direct naar inhoud van Regels

Buitengebied

Status: Vastgesteld
Idn: NL.IMRO.1684.18BPbuitengeb2010-VA01

Artikel 36 Algemene aanduidingregels

 

36.1 dassencorridor

Ter plaatse van de aanduiding ‘dassencorridor’ is het buiten het bouwvlak niet toegestaan hekwerken en rasters te bouwen of aan te brengen die de doorgang van dassen beperken.

 

36.2 funnel

Al dan niet in afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2, geldt ter plaatse van de aanduiding ‘funnel’ ten behoeve van het obstakelvrije (start- en landings)vlak met zijkanten een bouwverbod voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor een hogere bebouwing dan:

  1. 150 m boven NAP ter plaatse van de aanduiding 'funnel 1'; in verband met het beschermingsgebied van in- en uitvliegfunnel van vliegtuigen.

 

36.3 Geluidzone – industrie

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone-industrie’ mag ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidsgevoelige bebouwing worden opgericht, tenzij een hogere waarde is vastgesteld.

 

36.4 geluidzone – vliegveld

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone – vliegveld’, mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidsgevoelige bebouwing worden opgericht.

 

36.5 geluidzone – lawaaisporten

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘geluidzone – lawaaisporten’, mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen geluidsgevoelige bebouwing worden opgericht.

 

36.6 Radarverstoringsgebied

Al dan niet in afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2, geldt ter plaatse van de aanduiding ‘radarverstoringsgebied’ een bouwverbod voor gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, voor een hogere bebouwing dan 65 m boven NAP.

 

36.7 Veiligheidszone – Bevi

Op de gronden ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone - bevi’ is geen nieuwbouw van (beperkt) kwetsbare objecten, zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen, toegestaan.

 

36.8 veiligheidszone - lpg

Ter plaatse van de aanduiding ‘veiligheidszone – lpg’ gelden de volgende regels:

  1. Op de gronden met de aanduiding ‘veiligheidszone – lpg’ is het niet toegestaan gebouwen te bouwen in verband met de veiligheid van personen en objecten bij calamiteiten ter plaatse.

  2. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijken van het bepaalde onder a, voor het bouwen in overeenstemming met het bepaalde in hoofdstuk 2 van deze regels, mits;

  1. de veiligheid van personen en objecten in het kader van externe veiligheid kan worden gegarandeerd;

  2. vooraf advies is ingewonnen bij de betreffende leidingbeheerder.

 

36.9 bebouwingsvrije zone A73

Ter plaatse van de aanduiding ‘bebouwingsvrije zone A73’ mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen bouwwerken worden gebouwd, met uitzondering van de met snelweg verband houdende bouwwerken, zoals geluidswerende voorzieningen.

 

36.10 overlegzone A73

  1. Ter plaatse van de aanduiding ‘overlegzone A73’ mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen bouwwerken worden gebouwd, met uitzondering van de met snelweg verband houdende bouwwerken, zoals geluidswerende voorzieningen.

  2. Het bevoegd gezag kan een omgevingsvergunning verlenen voor afwijken van het bepaalde onder a voor het bouwen van een bouwwerk ter plaatse van de aanduiding ‘overlegzone A73’, mits door de bouw van dit bouwwerk de verkeersbelangen niet onevenredig worden geschaad. Daartoe dient vooraf de betrokken wegbeheerder te worden gehoord.

 

36.11 Boom- en vaste plantenteelt categorie 1

Ter plaatse van de aanduiding ‘boom- en vaste planteelt categorie 1’ mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen boom- en vaste plantenteelt plaatsvinden.

 

36.12 Boom- en vaste plantenteelt categorie 2

 

36.12.1 Verboden werkzaamheden

Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, ter plaatse van de aanduiding ‘boom- en vaste planteelt categorie 2’ boom- en vaste plantenteelt te laten plaatsvinden.

 

36.12.2 Uitzondering

Het in lid 36.12.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  1. Het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn.

  2. Reeds in uitvoering zijn krachtens een verleende omgevingsvergunning, dan wel krachtens een verleende omgevingsvergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

  3. Binnen het bouwvlak plaats vinden, met uitzondering van de werken en werkzaamheden ter plaatse van de aanduiding ‘monumentale boom’.

 

36.12.3 Toelaatbaarheid

De in lid 36.12.1 genoemde omgevingsvergunning, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de hierna genoemde waarden:

  1. struweelvogels.

  2. dassenleefgebied.

  3. openheid, historische groenstructuren en archeologische waarden.

  4. aardkundig waardevol gebied.

  5. ecologische hoofdstructuur.

 

36.13 Zoekgebied – evz

 

36.13.1 Verboden werkzaamheden

Ter plaatse van de aanduiding ‘zoekgebied - evz’ mag, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen wegen of paden worden aangelegd en/of verhard dan wel het aanbrengen van andere niet omkeerbare oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2.

 

36.13.2 Uitzondering

Het in lid 36.13.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  1. Het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn.

  2. Reeds in uitvoering zijn krachtens een verleende omgevingsvergunning, dan wel krachtens een verleende omgevingsvergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

  3. Binnen het bouwvlak plaats vinden, met uitzondering van de werken en werkzaamheden ter plaatse van de aanduiding ‘monumentale boom’.

 

36.13.3 Toelaatbaarheid

De in lid 36.13.1 genoemde omgevingsvergunning wordt geweigerd, indien het werk of de werkzaamheden de verwezenlijking, het behoud en/of het beheer van de ecologische verbindingszone aantast.

 

36.14 Zoekgebied – voor behoud en herstel watersystemen

 

36.14.1 Verboden werkzaamheden

Ter plaatse van de aanduiding ‘zoekgebied – voor behoud en herstel watersystemen’ mogen ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen:

  1. geen wegen of paden worden aangelegd en/of verhard dan wel het aanbrengen van andere niet omkeerbare oppervlakteverhardingen groter dan 100 m2;

  2. geen gronden worden opgehoogd.

 

36.14.2 Uitzondering

Het in lid 36.14.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:

  1. Het normale onderhoud en/of gebruik betreffen, dan wel van ondergeschikte betekenis zijn.

  2. Reeds in uitvoering zijn krachtens een verleende omgevingsvergunning, dan wel krachtens een verleende omgevingsvergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.

  3. Binnen het bouwvlak plaats vinden, met uitzondering van de werken en werkzaamheden ter plaatse van de aanduiding ‘monumentale boom’.

 

36.14.3 Toelaatbaarheid

De in lid 36.14.1 genoemde omgevingsvergunning wordt geweigerd, indien het werk of de werkzaamheden de verwezenlijking, het behoud en/of het beheer van het watersysteem aantast.

 

36.15 Accentgebied boom- en vaste plantenteelt

Binnen het agrarisch bouwvlak, ter plaatse van de aanduiding ‘boom- en vaste plantenteelt’ zijn, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, hoge teeltondersteunende voorzieningen toegestaan mits de afstand tot (bedrijfs)woningen op naast gelegen percelen niet minder bedraagt dan 25 meter en de hoogte niet meer bedraagt dan 5 m..