34.1 Bestemmingsomschrijving
De voor 'Waarde - Beschermde dijk' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere aldaar voorkomende bestemming(en), primair bestemd voor behoud en/of herstel van van binnendijken en de daaraan eigen landschappelijke, cultuurhistorische en / of natuurwaarden.
34.3 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
34.3.1 Verbod
Het is verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van het bevoegd gezag (omgevingsvergunning) op of in deze gronden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te uitvoeren of te doen c.q te laten uitvoeren:
-
a. het uitvoeren van grondbewerkingen, waartoe ook wordt gerekend afgraven, woelen, mengen, diepploegen, egaliseren, ontginnen en aanleggen van drainage;
-
b. het ophogen, verlagen of egaliseren van de bodem;
-
c. het aanleggen, vergraven, verruimen en dempen van sloten, vijvers en andere wateren;
-
d. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, paden, banen of parkeergelegenheid en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
-
e. het vergraven of ontgraven van reeds aanwezige dijken of taluds;
-
f. het verlagen of het verhogen van het waterpeil, voor zover dit geen bevoegdheid van het waterschap betreft;
-
g. het aanleggen of rooien van bos of boomgaard waarbij stobben worden verwijderd;
-
h. het omzetten van grasland in bouwland;
-
i. het aanleggen van ondergrondse kabels en leidingen en het aanbrengen van daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur;
-
j. het verwijderen, kappen of rooien van bomen of andere opgaande beplanting alsmede het verwijderen van oevervegetaties;
-
k. het beplanten van gronden met houtgewassen.
34.3.2 Uitzonderingen
Het verbod van het in dit artikel betreffende lid 34.3.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
-
a. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan en waarvoor vergunning is verleend;
-
b. het normale onderhoud betreffen;
-
c. mogen worden uitgevoerd krachtens een reeds verleende omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden.
34.3.3 Voorwaarden
Een omgevingsvergunning als bedoeld in lid 34.3.1 wordt slechts verleend indien is gebleken dat de genoemde werken en werkzaamheden dan wel de directe of indirecte gevolgen van deze werken en werkzaamheden niet zullen leiden tot een aantasting dan wel een significante aantasting dan wel de mogelijkheid voor het herstel van de waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind, en indien mitigerende en zo nodig compenserende maatregelen worden genomen.