Planregels

Op deze pagina vindt u de regels behorende bij het plan Buitengebied Wouw.

Artikel 11 Bedrijf - 4

 

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor ''Bedrijf - 4'' aangewezen gronden zijn bestemd voor bedrijven:

  1. bedrijven voor zover deze voorkomen in de categorie 1, 2, 3.1 en 3.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

  2. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - groothandel in agrarische producten'' is uitsluitend een groothandel in agrarische producten toegestaan;

  3. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - detailhandel in ruitersportartikelen'' is uitsluitend detailhandel in ruitersportartikelen toegestaan;

  4. ter plaatse van de aanduiding ''verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg'' is uitsluitend een verkooppunt motorbrandstoffen zonder lpg toegestaan;

  5. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - metaalbedrijf'' is uitsluitend een metaalbedrijf toegestaan;

  6. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - productiebedrijf in rubberen materialen'' is uitsluitend een productiebedrijf in rubberen materialen toegestaan;

  7. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - transportbedrijf'' is uitsluitend een transportbedrijf toegestaan;

  8. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - groothandel in bouwmaterialen'' is uitsluitend een groothandel in bouwmaterialen toegestaan;

  9. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - op- en overslag oud ijzer'' is uitsluitend op- en overslag van oud ijzer toegestaan;

  10. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - grondverzetbedrijf'' is uitsluitend een grondverzetbedrijf toegestaan;

  11. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - groothandel in machines en voertuigen'' is uitsluitend een groothandel in machines en voertuigen toegestaan;

  12. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - houtbewerkingsbedrijf'' is uitsluitend een houtbewerkingsbedrijf toegestaan;

  13. ter plaatse van de aanduiding ''dierenasiel'' is uitsluitend een dierenasiel/dierenpension toegestaan;

  14. ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - aannemingsbedrijf'' is uitsluitend een aannemingsbedrijf toegestaan;

  15. ter plaatse van de aanduiding ''opslag'' is uitsluitend opslag toegestaan;

  16. in afwijking van hetgeen in de aanhef van deze bestemmingsomschrijving is toegestaan is ter plaatse van de aanduiding ''specifieke vorm van bedrijf - groothandel en verwerking van agrarische producten'' een groothandel in en verwerking van agrarische producten toegestaan, vallende onder categorie 4.2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;

  17. per bestemmingsvlak maximaal þ9þ9n bedrijfswoning met bijbehorende bijgebouwen;

  18. ter plaatse van de aanduiding ''bedrijfswoning uitgesloten'' is in het betreffende bestemmingsvlak geen bedrijfswoning toegestaan;

alsmede bijbehorende voorzieningen zoals ontsluitingswegen, parkeervoorzieningen, groen en water.

 

 

11.2 Bouwregels

 

11.2.1 Algemeen

Op deze gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

    1. hoofd- en bijgebouwen;

    2. bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

 

11.2.2 Hoofd- en bijgebouwen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  1. hoofdgebouwen moeten worden opgericht in het bestemmingsvlak;

  2. voor de bedrijfswoning geldt de volgende maatvoering:

    1. de inhoud van deze bedrijfswoning ten hoogste 750 m3 mag bedragen;

    2. er per bedrijfswoning vrijstaande bijgebouwen mogen worden opgericht met een goothoogte van maximaal 3 m en een bouwhoogte van ten hoogste 5 m en met een maximale oppervlakte van 80 mû2;

  3. het maximale bebouwingsoppervlak aan gebouwen en overkappingen (met uitzondering van de bedrijfswoning en de daarbij behorende bijgebouwen) mag per bestemmingsvlak niet meer bedragen dan hierna aangegeven per op het genoemde adres gelegen bestemmingsvlak:

 

Bergsebaan 35

(detailhandel in ruitersportartikelen/ groothandel in agrarische producten/ verkooppunt motorbrandstoffen)

1.435 m2

Bergsebaan 37

(aannemingsbedrijf)

870 m2

Bergsebaan 36a

(metaalbedrijf)

600 m2

Bergsebaan 45a

(productiebedrijf in rubberen materialen)

654 m2

Boerenweg 2a

(transportbedrijf/grondverzetbedrijf/groothandel in machines/voertuigen)

1.100 m2

Boterstraat ong

(op- en overslag van oud ijzer)

80 m2

Gareelweg 26

(loonwerkbedrijf/transportbedrijf)

4.306 m2

Herelsestraat 206

(houtbewerkingsbedrijf)

640 m2

Julianaweg 11

(dierenasiel/dierenpension)

1.156 m2

Julianaweg 12

(dierenasiel/dierenpension)

535 m2

Julianaweg 15

(houtbewerkingsbedrijf)

4.115 m2

Moerstraatseweg 14a

(groothandel en verwerking agrarische producten)

13.500 m2

Plantagebaan 58

(aannemingsbedrijf)

1.885 m2

Plantagebaan 80

(opslag)

1.055 m2

Plantagebaan 227

(groothandel in bouwmaterialen/ aannemingsbedrijf)

4.500 m2

Plantagecentrum 11

(houtbewerkingsbedrijf)

400 m2

 

  1. voor zover de gebouwen en overkappingen niet in de perceelsgrens worden gebouwd, dient de afstand tot de perceelsgrens ten minste 3.00 m te bedragen;

  2. de goot- en / of bouwhoogte van gebouwen mag ten hoogste bedragen:

    1. goothoogte 6 m;

    2. bouwhoogte 10 m.

  3. de afstand van gebouwen tot de as van de rijbaan dient ten minste 15 meter te bedragen;

  4. de inhoud van een bouwwerk wordt gemeten vanaf bovenkant begane grondvloer.

 

 

 

11.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  1. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste bedragen:

    1. erf afscheidingen gelegen tussen het bestemmingsvlak en de bestemming Verkeer 1.00 m;

    2. erfafscheiding anders dan onder 1: 2.00 m;

    3. andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde 5.00 m.

 

11.3 Ontheffing van de bouwregels

 

11.3.1 Perceelsgrens

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in 11.2.2 onder d voor de oprichting van gebouwen en overkappingen binnen 3 m van de perceelsgrens, mits daardoor de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden niet worden verminderd en mits daardoor de brandveiligheid van het gebouw en van de omgeving, waaronder mede wordt verstaan de toegankelijkheid van hulpdiensten, niet wordt aangetast.

 

11.3.2 Hoogte

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 11.2.3 voor het oprichten van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, waarbij de maximale (bouw)hoogte niet meer mag bedragen dan 15 meter.

 

11.3.3 Vergroting bebouwde oppervlakte

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van de in 11.2.2 opgenomen maximale oppervlakte bedrijfsbebouwing van niet-agrarische bedrijven, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  1. de in 11.2.2 opgenomen bebouwde oppervlakte mag met maximaal 15% worden vergroot;

  2. de in 11.2.2 opgenomen bebouwde oppervlakte mag - eenmalig - met maximaal 25% worden vergroot indien sprake is van een agrarisch technisch hulpbedrijf of een agrarisch verwant bedrijf;

  3. de belangen van de omliggende (niet) agrarische bedrijven en andere functies worden niet onevenredig aangetast;

  4. er vindt geen toename van de milieubelasting plaats;

  5. er vindt geen opslag buiten de gebouwen plaats;

  6. er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing;

  7. de verkeersaantrekkende werking dient te zijn afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie;

  8. het woon- en leefklimaat mogen niet onevenredig worden aangetast.

 

11.3.4 Afstand bebouwing tot as rijbaan

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ontheffing te verlenen van het bepaalde in artikel 11.2.2 voor het oprichten van bebouwing op minder dan 15 meter uit de as van de rijbaan, mits sprake blijft van voldoende verkeersveiligheid.

 

11.3.5 Belangenprocedure bij specifieke ontheffingsregels

Bij toepassing van een ontheffingsbevoegdheid, zoals deze onderdeel uitmaakt van dit plan, dienen de procedureregels zoals opgenomen in artikel 34 in acht te worden genomen.

 

 

 

 

 

11.4 Specifieke gebruiksregels

 

11.4.1 Bedrijven

Het is niet toegestaan de gronden te gebruiken:

  1. voor bedrijven als bedoeld in artikel 2.4 van het Inrichtingen- en Vergunningenbesluit milieubeheer (Stb. 1993, 50);

  2. voor bedrijven en inrichtingen genoemd in het Besluit Externe Veiligheid inrichtingen (27 mei 2004, Staatsblad 2004, 250);

  3. voor AMVB-inrichtingen waarvoor krachtens artikel 8.40 van de Wet op Milieubeheer afstanden gelden met het oog op externe veiligheid.

 

11.4.2 Opslag

Het is niet toegestaan de onbebouwde gronden te gebruiken voor de opslag van goederen met een totale stapelhoogte van meer dan 4.00 m.

 

11.4.3 Smart- en growshops, groothandel in smart- en growproducten en belwinkels

Het is niet toegestaan de gronden en opstallen te gebruiken als smart- en/of growshop en/of groothandel in smart- en growproducten en/of belwinkel.

 

11.4.4 Aan-huis-gebonden-beroep en kleinschalige beroeps- en bedrijfsactiviteiten

Het is niet toegestaan om gebouwen en andere bouwwerken te gebruiken voor aan-huis-gebonden-beroep en kleinschalige beroeps- en bedrijfsmatige activiteiten.

 

11.4.5 Bijgebouwen als zelfstandige woning en afhankelijke woonruimte

Het is niet toegestaan de (vrijstaande) bijgebouwen bij bedrijfswoningen te gebruiken als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte.

 

11.4.6 Bijzondere woonvorm

Het is niet toegestaan om gebouwen en andere bouwwerken te gebruiken of te laten gebruiken voor bijzondere woonvormen.

 

11.4.7 Detailhandel en kantoren

Het is niet toegestaan de gronden en opstallen te gebruiken als detailhandel en zelfstandige kantoren, met uitzondering van detailhandel als opgenomen in de staat van bedrijfsinrichtingen dan wel detailhandel in ondergeschikte zin in ter plaatse vervaardigde of geproduceerde goederen en met uitzondering van bedrijven met een aparte aangegeven aanduiding.

 

 

11.5 Ontheffing van de gebruiksregels

 

11.5.1 Mantelzorg

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd voor wat betreft de woonfunctie om ontheffing te verlenen van het bepaalde in lid 11.4.5 voor het gebruik van een bijgebouw als afhankelijke woonruimte, mits:

  1. een dergelijke bewoning noodzakelijk is vanuit een oogpunt van mantelzorg;

  2. de afhankelijke woonruimte binnen de vigerende regeling inzake bijgebouwen wordt ingepast met een maximale oppervlakte van 80 m2;

  3. er geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ingevolge de bestemming gegeven gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken; een en ander met dien verstande dat burgemeester en wethouders de ontheffing intrekken, indien de bij het verlenen van de ontheffing bestaande noodzaak vanuit een oogpunt van mantelzorg niet meer aanwezig is.

 

11.5.2 Omzetting bedrijvigheid binnen milieucategorie 1 en 2

Burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen teneinde andersoortige bedrijvigheid dan ter plaatse aangeduid op de kaart en opgenomen in de Staat van bedrijvigheid , mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

  1. de nieuwe bedrijfsactiviteit dient te passen binnen de in de bijlage van deze regels opgenomen staat van bedrijfsactiviteiten categorie 1 en 2;

  2. indien de bedrijfsactiviteit niet voorkomt in de staat van inrichtingen of indien voor de betreffende bedrijfsactiviteit een hogere milieucategorie is aangegeven, kan de bedrijfsactiviteit uitsluitend worden toegestaan, indien de aard en uitstraling van de gewenste bedrijfsactiviteit overeenkomt met de bedrijven die als categorie 1 en 2 zijn opgenomen in de staat van bedrijfsactiviteiten;

  3. er mag geen opslag buiten de gebouwen plaatsvinden;

  4. de verkeersaantrekkende werking dient te zijn afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie;

  5. een tweede bedrijfswoning, voor zover niet reeds aanwezig, is niet toegestaan;

  6. de ontheffing mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven;

  7. detailhandel is niet toegestaan behoudens voor zover zulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik;

  8. er dient sprake te zijn van een zorgvuldige landschappelijke inpassing;

  9. uit een over te leggen onderzoek dient te blijken dat de bodem geschikt is voor de nieuwe functie;

  10. deze ontheffing is niet van toepassing op bestaande agrarische verwante bedrijven en agrarische technische hulpbedrijven.

 

11.5.3 Belangenprocedure bij specifieke ontheffingsregels

Bij toepassing van een ontheffingsbevoegdheid, zoals deze onderdeel uitmaakt van dit plan, dienen de procedureregels zoals opgenomen in artikel 34 in acht te worden genomen.

 

 

11.6 Wijzigingsbevoegdheid

 

11.6.1 Wonen - 2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd deze bestemming te wijzigen in de bestemming ''Wonen - 2'', indien de bedrijfsactiviteiten ter plaatse zijn beþbindigd, met inachtneming van de volgende voorwaarden:

  1. wijziging vindt gelijktijdig plaats met wijziging van de overige gronden naar de bestemming Agrarisch, Agrarisch met waarden - 1, Agrarisch met waarden - 2, Agrarisch met waarden ù6 3 of Agrarisch met waarden ù6 4, waarbij deze worden bestemd overeenkomstig de aangrenzende bestemmingen;

  2. het bedrijf ter plaatse dient te zijn beþbindigd;

  3. de oppervlakte bijgebouwen bij de woning dient door sloop van overtollige bebouwing teruggebracht te worden tot 80m2, waarbij cultuurhistorisch waardevolle bebouwing gehandhaafd dient te blijven;

  4. in afwijking van het bepaalde onder c. mag, ter stimulering van sloop van overtollige bebouwing, bij sloop van voormalige bedrijfsbebouwing de oppervlakte aan bijgebouwen tot een maximum van 200 m2 (inclusief te handhaven cultuurhistorisch waardevolle bebouwing) worden vergroot, met dien verstande dat per 100 m2 vergroting van de toegestane oppervlakte bijgebouwen telkens minimaal 500 m2 legaal opgerichte bedrijfsbebouwing dient te worden gesloopt;

  5. er mag, ter stimulering van sloop van overtollige bebouwing, bij sloop van voormalige bedrijfsbebouwing de bestaande inhoud van de woning worden vergroot tot maximaal 850 m3, met dien verstande dat per 50 m3 vergroting van de woning telkens minimaal 500 m2 legaal opgerichte bedrijfsbebouwing dient te worden gesloopt.

  6. de wijziging mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven;

  7. de regels van Wonen - 2 worden van overeenkomstige toepassing verklaard.

 

11.6.2 Belangenprocedure bij specifieke wijzigingsbevoegdheid

Bij toepassing van een wijzigingsbevoegdheid, zoals deze onderdeel uitmaakt van dit plan, dienen de procedureregels zoals opgenomen in artikel 34 in acht te worden genomen.