Bestemmingsplan Recreatiepark d'Olde Kamp te Ansen

2.3 Planbeschrijving

2.3.1 Bebouwing

In het plangebied worden 80 vierpersoons woningen, 30 zespersoons woningen en 15 achtpersoons woningen gerealiseerd, die qua vormgeving, karakter en uitstraling aansluiten bij de verschillende landschaptypen (zie paragraaf 2.2). Ook sluiten de recreatiewoningen qua maatvoering en bouwhoogte aan op de omliggende bestaande woningen en boerderijen. Een impressie van de indeling van het recreatiepark is opgenomen in afbeelding 11. De 6 typen bebouwing, het groen en de waterpartijen zijn hierop aangegeven. Deze 6 woningtypen in vier landschapstypen worden hier onder omschreven.

Afbeelding 11: Impressie 'landschappen'

De familie- en dorpswoningen hebben het karakter van een boerderijtype en hebben een lage dakvoet met lange dakvlakken met een steile dakhelling. Door veel variatie in volume en nokrichting krijgt dit type landschap een brinkachtige opzet.

Boswoningen hebben een vrije verspreiding over het terrein met variatie in oriëntatie en nokrichtingen. Deze recreatiewoningen hebben op de begane grond een open en boven een meer gesloten karakter.

De keuterboerderijtjes (weidewoningen) liggen vrij verspreid over het veld met variatie in nokrichtingen. Deze recreatiewoningen hebben een lage dakvoet en eigentijdse detailleringen.

De weidewoningen liggen vrij verspreid over het veld, geïntegreerd in het landschap met variatie in nokrichtingen. Eén zijde van de recreatiewoning wordt ontworpen met een zeer lage dakvoet (oude stijl) en de andere zijde is juist hoog en transparant (eigentijds).

Bossingelwoningen liggen haaks op of parallel aan de singelrichting. De woningen hebben een houtuitstraling en hebben op de begane grond een open en boven een meer gesloten karakter.

Waterwoningen refereren naar boothuizen met een eigentijdse vormgeving. Ze zijn vrij gesitueerd, maar volgen de waterlijn.

Het inrichtingsplan van het recreatiepark zal in samenspraak met Landschapsbeheer Drenthe definitief vastgesteld worden. De doelstelling is een in het omliggend landschap passend beplantingsplan te creëren.

2.3.2 Zorg en recreatie

Op het park wordt een link gelegd tussen recreatie en zorg. De bewoners van de zorgeenheden op het bestaande recreatiepark hebben op het terrein waar ze wonen ook hun dagbesteding. Deze bestaat uit alles wat het dagelijks leven met zich meebrengt, zoals boodschappen doen, koken en het eigen appartement op orde houden. Maar ook dierenverzorging, groenonderhoud, werken in de groentetuin en ook dagbesteding in de vorm van creatieve activiteiten.

De combinatie zorg en recreatie, zal met de uitbreiding aan de andere kant van de weg verder worden voortgezet. Er zal kleinschalige, maar kwalitatief hoge, horeca komen, een kleine winkel voor eerste levensbehoeften en natuurlijk het werk in de groenvoorziening en dierenverzorging. Hierin kunnen de bewoners van de boerderij een directe taak krijgen. Op die manier behouden ze hun prikkelarme woonomgeving en hebben ze toch de mogelijkheid om in hun eigen omgeving aangepast en zinvol werk te doen waarmee een volwaardige maatschappelijke positie verkregen wordt. In het recreatiepark zelf wordt veel aandacht geschonken aan integratie van zorg en recreatie. Een deel van de recreatiewoningen zullen geschikt gemaakt worden voor gasten met een beperking.

De doelstelling van de d'Olde Kamp is om bewoners maximaal te integreren in de omgeving, te beginnen in en rondom het recreatiebedrijf.

2.3.3 Overige functies

Op het recreatiepark is er, naast de 125 recreatiewoningen, een centrumgebouw beoogd. In het dorpse gebied (zuidoostelijk in het plangebied) wordt de receptie gevestigd. Hiernaast is ruimte voor een praktijk- en salonruimte (bijvoorbeeld voor een fysiotherapeut), wellness, een binnen- en buitenzwembad en horecagelegenheid gereserveerd. Daarnaast worden enkele ruimten in gebruik genomen als kantoorruimte ten behoeve van het recreatiepark. De inwoners van Ansen kunnen, als compensatie voor het wegvallen van de voorzieningen in het dorp, gebruik maken van de voorzieningen op het nieuwe deel van het recreatiepark.

2.3.4 Natuur en landschap

Er is voor een aantal van 10 recreatiewoningen per hectare gekozen. Door deze lage dichtheid krijgen natuur en landschap de overhand op het terrein en kan er optimaal worden aangesloten op de omliggende (natuur)gebieden. De percelen worden niet afgebakend, maar worden op een natuurlijke manier in het park ingebed.

Vanuit historische kaarten is het landschap geanalyseerd. Om deze benadering vanuit natuur en landschap gestalte te doen krijgen in het plan voor de uitbreiding van d'Olde Kamp is gekozen voor een benadering van vier thema's, geïnspireerd op de verschillende landschapstypen uit de nabije omgeving: bos, water, weide en esdorpen.

In het esdorplandschap liggen tussen en achter de woningen (fruit)boomgaarden, tuintjes en dierenweitjes. Tussen de kavels staan afgewisseld hagen, bomen of muurtjes. Paadjes maken het geheel goed doordringbaar.

In het zuiden ligt een groot bosgebied. Verspreid tussen de bomen op grazige weitjes liggen de boswoningen in een bomenrijke omgeving.

In het westen van de uitbreidingsgebied van d'Olde Kamp ligt het weidegebied. In het centrum van dit gebied ligt een grote weide. Af het toe staat er een haag voor de privacy, maar de kavels worden verder niet door hagen afgeschermd. Het is een open zone met af en toe een solitaire boom of enkele boomgroepen. Op de centrale weide lopen dieren en staan enkele kleine dierverblijven.

Centraal in het vakantiepark ligt een waterrijk gebied met kavels op kleine eilanden of aan de waterkant. De eilandjes worden met elkaar verbonden. Het gebied wordt ontsloten door (half)verharde paden.

De ontwikkeling van de uitbreiding van d'Olde Kamp heeft als rode draad een goede landschappelijke inpassing. De landschappelijke inpassing aan de noordzijde van het plangebied, waar de gronden grenzen aan agrarische gronden, wordt bereikt door de aanleg van houtwallen en houtsingels. Er vindt geen onevenredige aantasting plaats van natuurlijke waarden. In het plangebied bevinden zich in de bomen, die onderdeel uitmaken van het eikenlaantje, dat in oostwestelijke richting het uitbreidingsgebied doorkruist, twee kraaiennesten. Deze nesten zijn door verschillende soorten jaarrond in gebruik als rust- en verblijfsplaats. Deze bomen blijven in het plan gehandhaafd.

2.3.5 Water

Er komt, met name in het centrale deel van het plan circa 2 hectare aan vijver. Het maaiveld rondom dit oppervlaktewater wordt ter plaatse opgehoogd om grondwateroverlast te voorkomen. Bij het ophogen van het terrein wordt gebruik gemaakt van de grond die vrijkomt bij het ontgraven van de vijvers. De waterhuishouding aan de westzijde blijft gelijk aan de huidige situatie. De landbouwgebieden die afhankelijk zijn van deze peilen ondervinden zo geen hinder van de aanleg en aanwezigheid van het nieuwe park.

Aan de zuidzijde van de A-watergang, die aan de zuidkant van het plangebied van oost naar west door het plangebied loopt, worden geen ingrepen verricht. Het maaipad zal gehandhaafd blijven. Aan de noordzijde van deze watergang wordt in overleg met het waterschap de oever natuurvriendelijk ingericht.

De achterliggende gedachte van de inrichting van de waterhuishouding is om een bijdrage te leveren aan de oplossing van de verdrogingsproblemen in het Dwingelderveld. In de waterparagraaf in hoofdstuk 4.7 wordt hier nader op ingegaan.

2.3.6 Duurzaamheid

In de hele inrichting en bouw van de uitbreiding van recreatiepark d'Olde Kamp worden de thema's duurzaam bouwen en maatschappelijk verantwoord ondernemen verwerkt.

Duurzaamheid is een breed begrip, en omvat allerlei ontwikkelingen - op technisch, economisch, ecologisch of sociaal vlak - die bijdragen aan een wereld die efficiënter, zuiniger en op lange termijn meer continu omgaat met de aarde. Hierbij gaat de initiatiefnemer uit van de normen van Green Key (www.greenkey.nl). De Green Key is het internationale keurmerk voor bedrijven in onder andere de toerisme- en recreatiebranche, die serieus en controleerbaar bezig zijn met duurzaamheid, maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO), met zorg voor milieu op het bedrijf en de natuur in hun omgeving. De Green Key staat garant voor de vrijwillige inzet van de ondernemer om meer aan het milieu te doen dan de wet- en regelgeving van hem verlangt. De Green Key is een middel om het duurzame imago van de onderneming naar gasten, overheden en zakenrelaties te communiceren.

Om voor de Green Key in aanmerking te komen moeten ondernemers veel maatregelen nemen met betrekking tot milieuzorg en MVO. Deze maatregelen zijn deels verplicht (29 normen), deels optioneel (57 normen). Green Key Nederland kent drie niveau's: Brons, Zilver en Goud. Aan alle verplichte normen dient voldaan te worden. Hoe meer optionele maatregelen een ondernemer invult, hoe hoger de uiteindelijke uitslag is. Verplichte onderdelen zijn onder meer:

• het opstellen van een MVO]verklaring, waarin het bedrijf zijn doelstelling(en) rondom duurzaamheid en maatschappelijk verantwoord ondernemen heeft vastgelegd. De verklaring is geplaatst op de website en is zichtbaar opgehangen voor de gast;
• het bedrijf heeft een duurzaamheidsprogramma voor de komende drie jaar opgesteld en stelt dit jaarlijks bij. Het duurzaamheidsprogramma geeft per jaar aan welke duurzaamheids] en milieumaatregelen het bedrijf zal nemen om onder meer de verbruiken van gas, water, elektra, linnengoed en de hoeveelheid afval in die periode te verminderen. Verder geeft het bedrijf aan welke activiteiten en maatregelen ze verder neemt om duurzaamheid continu te bevorderen;
• het bedrijf registreert jaarlijks de verbruiksgegevens van gas, water, elektriciteit, afval en linnengoed. Het registratiesysteem dient in ieder geval de volgende gegevens als resultaat te laten zien: hoeveelheden gas, elektra, water, linnengoed en afval per overnachting, alle kosten voor gas, elektra, water, linnengoed en afval per overnachting, kosten per eenheid verbruik van gas, elektra, water, linnengoed en afval, registratie van de aparte bedrijfsonderdelen die het bedrijf betreft (zwembad / restaurant / spavoorzieningen/bar);
• het bedrijf past waterbesparende maatregelen toe bij kranen, douches en wc's.

De normen zijn globaal in te delen in de volgende onderdelen: milieumanagement, management en staf, communicatie met gasten, water, schoonmaak, afval, energie,

voedsel en drank, groen en ruimte, milieubewust vervoer, bedrijfsgebouw en leveranciers, maatschappelijke betrokkenheid en bonusnormen (normen die hiervoor niet genoemd zijn).

2.3.7 Verkeer en parkeren

Verkeer

De hoofdentree van de uitbreiding van recreatiepark d'Olde Kamp is aan de westkant aan de Dwingelerweg voorzien, tegenover de bestaande hoofdentree van het park d'Olde Kamp. De verkeerssituatie zal als volgt worden ingericht.

Er wordt ter plaatse van de ontsluiting van de ontsluiting van d'Olde Kamp een kruispuntplateau aangelegd, waarop het verkeer vanaf de beide parkdelen voorrang moet verlenen aan verkeer op de Dwingelerweg. Dit plateau is een snelheidsbeperkende maatregel voor het doorgaande autoverkeer op de Dwingelerweg. Aan beide zijden van de uitritten wordt over enige afstand de maximumsnelheid verlaagd tot 60 km/h. Afbeelding 12 toont een schets van de inrichting van het kruispuntplateau.

In de toekomstige situatie vindt er ook uitwisseling tussen het bestaande en het nieuwe d'Olde Kamp plaats door voetgangers. Om deze voetgangers een eigen plek te geven én om een veilige geconcentreerde oversteekvoorziening over de Dwingelerweg te creëren, is ervoor gekozen aan de noordzijde van de toegangsweg een voetpad te realiseren.

In het ontwerp is rekening gehouden met een toekomstig fietspad dat in twee richtingen wordt bereden. Dit fietspad is vooralsnog door de gemeente De Wolden aan de oostzijde van de Dwingelerweg gepland. Wanneer en waar het fietspad daadwerkelijk wordt aangelegd, is nog niet bekend.

Tot slot wordt over het hele terrein een pad aangelegd zodat alle recreatiewoningen eveneens met de auto bereikbaar worden. Aan de westkant van het park komt een (fiets)ontsluiting op de Noorddijk, deze zal mede dienen als toegangsweg voor nood- en hulpdiensten. Bij de recreatiewoningen en het centrumgebouw wordt parkeergelegenheid geboden.

Afbeelding 12: Inrichting verkeerssituatie in- en uitrit

Parkeren

Parkeren vindt gedeeltelijk plaats op de terreinen van de recreatiewoningen.
Hierbij wordt aangehouden:

• 1 parkeerplaats bij een 4 of 6-persoons recreatiewoning;
• 2 parkeerplaatsen bij een 8-persoons recreatiewoning.

Ter plaatse van de centrale voorzieningen worden voor de aankomende, vertrekkende gasten, maar ook voor verblijvende gasten met meer auto's en het personeel van het park, parkeerplaatsen voor (vooralsnog) circa 25 auto's aangelegd.

2.3.8 Verantwoording

De keuze van de inrichting van het park is gebaseerd op de volgende overwegingen.

Verblijfsrecreatie moet zich, volgens onderzoek, onderscheiden van de grote middelmaat. De idealen van de ontwikkelaar om niet alleen maatschappelijk, maar ook landschappelijk verantwoord te ondernemen, heeft geleid tot het plan waarvoor het onderhavige bestemmingsplan is opgesteld.

De uitbreiding van recreatiepark d'Olde Kamp ligt in de Anser Hooilanden en het beekdal van de Oude Vaart. Dit laatste is de reden, dat er is gekozen om een waterrijk gebied te ontwikkelen. Dit komt tevens ten goede aan de vernatting van het aangrenzende nationaal park Dwingelderveld. Voor de gasten betekent dit, dat de natuur in het recreatieterrein wordt gehaald en niet dat het terrein in een natuurgebied ligt. De verschillende biotopen als vochtige heide, vennen en veentjes, inheems, uitheems en bosgemeenschap van de arme zandgrond bieden een natuurbeleving in de directe leefomgeving van het recreatiepark. De vrijgekomen grond bij het maken van de waterpartijen zal gebruikt worden voor verhoogde bosaanplant, zodat een verbindingsgebied ontstaat van drogere bossige vegetatie. Op deze manier vindt er geen afbreuk plaats aan de kostbare natuur, maar zal er in principe natuur worden toegevoegd.

In nauwe samenspraak met Natuurmonumenten en Landschapsbeheer Drenthe wordt het beplantings- en inrichtingsplan opgesteld, zodat het geheel naadloos aansluit bij het omgevingslandschap. Tot slot wordt voor wat betreft de lichtvervuiling een verlichtingsplan opgesteld, dat rekening houdt met nachtdieren en de gewenste donkere nachten.