Graspeel

Status: Onherroepelijk
Identificatie: NL.IMRO.1685.bpgraspeel2009-OH01
Plantype: gemeentelijke overheid/bestemmingsplan

Artikel 7 Natuur

 

7.1 Bestemmingsomschrijving

 

7.1.1 Algemeen

De voor Natuur aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  1. behoud, herstel en ontwikkeling van landschappelijke en natuurwaarden, waaronder (natte) natuurparels;

  2. behoud, herstel en ontwikkeling van de biotopen van flora en fauna;

  3. het als zondanig instandhouden van de niet-beboste gedeelten;

  4. behoud en bescherming van aardkundige waarden;

  5. behoud, herstel en ontwikkeling van cultuurhistorische en landschappelijke waarden;

  6. water en waterhuishoudkundige doeleinden;

  7. extensief recreatief medegebruik;

  8. agrarisch gebruik gericht op natuurbeheer;

een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals (on)verharde paden en overeenkomstig de in 7.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemmingsomschrijving.

 

7.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 7.1.1:

 

  1. Bescherming van waarden

Binnen de bestemming 'Natuur' is het beleid gericht op het beschermen van de landschappelijke en ecologische waarden.

 

  1. Extensief recreatief medegebruik

Het gehele gebied gelegen binnen deze bestemming mag worden gebruikt ten behoeve van extensief recreatief medegebruik. Ter ondersteuning van het recreatief medegebruik worden beperkte recreatieve voorzieningen toegestaan in het gehele gebied zoals paden, banken, picknicktafels, bewegwijzering e.d.

 

  1. Natuur- en landschapswaarden

De gebieden vallende onder deze bestemming betreffen de natuurparels. Het zijn alle begeleid natuurlijke eenheden en de daarbuiten gelegen bos- en natuurgebieden die bijzondere natuurwaarden hebben vanwege specifieke omstandigheden van de bodem of het (grond)water. In de natuurparels moet worden gezorgd voor maximale rust en ruimte voor de ontwikkeling van de natuur- en landschapswaarden.

 

 

 

 

7.2 Bouwregels

 

7.2.1 Algemeen

Uitsluitend zijn toegestaan bouwwerken, geen gebouwen zijnde, alsmede gebouwen ten dienste van deze bestemming.

 

7.2.2 Gebouwen

Op de gronden binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.

 

7.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende maatvoeringseisen:

  1. de bouwhoogte bedraagt niet meer dan 2 m;

  2. in afwijking van het bepaalde onder a. bedraagt de bouwhoogte voor bouwwerken ten behoeve van informatievoorzieningen, entreevoorzieningen dan wel schuilvoorzieningen maximaal 3 m;

  3. de bebouwde oppervlakte bedraagt maximaal 10 m2;

  4. in afwijking van het bepaalde onder a. bedraagt de bouwhoogte voor erfafscheidingen maximaal 1 m.

 

 

7.3 Specifieke gebruiksregels

 

7.3.1 Strijdig gebruik

Onder het gebruiken van gronden of bouwwerken in strijd met het bestemmingsplan, als bedoeld in artikel 2.1, eerste lid, aanhef en onder c van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht, wordt in ieder geval begrepen gebruik en/of laten gebruiken van gronden en/of opstallen voor:

  1. het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest, behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;

  2. lawaaisporten;

  3. verblijfsrecreatie;

  4. het aanbrengen van teeltondersteunende voorzieningen;

  5. het diepwoelen en diepploegen van de bodem vanaf 50 cm diepte.

 

 

7.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

 

7.4.1 Omgevingsvergunningplicht

Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden) de in het schema onder 7.4.4 opgenomen omgevingsvergunningsplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.

 

7.4.2 Uitzonderingen vergunningplicht

Het onder 7.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

  1. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden is verleend;

  2. welke ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan in uitvoering waren;

  3. welke plaatsvinden in het kader van het normale onderhoud en/of natuur- en landschapsontwikkeling.

7.4.3 Toetsing aan waarden

De in 7.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de waarden als opgenomen in 7.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 7.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.

 

7.4.4 Schema omgevingsvergunningplichtige werken en werkzaamheden

 

Omgevingsvergunningsplichtige werken/werkzaamheden

Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken en werkzaamheden

Aanbrengen van oppervlakte- verhardingen groter dan 100 m2

- de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van het op de bestemming gerichte gebruik;

Het afgraven, vergraven, ophogen en egaliseren van de bodem

- de werken en werkzaamheden zijn noodzakelijk in het kader van het op de bestemming gerichte gebruik;
- de werkzaamheden mogen geen onevenredige aantasting van de doeleinden als opgenomen in 7.1 en specifiek in 7.1.2 onder c tot gevolg hebben;