direct naar inhoud van Artikel 2 Wijze van meten
Plan: Cuijk Centrum
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1684.07BPcuijkcentrum-OH01

Artikel 2 Wijze van meten

 

2.1 Meten
  • a. Bij de toepassing van deze regels wordt loodrecht gemeten tot of vanuit het hart van de lijn, tenzij anders aangegeven (Cuijk).
  • b. De afstand tussen bouwwerken onderling alsmede de afstand van bouwwerken tot perceelsgrenzen worden daar gemeten waar deze afstand het kleinst is (Cuijk). 
2.2 Maatvoering

Alle maten zijn, tenzij anders aangegeven:

  • a. voor lengten in meters (m);
  • b. voor oppervlakten in vierkante meters (m²);
  • c. voor inhoudsmaten in kubieke meters (m³);
  • d. voor verhoudingen in procenten (%);
  • e. voor hoeken/hellingen in graden (º) (Cuijk).  
2.3 Bestaande maten

Met betrekking tot bestaande maten gelden de volgende regels:

  • a. indien afstanden tot, en bouwhoogten, inhoud, aantallen en/of oppervlakten van bestaande bouwwerken die gebouwd zijn met inachtneming van het bepaalde bij of krachtens de Woningwet, op het tijdstip van de terinzagelegging van het ontwerp van het plan meer dan wel minder bedragen dan ingevolge regels hoofdstuk 2 is voorgeschreven, mogen deze maten en hoeveelheden als maximaal, respectievelijk minimaal toelaatbaar worden aangehouden;
  • b. In het geval van (her)oprichting van gebouwen is het bepaalde in lid a. alleen van toepassing indien het geschiedt op dezelfde plaats. 
2.4 Ondergeschikte bouwdelen

Bij de toepassing van de bouwregels worden ondergeschikte bouwdelen buiten beschouwing gelaten, onder voorwaarde dat:

  • a. de overschrijding van de bouwregels in het horizontale vlak maximaal 1,6 meter is;
  • b. de overschrijding van de bouwregels in het verticale vlak maximaal 3 m is;
  • c. de oppervlakte mag maximaal 10% van het betreffende platte dakvlak of de horizontale projectie van het schuine dakvlak zijn. 
2.5 Bouwwerken

 

de bepaling van het peil

  • op droge grond is het peil: de hoogte van de bovenkant van de begane grondvloer van het hoofdgebouw gelegen binnen maximaal 0,5 m van de hoogte van de weg waarop het bouwperceel ontsloten wordt, dan wel de hoogte van de bovenkant van de begane grondvloer van het bestaande hoofdgebouw (Bor/Cuijk);
  • op of in het water is het peil: het gemiddeld jaarlijks waterpeil ter plaatse van het bouwperceel (Cuijk).

 

de Bovenkant Spoorstaaf

de bovenkant van de spoorstaaf waarop de wielen rusten (Cujk).

 

de hoogte van de weg

de hoogte van de weg zoals die door of namens burgemeester en wethouders is vastgesteld (bouwverordening Cuijk).

 

de goothoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee te vergelijken constructiedeel (svbp2008).

de bouwhoogte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen (svbp2008).

 

de bouwdiepte van een bouwwerk

vanaf het peil tot aan het laagste punt van een gebouw of van een bouwwerk, geen gebouw zijnde, met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals rioleringen, kabels, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen (Cuijk).

 

de lengte, breedte en diepte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren (Cuijk).

 

de oppervlakte van een bouwwerk

tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk (svbp2008).

 

de bedrijfsvloeroppervlakte van een bouwwerk

de totale vloeroppervlakte van de ruimte binnen een gebouw en/of op een terrein dat wordt gebruikt voor de uitoefening een bedrijf, een dienstverlenend bedrijf of een dienstverlenende instelling, inclusief (binnen)opslag, rust- en rookruimten, administratieruimten en dergelijke (Cuijk).

 

de verkoopvloeroppervlakte van een bouwwerk

de voor het publiek zichtbare en toegankelijke (besloten) winkelruimte ten dienste van de detailhandel, inclusief de etalageruimte en de ruimte achter de toonbank (Cuijk).

 

de inhoud van een bouwwerk

tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen (svbp2008).

 

de dakhelling

langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak (svbp2008).

 

de afstand tot de bouwperceelgrens

vanaf de bouwperceelgrens tot aan het gevelvlak van een bouwwerk (Cuijk).

 

het bebouwingspercentage

het oppervlak dat met bouwwerken is bebouwd, uitgedrukt in procenten van de oppervlakte van het bouwperceel, voor zover dat is gelegen binnen de bestemming, of binnen een in de regels nader aan te duiden gedeelte van die bestemming (Cuijk).