stb. 496), houdende regels inzake een vergunningstelsel met betrekking tot activiteiten die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving en inzake handhaving van regelingen op het gebied van de fysieke leefomgeving, zoals deze luidt op het moment van de terinzagelegging van het ontwerp van dit plan;
48. woning:
een complex van ruimten, geschikt en bestemd voor de huisvesting van niet meer dan één huishouden.