direct naar inhoud van Artikel 20 Verkeer
Plan: Kop van Schouwen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1676.00040BpAbg-va03

Artikel 20 Verkeer

20.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wegen en straten met een profiel van 1x2 rijstroken;
  • b. voet- en fietspaden;
  • c. parkeerterreinen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'terras': een horecaterras ten behoeve van de aangrenzende bestemming;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden': het behoud van cultuurhistorische waarde;
  • f. ter plaatse van de aanduiding 'houtwal': het behoud, de bescherming en het herstel van een houtwal of houtsingel;
  • g. groenvoorzieningen;
  • h. speelvoorzieningen;
  • i. straatmeubilair, afvalverzamelvoorzieningen, geluidwerende voorzieningen, waterhuishoudkundige voorzieningen, taluds, oevers, bruggen, fietstunnels en andere voorzieningen ten behoeve van de bestemming.
20.2 Bouwregels

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

20.2.1 Algemeen

Op deze gronden mogen uitsluitend ten dienste van de in lid 20.1 bedoelde bestemming worden gebouwd:

  • a. gebouwen;
  • b. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
20.2.2 Gebouwen
  • a. de oppervlakte van gebouwen bedraagt maximaal 15 m²;
  • b. de bouwhoogte van gebouwen bedraagt maximaal 3,50 meter.
20.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 2 meter, met uitzondering van:
    • 1. antennes die ten hoogste 5 meter mogen bedragen;
    • 2. speeltoestellen die ten hoogste 3 meter mogen bedragen;
    • 3. openbare nutsvoorzieningen die ten hoogste 3,50 meter mogen bedragen;
    • 4. horecaterrasoverkappingen ter plaatse van de aanduiding 'terras' die ten hoogste 4 meter mag bedragen, waarbij de uitvalschermen onder een hellingshoek van 200 gemonteerd dienen te worden;
    • 5. horecaterrasscherm ter plaatse van de aanduiding 'terras' die ten hoogste 1,50 meter mag bedragen;
    • 6. parasols ter plaatse van de aanduiding 'terras' die ten hoogste 5 meter mogen bedragen;
    • 7. een zend- en ontvangstinstallatie die ten hoogste 45 meter mag bedragen;
    • 8. licht- en vlaggenmasten die ten hoogste 8 meter mogen bedragen;
  • b. bij horecaterrasoverkappingen dienen de uitvalschermen onder een hellingshoek van 20° gemonteerd te worden.
20.3 Nadere eisen
20.3.1 Eisen

Het bevoegd gezag kan bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor bouwen, nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de plaatsing van gebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen ten opzichte van de bouwperceelsgrens en ten opzichte van elkaar;
  • b. de dakhelling van hellende dakvlakken van gebouwen;
  • c. de plaatsing en vormgeving van bouwwerken, geen gebouwen zijnde.
20.3.2 Voorwaarden

Deze nadere eisen mogen slechts worden gesteld met het doel te voorkomen dat de belangen van derden worden geschaad of afbreuk wordt gedaan aan de doeleinden van het plan en met het oog op de bereikbaarheid van gebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, en gronden in verband met calamiteiten.

20.4 Afwijken van de bouwregels
20.4.1 Afwijking

Het bevoegd gezag kan bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in lid 20.2.3 sub a tot een bouwhoogte van maximaal 10 meter, met uitzondering van overkappingen.

20.4.2 Afwegingskader

De omgevingsvergunning als bedoeld in 20.4.1 kan slechts worden verleend, mits:

  • a. dit passend is in het straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. dit niet leidt tot onevenredige aantasting van gebruiks- en ontwikkelingsmogelijkheden van naastgelegen percelen.
20.5 Specifieke gebruiksregels

Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend het gebruiken, te doen of laten gebruiken van gronden als uitstallings-, opslag-, stand-, of ligplaats voor kampeermiddelen.