4.1 Bestemmingsomschrijving
De voor ‘Wonen – Ruimte voor
Ruimte’ aangewezen gronden zijn bestemd voor:
- wonen;
- aan-huis-verbonden
beroepen;
- parkeervoorzieningen;
- tuinen, erven en
verhardingen;
- water en
waterhuishoudkundige voorzieningen.
4.1.2 Nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving
Aan huis verbonden beroepen
Voor zover ingevolge deze regels een woning is toegestaan,
is de uitoefening van een aan huis verbonden beroep toegestaan als
ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende
bepalingen van toepassing zijn:
- De omvang van de
activiteit mag niet meer bedragen dan 30% voor aan huis verbonden
beroepen en 50% voor lichte bedrijvigheid van de vloeroppervlakte van
de bebouwing tot een maximum van 60 m².
- Het gebruik mag
geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer
en mag geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaken.
- Detailhandel mag
alleen plaatsvinden ondergeschikt aan en in direct verband met het aan
huis verbonden beroep of de lichte bedrijvigheid.
- De woonfunctie
dient de hoofdfunctie te blijven.
- De activiteit
wordt uitgeoefend door de bewoner.
Tuinen, erven en verhardingen
Voor zover ingevolge ten aanzien van de beleidsregel
‘Beleidsregels Ruimte voor Ruimte Gemeente Cranendonck
2009’ een erfbeplantingsplan is opgesteld moet hieraan
getoetst worden.
Per aangeduid bestemmingsvlak is maximaal
één woning toegestaan. In afwijking hiervan is
ter plaatse van de aanduiding “maximum aantal
woonheden” maximaal het aangegeven aantal woningen
toegestaan.
4.2.1 Toegestane bebouwing
- uitsluitend
mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming
omschreven in artikel 4.1, zoals woningen met bijgebouwen en
bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
- hoofdgebouwen
mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden gebouwd. Met dien
verstande dat ter plaatse van de aanduiding [vrij] uitsluitend
vrijstaande woningen mogen worden gebouwd;
Met betrekking tot de maatvoering van gebouwen en
bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden
voldaan:
|
|
|
Afstand tot de zijdelingse perceelsgrenzen
|
|
n.v.t.
|
|
|
|
Goothoogte
|
3 m.
|
5 m.
|
Bouwhoogte
|
5 m.
|
9 m.
|
Inhoud
|
250 m³
|
600m³ (tot – 900m³ voor
bio woningen PM wordt bepaald door het college)
|
Dakhelling
|
12º
|
45º
|
|
|
|
Afstand tot de voorgevel van de woning
|
|
n.v.t.
|
Afstand vrijstaande bijgebouwen tot achtergevel
woning
|
n.v.t.
|
|
Gezamenlijk oppervlak per woning (inclusief
oppervlakte voor bouwwerken geen gebouw zijnde)
|
n.v.t.
|
90 m²
|
Goothoogte
|
n.v.t.
|
|
Bouwhoogte
|
n.v.t.
|
|
Dakhelling
|
12º
|
45º
|
Bouwwerken, geen gebouw zijnde
|
|
|
Afstand tot de voorgevel van de woning
|
|
n.v.t.
|
Afstand bouwwerken geen gebouw zijnde, indien dit
een overkapping c.q. carport betreft, tot achtergevel woning
|
n.v.t.
|
|
Gezamenlijk oppervlak per woning (inclusief
oppervlakte voor bijgebouwen)
|
n.v.t.
|
90 m²
|
Hoogte erfafscheidingen
|
Voor de voorgevel woning: 1 m.
Overig:2 m.
|
Hoogte overige bouwwerken, geen gebouw zijnde
|
|
Herbouw van bestaande woningen is, voorzover het de
situering van de woning betreft, uitsluitend toegestaan indien en
voorzover:
- de
herbouw grotendeels plaatsvindt op de (voor zover aanwezig) bestaande
fundamenten;
- de
voorgevel van de te herbouwen woning wordt geplaatst in de (voormalige)
voorgevelrooilijn;
- de
bouwwijze (d.w.z. vrijstaand, halfvrijstaand of aaneengebouwd) van de
te herbouwen woning(en) niet afwijkt van de bouwwijze van de
oorspronkelijke woning(en);
- het bepaalde in
4.2.2 wordt in acht genomen.
Paardenbakken zijn binnen het bestemmingsvlak toegestaan.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen met
betrekking tot de afmetingen en de plaatsingen van de bebouwing ten
behoeve van:
- een goed
stedebouwkundig beeld;
- een samenhangend
straat- en bebouwingsbeeld;
- de
verkeersveiligheid;
- de
milieusituatie;
- de sociale
veiligheid;
- de
gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.
4.4 Ontheffing van de bouwregels
4.4.1 Ontheffing m.b.t. herbouw
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van
het bepaalde onder 4.2.3 onder a en/of b en/of c teneinde herbouw van
bestaande woningen op het zelfde perceel te kunnen toestaan buiten de
bestaande fundamenten en de voorgevel te kunnen plaatsen buiten de
(voormalige) voorgevelrooilijn. Een en ander mits aan de volgende
voorwaarden wordt voldaan:
de nieuwe situering van de woning is stedenbouwkundig,
verkeerskundig en milieukundig aanvaardbaar;
- er dient
sprake te zijn van (zekerheidsstelling omtrent de) sloop van de
bestaande woning;
- door de
herbouw wordt het landelijke karakter van het gebied niet onevenredig
aangetast;
- de
nieuwe situering van de woning leidt niet tot extra belemmeringen voor
de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende bedrijven, voortvloeiende
uit milieuregelgeving;
- het
woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast;
dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de
aangrenzende percelen en van het perceel zelf niet onevenredig mogen
worden beperkt;
- er moet
voldaan worden aan de Wet geluidhinder;
- voldaan moet
worden aan de (overige) maatvoeringseisen als opgenomen in
4.2.2.
4.5 Specifieke gebruiksregels
Onder strijdig gebruik in de zin van artikel 7.10 van de
Wet ruimtelijke ordening wordt in ieder geval begrepen het gebruiken of
laten gebruiken van:
- gronden en/of
opstallen voor het bedrijfsmatig vervaardigen, opslaan, verwerken of
herstellen van goederen en het opslaan en be- of verwerken van
producten;
- gronden en/of
opstallen voor detailhandel;
- gronden en/of
opstallen voor verblijfsrecreatie;
- gronden en/of
opstallen voor seksinrichtingen;
- aan-, uit- en
(vrijstaande) bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke
woonruimte.
4.6 Ontheffing van de gebruiksregels
Ontheffing kleinschalig
kampeerterrein
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van
het bepaalde in 4.1 teneinde een kleinschalig kampeerterrein en de
daarvoor noodzakelijke voorzieningen, zoals sanitaire voorzieningen,
toe te staan, waarbij aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
-
de
oppervlakte van het kadastrale perceel, waarvoor de ontheffing wordt
verleend, moet minimaal 3000 m²
bedragen;
- het totale
oppervlak van het kampeer terrein bedraagt maximaal 750 m²;
- slechts
kampeermiddelen zijn toegestaan met een niet-permanent karakter
(tenten, toercaravans e.d.); chalets, trekkershutten en stacaravans
zijn niet toegestaan;
- maximaal 25
kampeermiddelen zijn toegestaan;
- gebouwde
voorzieningen ten behoeve van kleinschalig kamperen zoals sanitaire
voorzieningen, zijn uitsluitend toegestaan binnen het bestemmingsvlak;
- ten behoeve van
o.a. sanitaire voorzieningen is een oppervlakte aan bijgebouwen
toegestaan van maximaal 50 m², die niet wordt meegerekend voor
de overigens toegestane oppervlakte aan bijgebouwen van maximaal 90
m²;
- de voorzieningen
worden, voorzover dat redelijkerwijs mogelijk is, gerealiseerd binnen
de bestaande bebouwing, of anders aansluitend aan de bestaande
bebouwing;
- gebruik voor een
kleinschalig kampeerterrein is uitsluitend toegestaan in de periode van
15 maart tot en met 31 oktober;
- er is sprake van
een zorgvuldige landschappelijke inpassing; dit dient te worden
aangetoond middels een beplantingsplan;
- het gebruik mag
niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van
de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieu- en
dierenwelzijnswetgeving;
- de belangen van
omwonenden mogen niet onevenredig worden aangetast;
- de
verkeersaantrekkende werking van de nevenactiviteit dient te zijn
afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie;
- er dient op eigen
terrein te worden voorzien in de parkeerbehoefte;
- er mogen geen
risico's bestaan vanuit het oogpunt van externe veiligheid, en er mag
geen sprake zijn van situering binnen zakelijke
rechtstroken.
4.6.2. Ontheffing Bed & Breakfast
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen ten
behoeve van het gebruik van ruimten binnen de woning en/of bestaande
bijgebouwen bij de woning voor bed & breakfastvoorzieningen,
voor zover dit gebruik ondergeschikt blijft aan de
woonfunctie en mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:
- de
voorzieningen worden gerealiseerd binnen de bestaande bebouwing;
- het
maximaal aantal personen dat logies en ontbijt kan worden geboden is
vier;
- parkeren
vindt plaats op eigen terrein;
- er is
geen sprake van een onevenredige verkeersaantrekkende werking;
- aangetoond
is dat er vanuit milieuhygiënisch oogpunt geen belemmeringen
bestaan, waaronder in ieder geval wordt begrepen belemmeringen in
verband met geurhinder;
- geen afbreuk
wordt gedaan aan de belangen van om- en aanwonenden.
4.6.3 Ontheffing afhankelijke woonruimte
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van
het bepaalde in 4.5.1. onder e, en toestaan dat een (vrijstaand)
bijgebouw bij een woning wordt gebruikt als afhankelijke woonruimte,
mits:
- een dergelijke
bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;
- er geen
onevenredige aantasting plaatsvindt van in het geding zijnde belangen
waaronder die van omwonenden en (agrarische) bedrijven;
- het gebruik als
afhankelijke woonruimte uitsluitend plaatsvindt in
één of meer aaneengebouwde bijgebouwen;
- de afhankelijke
woonruimte wordt ingepast binnen de toegestane bijgebouwen, met een
maximale oppervlakte van 90 m2;
- het bijgebouw is
gelegen op een maximale afstand van 30 m van het hoofdgebouw;
burgemeester en wethouders trekken de ontheffing in,
indien de bij het verlenen van de ontheffing bestaande noodzaak vanuit
een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.
4.6.4 Ontheffing lichte bedrijvigheid
Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van
het bepaalde in: lid 4.1
voor het toestaan van lichte bedrijvigheid in of bij een
woning, met dien verstande dat:
- de omvang van de
activiteit niet meer bedraagt dan 30% van de gezamenlijke
vloeroppervlakte van de bebouwing tot een maximum van 60 m²;
- de woonfunctie de
hoofdfunctie blijft;
- het gebruik geen
nadelige invloed heeft op de normale afwikkeling van het verkeer en
geen onevenredige toename van de parkeerbehoefte veroorzaakt;
- detailhandel
alleen plaatsvindt ondergeschikt aan en in direct verband met de lichte
bedrijvigheid;
- uitsluitend
lichte bedrijvigheid in categorie 1 en 2 van de Staat van
Bedrijfsactiviteiten zoals bij deze regels is gevoegd of daarmee naar
aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijvigheid is
toegestaan;
- de activiteit
milieuhygiënisch inpasbaar dient te zijn in de woonomgeving;
- de activiteit
wordt uitgeoefend door de bewoner.
4.7 Wijzigingsbevoegdheid
4.7.1 Wijzigingsbevoegdheid t.b.v. trekkershutten
Burgemeester en wethouders kunnen het plan zodanig
wijzigen dat op een perceel maximaal 3 trekkershutten kunnen worden
toegestaan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:
- het
plaatsen van trekkershutten is uitsluitend toegestaan op een
kadastraalperceel met een oppervlakte van minimaal 3000 m²;
- de
oppervlakte van de trekkershutten wordt niet meegerekend bij de
maximaal toegestane oppervlakte aan bijgebouwen als bedoeld in 4.3.2;
- de
wijziging is niet toegestaan binnen de aanduiding "reconstructiewetzone
- landbouwontwikkelingsgebied";
- er is
sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing;
- het
gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de
bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven,
voortvloeiende uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving;
- de
belangen van omwonenden mogen niet onevenredig worden aangetast;
- de
verkeersaantrekkende werking van de nevenactiviteit dient te zijn
afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie;
- er
dient op eigen terrein te worden voorzien in de parkeerbehoefte;
- er
mogen geen risico's bestaan vanuit het oogpunt van externe veiligheid,
en er mag geen sprake zijn van situering binnen zakelijke rechtstroken.