Plan: | BSC-terrein |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1672.BPBH2010BSCterrein-VG01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan 'BSC-terrein' van de gemeente Rijnwoude;
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1672.BPBH2010BSCterrein-VG01 met de bijbehorende regels;
de van het plan deel uitmakende kaart genummerd 211x03519;
een met het hoofdgebouw verbonden gebouw, dat door zijn ligging, constructie of afmeting ondergeschikt is aan en in een directe verbinding staat met het hoofdgebouw;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels, regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
een woning die onderdeel uitmaakt van een blok van meer dan twee aaneengebouwde woningen;
een van de weg afgekeerde gevel van een hoofdgebouw die parallel of nagenoeg parallel loopt aan de voorgevel;
denkbeeldige lijn die strak loopt langs de achtergevel van een gebouw tot aan de perceelsgrenzen;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
een in de regels of op de verbeelding aangegeven percentage, dat de grootte van het deel van het bouwvlak aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd; hierbij worden ondergrondse bouwwerken die zichtbaar zijn boven peil meegerekend;
het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijk bedrijf, geheel of overwegend door handwerk, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijbehorende bouwwerken met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend;
een beroep of het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerptechnisch of hiermee gelijk te stellen gebied, dat door zijn beperkte omvang in een woning en daarbij behorende bijbehorende bouwwerken, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak, met uitzondering van overkappingen. Tot een bijbehorend bouwwerk worden in elk geval gerekend: aanbouwen en bijgebouwen;
een met het hoofdgebouw verbonden of daarvan vrijstaand gebouw, dat door zijn ligging, constructie of afmeting ondergeschikt is aan dat hoofdgebouw;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
de grens van een bouwvlak;
een doorlopend gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met uitsluiting van onderbouw en zolderverdieping;
de grens van een bouwperceel;
een geometrisch bepaald vlak, waarmee de gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten;
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct, hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
toevoeging aan het dakvlak, overeenkomstig de bepalingen van het Besluit omgevingsrecht (Bor);
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
boven dan wel beneden en/of naast elkaar gesitueerde woningen waarbij per woning een zelfstandige toegankelijkheid, al dan niet direct vanaf het voetgangersniveau, gewaarborgd is;
de als zodanig aangegeven lijn, waar de voorgevel van een hoofdgebouw op moet zijn geörienteerd;
een gebouw dat op een bouwperceel door zijn aard, functie, constructie of afmetingen dan wel gelet als belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;
persoon of groep personen die een huishouding voert, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan, bedrijfsmatige kamerverhuur wordt daaronder niet begrepen;
civieltechische bouwwerken ten behoeve van weg - en waterbouw;
een buiten de gevel of dakvlakken uitstekend ondergeschikt deel van een bouwwerk met uitzondering van een uitgebouwd gedeelte van een gebouw dat dient ter uitbreiding van het oppervlak;
een (gedeelte) van een bouwwerk, waarvan de vloer is gelegen op minimaal 1,75 meter onder peil;
elke al dan niet overdekte stallinggelegenheid ten behoeve van gemotoriseerd verkeer;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een voor publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch-pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan: een seksbioscoop, seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub, of een prostitutiebedrijf, waaronder begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
een speeltoestel als bedoeld in artikel 1 sub c van het Warenwetbesluit attractie- en speeltoestellen;
blokken van twee-aaneengebouwde woningen;
het naar de openbare weg en/of fiets- en voetpad toegekeerde gedeelte van de kap. Op een hoekperceel wordt het dakvlak dat naar de openbare weg en/of fiets- en voetpad is toegekeerd ook beschouwd als voordakvlak;
een naar de openbare weg en/of fiets- en voetpad toegekeerde gevel van een hoofdgebouw;
denkbeeldige lijn, die strak langs de naar openbare weg en/of fiets- en voetpad toegekeerde gevel van het hoofdgebouw of het verlengde daarvan loopt. Op een hoekperceel wordt de zijgevellijn die naar de openbare weg en/of fiets- en voetpad is toegekeerd ook beschouwd als voorgevelrooilijn;
een openbare voorziening ter verzorging van zekere voorzieningen ten nutten van het publiek, het telecommunicatieverkeer, het openbaar vervoer en/of het wegverkeer;
een woning die vrij staat van een andere woning;
een voor openbaar verkeer openstaande weg of pad, met inbegrip van de daarin gelegen bruggen en duikers en die tot die wegen behorende paden en bermen of zijkanten;
indien en voorzover in deze regels wordt verwezen naar wettelijke regelingen c.q. verordeningen e.d., dienen deze regelingen te worden gelezen zoals deze luiden op het tijdstip van de tervisielegging van het ontwerpplan, tenzij anders bepaald;
een complex van ruimten, uitsluitend bedoeld voor de huisvesting van één afzonderlijk huishouden;
het houden van een verblijf of gehuisvest zijn in een woning;
de perceelsscheiding van een bouwperceel, niet gelegen aan de voor- of achterzijde van het perceel;
een van de weg afgekeerde gevel van een hoofdgebouw, niet zijnde een voor- of achtergevel;
denkbeeldige of op de verbeelding aangegeven lijn die strak loopt langs de zijgevel van een gebouw tot aan de perceelgrenzen.