direct naar inhoud van Artikel 20 Waarde - Cultuurhistorie
Plan: Kern Reek
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1685.BPKOMreek-OH01

Artikel 20 Waarde - Cultuurhistorie

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor de instandhouding en versterking van de cultuurhistorisch waardevolle elementen (monumenten).

20.2 Bouwregels

Op de voor ‘Waarde - Cultuurhistorie’ aangewezen gronden mag uitsluitend worden gebouwd indien en voor zover zulks nodig is voor de inrichting ten behoeve van de onderliggende bestemming en verenigbaar is met behoud, herstel en/of versterking van de cultuurhistorische waarden en kwaliteiten van de bestaande bebouwing, mits dit conform advies van de Monumentencommissie of daarvoor in de plaats tredende commissie, niet leidt tot een wezenlijke verandering van de aanwezige cultuurhistorische waarden en kwaliteiten, met dien verstande dat:

  • a. de gevels in de aangegeven bouwgrenzen zullen worden gebouwd;
  • b. bebouwing mogelijk is krachtens de onderliggende bestemming.
20.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
  • 1. Het is verboden, op of in de tot ‘Waarde - Cultuurhistorie’ aangewezen gronden, zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning (voorheen: aanlegvergunning) van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:
    • a. het doorvoeren van veranderingen in de verkaveling van terreinen, voor zover het niet betreft gronden die agrarisch in gebruik zijn.

  • 2. Het verbod als bedoeld in artikel 20.3 onder 1 is niet van toepassing voor:
      • werkzaamheden, normale onderhoudswerkzaamheden zijnde;
      • werken of werkzaamheden van ondergeschikte betekenis;
      • werken of werkzaamheden binnen het kader van het normale bodemgebruik;
      • werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip verleende vergunning of anderszins mogen worden uitgevoerd;
      • werken of werkzaamheden, gericht op de instandhouding van gebouwen en terreinen met cultuurhistorische waarden.
    • a. De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 20.3 onder 1 zijn slechts toelaatbaar indien door die werken of werkzaamheden dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen de in artikel 20.1 genoemde waarden en doeleinden niet onevenredig worden aangetast dan wel de mogelijkheden voor het herstel van de eerstbedoelde waarden niet wezenlijk worden of kunnen worden verkleind.
20.4 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk
  • 1. Het is verboden op of in de tot 'Waarde - Cultuurhistorie' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (sloopvergunning) de op de gronden aanwezige cultuurhistorische waardevolle en/of karakteristieke bebouwing geheel of gedeeltelijk te slopen.

  • 2. Het verbod als bedoeld in artikel 20.4 onder 1 is niet van toepassing voor sloopwerkzaamheden welke op het tijdstip van het van kracht worden van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip verleende vergunning of anderszins mogen worden uitgevoerd.

  • 3. Het bevoegd gezag volgt bij het toepassen van de sloopvergunning de bij Wet algemene bepalingen omgevingsrecht voorgeschreven procedure.