direct naar inhoud van 4.4 Externe veiligheid
Plan: Kernen Roerdalen
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02

4.4 Externe veiligheid

Beleid

Bij externe veiligheid wordt onderscheid gemaakt in de richtlijnen voor stationaire bronnen en transportassen. De richtlijnen voor stationaire bronnen zijn vastgelegd in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen en de Regeling Externe Veiligheid Inrichtingen. De richtlijnen voor transport zijn vastgelegd in de Circulaire Risico Normering Vervoer Gevaarlijke Stoffen, het Besluit Externe Veiligheid Buisleidingen en de Regeling Externe Veiligheid Buisleidingen. In de hiervoor genoemde besluiten worden normwaarden gegeven voor twee verschillende typen risico's; het plaatsgebonden risico en het groepsrisico.

Plaatsgebonden risico

Het plaatsgebonden risico geeft inzicht in de jaarlijkse kans op overlijden van een individu op een bepaalde afstand van een risicovolle activiteit. Het plaatsgebonden risico is geheel afhankelijk van de hoeveelheid en de aard van gevaarlijke stoffen en de ongevalfrequentie. De grenswaarde van het plaatsgebonden risico is een kans van één op de miljoen per jaar (10-6 per jaar). Binnen de risicocontour van 10-6 per jaar zijn kwetsbare objecten niet toegestaan.

Groepsrisico

Het groepsrisico wordt zowel bepaald door de mogelijke ongevallen en de bijbehorende ongeval-frequentie als het aantal aanwezigen in de nabijheid van een eventueel ongeval. Met het groepsrisico wordt aangegeven hoe hoog het totale aantal slachtoffers bij een ongeval kan zijn op basis van de aanwezige mensen. Het groepsrisico wordt getoetst aan de oriëntatiewaarde. Dit is geen harde norm, maar geldt als richtwaarde. Het bevoegd gezag bepaalt zelf of zij een groepsrisico in een bepaalde situatie acceptabel vindt of niet.

Verantwoordingsplicht groepsrisico

De Circulaire Risico Normering Vervoer Gevaarlijke Stoffen geeft aan dat bij overschrijding van de oriëntatiewaarde of bij een toename van het groepsrisico, de verantwoordingsplicht moet worden doorlopen. De officiële tekst uit de Circulaire luidt:

'Over elke overschrijding van de oriëntatiewaarde van het groepsrisico of toename van het groepsrisico moet verantwoording worden afgelegd. Het betrokken bestuursorgaan (het bevoegd gezag) moet, al dan niet in verband met de totstandkoming van een besluit, expliciet aangeven hoe de diverse factoren zijn beoordeeld en eventuele in aanmerking komende maatregelen, zijn afgewogen.'

In het Besluit Externe Veiligheid Buisleidingen is het volgende opgenomen over de verantwoordingsplicht:

'Bij de vaststelling van een bestemmingsplan, op grond waarvan de aanleg van een buisleiding of de aanleg, bouw of vestiging van een kwetsbaar of een beperkt kwetsbaar object wordt toegelaten, wordt tevens het groepsrisico in het invloedsgebied van de buisleiding verantwoord.'

Tot slot schrijft het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen dat bij elk ruimtelijk besluit binnen het invloedsgebied van het groepsrisico van een stationaire risicobron, de verantwoordingsplicht moet worden doorlopen.

Omdat dit een conserverend plan betreft en er geen ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt zal er geen toename zijn van het groepsrisico. Een beknopte beschrijving van de verantwoordingsplicht is opgenomen in paragraaf 4.4.2. Hieronder volgt een omschrijving van de aanwezige risicobronnen. Waar PR 10-6 contouren aanwezig zijn worden deze op de verbeelding overgenomen.

Risico-inventarisatie Herkenbosch

In de (omgeving van de) kern zijn de volgende risicovolle inrichtingen aanwezig:

  • Akzo Nobel Functional Chemicals BV: Deze inrichting heeft de PR 10-6 contour. Deze contour is op de verbeelding aangegeven. Het is een BRZO (Besluit Risico's Zware Ongevallen) inrichting. Heeft een ammonia, formaline en benzylchoride opslag. De inrichting zelf ligt niet in het plangebied. Het invloedsgebied voor de verantwoording van het groepsrisico is opgenomen in de QRA. De QRA is toegevoegd als Bijlage 5 van deze toelichting. In paragraaf 4.4.1 is een korte beschrijving van de QRA weergegeven.
  • LPG tankstation Gulf: Dit tankstation ligt buiten het plangebied (ten noorden van de kern aan de Keulsebaan). Het invloedsgebied voor de verantwoording van het groepsrisico van het Gulf LPG tankstation Herkenbosch is 150 meter vanaf het vulpunt. Daarbinnen liggen geen (beperkt) kwetsbare objecten met een groot aantal personen. De risicocontour valt buiten het plangebied en is derhalve niet opgenomen in dit bestemmingsplan.
  • Aardgasleidingen: A-578 en A-520. De plaatsgebonden risicocontour (10-6) van deze leiding is 180 meter vanaf het hart van de leiding. Binnen deze contour liggen diverse woningen. Door de Gasunie zijn de knelpunten ten aanzien van het plaatsgebonden risico ten gevolge van de genoemde buisleidingen doorgerekend. Daaruit blijkt dat naast de zogenoemde “strikte begeleiding van werkzaamheden” nadere fysieke bouwkundige en organisatorische maatregelen nodig zijn om het externe veiligheidsrisico verder terug te brengen. In de loop van 2012 en 2013 zal door de Gasunie een pakket van maatregelen worden voorgesteld om daar voor 1 januari 2014 uitvoering aan te geven. Als gevolg van deze maatregelen zal de plaatsgebonden risicocontour van de A-520 wijzigen en afnemen.
  • Over de Keulsebaan (N570) vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats (categorie LF1 en LF2). Deze transporten van brandbare vloeistoffen geven geen PR10-6 per jaar contour. Daarnaast liggen binnen het invloedsgebied van deze transportroute geen tot nauwelijks bebouwing. Het groepsrisico is derhalve minimaal. Het transport van gevaarlijke stoffen over de Keulsebaan is geen belemmering voor het bestemmingsplan.

De risicocontouren van Akzo Nobel en de aardgasleidingen zijn opgenomen in de verbeelding van dit bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0040.jpg"

Uitsnede Risicokaart Herkenbosch (risicokaart.nl)

Risico-inventarisatie Melick

In de (omgeving van de) kern zijn de volgende risicovolle inrichtingen aanwezig:

  • N293: over de N293 vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats (categorie LF1, LF2 en GF3). Het transport van deze stoffen levert geen PR 10-6 per jaar contour op voor de transportroute. Gelet op het beperkte hoeveelheden transport van brandbaar gas en de minimale aanwezigheid van objecten in het invloedsgebied zal het groepsrisico minimaal zijn. Het transport van gevaarlijke stoffen over de N293 levert geen belemmering op voor het bestemmingsplan.
  • LPG-tankstation Heinsbergerweg 3a. Dit tankstation ligt binnen het plangebied. Dit LPG-tankstation heeft een PR 10-6 contour van 45 meter. Binnen deze PR 10-6 liggen kwetsbare objecten. De contour is op de verbeelding opgenomen. Het invloedsgebied voor de verantwoording van het groepsrisico ligt op 150 meter. Gelet op de beperkte aanwezigheid van objecten binnen het invloedsgebied wordt de hoogte van het groepsrisico minimaal verwacht. Omdat sprake is van een conserverend bestemmingsplan wordt verder geen verantwoording over het groepsrisico doorlopen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0041.png"

Uitsnede Risicokaart Melick (risicokaart.nl)

Risico-inventarisatie Monfort

In de (omgeving van de) kern zijn de volgende risicovolle inrichtingen aanwezig:

  • Agro-Dyn, Vinkesteeg 26, Montfort. Dit bedrijf valt niet onder het Bevi en wordt vanuit externe veiligheid verder niet beschouwd.
  • 3 x Opslag propaan: Er zijn bovengrondse propaantanks aanwezig bij de maneges aan de Vlootveestraat 1 en de Waarderweg 20. Dit betreffen bovengrondse propaantank met een inhoud van 3 en 5m3. Deze propaantanks vallen niet onder het Bevi. Volgens de risicokaart hebben de tanks een PR10-6 contour van 23 meter. Deze contouren vallen buiten het plangebied. Tevens is er een bovengrondse propaantank aanwezig bij de varkenshouderij aan Gestraatje 65. Dit betreft een bovengrondse propaantank van 5m3. De PR10-6 contour betreft 75 meter. Ook deze contour valt buiten het plangebied en is voor het bestemmingsplan niet relevant.
  • Aardgasleidingen: A-578 en A-520. De gasleiding (A578) heeft een PR 10-6 contour van 180 meter. Deze afstand reikt niet tot het plangebied. Gelet op de minimale bebouwing bij de gasleidingen wordt de hoogte van het groepsrisico minimaal verwacht. Omdat daarnaast sprake is van een conserverend bestemmingsplan en omdat de gasleiding op een grote afstand van het plangebied ligt wordt het groepsrisico voor dit bestemmingsplan verder niet beschouwd.

Door de Gasunie zijn de knelpunten ten aanzien van het plaatsgebonden risico ten gevolge van de genoemde buisleidingen doorgerekend. Daaruit blijkt dat naast de zogenoemde “strikte begeleiding van werkzaamheden” nadere fysieke bouwkundige en organisatorische maatregelen nodig zijn om het externe veiligheidsrisico verder terug te brengen. In de loop van 2012 en 2013 zal door de Gasunie een pakket van maatregelen worden voorgesteld om daar voor 1 januari 2014 uitvoering aan te geven.

Voor de kern Montfort geldt dat er geen externe veiligheidscontouren aanwezig zijn in het plangebied.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0042.jpg"

Uitsnede Risicokaart Montfort (risicokaart.nl)

Risico-inventarisatie St. Odiliënberg

In de (omgeving van de) kern zijn de volgende risicovolle inrichtingen aanwezig:

  • Opslag propaan: Op het terrein van 't Sitterd 3 ligt een opslagtank voor propaan, van 13 m3. Deze opslagtank valt niet onder het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi. De PR10-6 contour ligt, afhankelijk van het aantal vulmomenten op maximaal 23 meter. In de bestaande situatie ligt binnen deze contour enkel een beperkt kwetsbaar object. Omdat sprake is van een conserverend bestemmingsplan blijft deze situatie gehandhaafd en wordt afgeweken van de richtwaarde. De veiligheidszone van de propaantank aan 't Sittard 3 ligt binnen het plangebied. Alleen inrichtingen die onder het Bevi vallen worden opgenomen in de verbeelding. Het is dus niet noodzakelijk de betreffende risicocontour in de verbeelding op te nemen. Aangezien propaantanks tot en met 13 m3 niet onder het Bevi vallen, is een groepsrisicoverantwoording ook niet verplicht. Aan de Schepersheuvel 1 ligt ook een opslagtank voor propaan, 5m3. Deze valt niet onder het Bevi. Deze tank heeft afhankelijhk van het aantal vulmomenten een maximale contour van 21 meter. De propaantank ligt buiten de dorpskern St Odiliënberg en levert geen belemmering op voor het bestemmingsplan.
  • Aardgasleidingen: A-578 en A-520. De gasleiding (A578) heeft een PR 10-6 contour van 180 meter. Deze afstand reikt niet tot het plangebied. Gelet op de minimale bebouwing bij de gasleidingen wordt de hoogste van het groepsrisico minimaal verwacht. Omdat daarnaast sprake is van een conserverend bestemmingsplan en omdat de gasleiding op een grote afstand van het plangebied ligt wordt het groepsrisico voor dit bestemmingsplan verder niet beschouwd.
  • N293: over de N293 vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats (categorie LF1, LF2 en GF3). Het transport van deze stoffen levert geen PR 10-6 contour op voor de transportroute. Gelet op het beperkte hoeveelheden transport van brandbaar gas en de aanwezige objecten in het invloedsgebied zal het groepsrisico minimaal zijn. Het transport van gevaarlijke stoffen over de N293 levert geen belemmering op voor het bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0043.png"

Uitsnede Risicokaart St. Odiliënberg (risicokaart.nl)

Risico-inventarisatie Reutje

In de (omgeving van de) kern zijn de volgende risicovolle inrichtingen aanwezig:

  • Aardgasleidingen: A-578en A-520. De plaatsgebonden risicocontour (10-6) van de leiding A-578 is 180 meter vanaf het hart van de leiding. Binnen deze contour liggen diverse woningen. Door de Gasunie zijn de knelpunten ten aanzien van het plaatsgebonden risico ten gevolge van de genoemde buisleidingen doorgerekend. Daaruit blijkt dat naast de zogenoemde “strikte begeleiding van werkzaamheden” nadere fysieke bouwkundige en organisatorische maatregelen nodig zijn om het externe veiligheidsrisico verder terug te brengen. In de loop van 2012 en 2013 zal door de Gasunie een pakket van maatregelen worden voorgesteld om daar voor 1 januari 2014 uitvoering aan te geven.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0044.jpg"

Uitsnede Risicokaart Reutje (risicokaart.nl)

Risico-inventarisatie Posterholt

In de (omgeving van de) kern is de volgende risicovolle inrichting aanwezig:

  • LPG tankstation aan Roermondseweg 16: De LPG-doorzet van 500 m³ per jaar leidt tot een PR10-6 van 25 meter. Binnen deze contouren liggen kwetsbare objecten. De inrichting en de contour is gelegen in het plangebied. De contour is op de verbeelding opgenomen. Deze contour valt niet over de woningen in de omgeving (oa. aan de andere kant van de Reijpenweg). Het invloedsgebied voor de verantwoording van het groepsrisico ligt op 150 meter.

Gelet op de beperkte aanwezigheid van objecten binnen het invloedsgebied wordt de hoogte van het groepsrisico minimaal verwacht. Omdat sprake is van een conserverend bestemmingsplan wordt verder geen verantwoording over het groepsrisico doorlopen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0045.png"

  • N293: over de N293 vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats (categorie LF1, LF2 en GF3). Het transport van deze stoffen levert geen PR 10-6 contour op voor de transportroute. Gelet op het beperkte hoeveelheden transport van brandbaar gas en de aanwezige objecten in het invloedsgebied zal het groepsrisico minimaal zijn. Het transport van gevaarlijke stoffen over de N293 levert geen belemmering op voor het bestemmingsplan.
  • N274: Over de N274 vindt transport van gevaarlijke stoffen plaats (categorie LF1, LF2 en GF2). Het transport van deze stoffen levert geen PR 10-6 contour op voor de transportroute. Gelet op de soorten gevaarlijke stoffen en de aanwezige objecten in het invloedsgebied zal het groepsrisico minimaal zijn. Het transport van gevaarlijke stoffen over de N274 levert geen belemmering op voor het bestemmingsplan.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0046.jpg" Uitsnede Risicokaart Posterholt (risicokaart.nl)

Risico-inventarisatie Vlodrop

In de (omgeving van de) kern zijn de volgende risicovolle inrichtingen aanwezig:

  • LPG-tankstation aan de Angsterweg16. Deze inrichting heeft een PR10-6 contour van 45 meter. Binnen deze contour ligt een kwetsbaar object? Het invloedsgebied voor de verantwoording van het groepsrisico ligt op 150 meter.

Gelet op de beperkte aanwezigheid van objecten binnen het invloedsgebied wordt de hoogte van het groepsrisico minimaal verwacht. Omdat sprake is van een conserverend bestemmingsplan wordt verder geen verantwoording over het groepsrisico doorlopen.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0047.png"

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0048.jpg"

Uitsnede Risicokaart Vlodrop (risicokaart.nl) en Wijzigingsplan Angsterweg 16

Risico-inventarisatie Etsberg

In of in de directe nabijheid van Etsberg zijn geen risicovolle inrichtingen gelegen.

4.4.1 QRA Akzo Nobel Functional Chemicals BV

Het plangebied ligt in de invloedssfeer van het bedrijf Akzo Nobel Functional Chemicals. Op dit bedrijf is het Besluit Risico's Zware Ongevallen (BRZO) van toepassing. Dit betekent dat de gemeente extra aandacht heeft besteed aan het aspect veiligheid.

Het gemeentebestuur heeft in het kader van nieuwbouwontwikkelingen nabij deze risicobron (2008) een afweging gemaakt van de risico's van deze ontwikkelingen in het plangebied "Aan 't Klooster" (vigerende bestemmingsplan "Aan 't Klooster") tegen de maatschappelijke kosten en baten die deze ontwikkelingen met zich meebrengen. Onderzocht is of de realisatie van “Aan het Klooster” en de uitbreidingswensen van Akzo Nobel gevolgen hebben voor het plaatsgebonden risico (PR) en het groepsrisico (GR). In het kader van het (vigerende) bestemmingsplan "Aan 't Klooster" van 2008 is tweemaal een advies verkregen van de sector veiligheid. Deze zijn verwerkt in de vigerende bestemmingsplannen. Het advies is bijgevoegd in Bijlage 5 Externe veiligheid Akzo Nobel. In het advies wordt aangegeven dat het realiseren van nieuwe bebouwing nabij deze risicobron niet gewenst is.

Concluderend leiden de plannen van Akzo Nobel en Aan het Klooster tot een acht maal hoger groepsrisico. Dit risico blijft echter nog ver onder de maximaal toegestane waarde. Op grond van het BEVI (Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen) dient elke verhoging van het groepsrisico gemotiveerd te worden. Gezien het feit dat Akzo Nobel van oudsher is gevestigd in het centrum van Herkenbosch, dat het bedrijf uit concurrentieoogpunt mogelijkheden moet hebben om activiteiten te kunnen uitbreiden en het een belangrijke werkgever is in de gemeente, acht het gemeentebestuur de toename van het groepsrisico aanvaardbaar.

afbeelding "i_NL.IMRO.1669.BPKERNEN2012-OH02_0049.png"

Risicocontour Akzo Nobel


Verantwoording groepsrisico

De regionale brandweer gaat in de slachtofferberekeningen uit van het ‘worst case’ rampscenario. Dit is een toxisch rampscenario van een lekkage van ammonia, formaline of zoutzuur waarbij een toxische wolk vrijkomt welke zich uitstrekt tot enkele honderden meters in de dagsituatie. Akzo Nobel heeft een aantal repressieve maatregelen getroffen die de omvang van een ramp sterk kunnen beperken. Onlangs zijn twintig detectiepalen geïnstalleerd die de meldkamer van Akzo Nobel alarmeren bij lekkages van gevaarlijke grondstoffen. Sinds kort beschikt Akzo Nobel over een eigen weerstation dat bij een ramp snel belangrijke weerinformatie aan de meldkamer van Akzo Nobel doorgeeft. Deze meldkamer is 24 uur per dag bemenst waardoor Akzo Nobel in staat is om een eventuele calamiteitenmelding te doen naar de meldkamer van de regionale brandweer en deze snel en duidelijk kan voorzien van de correcte informatie. Ook is het aantal bedrijfshulpverleners uitgebreid. Op korte termijn wordt een schuimblusinstallatie aangeschaft, waardoor Akzo Nobel in staat is bij bepaalde calamiteitensituaties zelf snel handelend op te treden.

Mocht zich een ramp voordoen, dan is de kans groot dat, door deze repressieve maatregelen, de omvang van de ramp beperkt blijft. TNO geeft bovendien aan dat in de risicoberekeningen geen rekening is gehouden met maatregelen van Akzo Nobel in noodsituaties. Het effect van deze maatregelen is dat het werkelijke risico naar schatting zo’n 10 tot 20% lager is dan het berekende risico.

4.4.2 Elementen verantwoordingsplicht groepsrisico

Verschillende stappen

Voor de vaststelling van het bestemmingsplan moeten de stappen van de verantwoordingsplicht groepsrisico worden doorlopen. Het bestemmingsplan is conserverend van aard en richt zich op het behoud van de al gerealiseerde functies. De verantwoording heeft daardoor een ander karakter dan bij de realisatie van nieuwe functies of de uitbreiding van bestaande functies.

Akzo Nobel

Voor de verantwoordingsplicht groepsrisico voor Akzo Nobel Functional Chemicals wordt verwezen naar de voorgaande paragraaf 4.4.1.

Personendichtheid in invloedsgebied

De risicobronnen zijn gelegen in en nabij de kernen. Deze kernen hebben een middelhoge bebouwingsdichtheid en zijn ingevuld met gemengde functies in het centrum (oa. winkels, horeca).

In de directe nabijheid van deze risicobronnen zijn geen woonwijken of specifieke voorzieningen zoals scholen, buurtcentra, verzorgingstehuizen, hotels, enzovoorts gelegen. Dit betekent dat in de directe omgeving van de locatie geen kwetsbare groepen, zoals kinderen of gehandicapten of (grote) groepen mensen aanwezig zijn.

Overigens neemt het aantal personen in de kern op basis van deze actualisatie van het bestemmingsplan niet toe.

Mogelijkheden voor hulpverlening

Voor de beschouwing van de mogelijkheden voor hulpverlening is een onderscheid gemaakt tussen de bereikbaarheid van het plangebied, in het plangebied en de bereikbaarheid van de risicobron.

De bereikbaarheid van het plangebied is voldoende en zal niet wijzigen naar aanleiding van dit bestemmingsplan. De bereikbaarheid rondom de risicobron moet ook tweezijdig zijn. Dit is voornamelijk voor de ontvluchting van de personen in dat gebied. De vluchtwegen dienen een andere route te betreffen dan de aanrijdroute voor brandweervoertuigen. In de huidige situatie zijn er voldoende vluchtwegen voorhanden zonder dat de hulpdiensten worden gehinderd.

De bereikbaarheid van de risicobron is voor de bronbestrijding essentieel. Zonder deze bereikbaarheid kan de brandweer niet optreden bij een risicobron. Deze is voldoende en zal niet veranderen naar aanleiding van dit bestemmingsplan.

Mogelijkheden voor zelfredzaamheid van aanwezigen

Het succes van de zelfredzaamheid hangt af van twee aspecten:

  • De mate waarin de gebiedsinrichting de zelfredzaamheid bevordert.
  • De mogelijkheid om slachtoffers te voorkomen, gezien het maatgevende scenario.

In het plangebied bevinden zich vooral zelfredzame personen. Het gebied is verder goed omsloten (vluchtwegen) en er zijn voldoende objecten aanwezig om te schuilen.

Mogelijke risicoverlagende maatregelen

Het treffen van bronmaatregelen is beperkt, het betreft immers een bestaande situatie en de risicobron is in particulier eigendom.

Brandweeradvisering en verantwoording

Het brandweeradvies maakt onderdeel uit van de verantwoordingsplicht van het groepsrisico. Voor de verantwoording worden daarnaast nut en noodzaak en overige belangen afgewogen. De brandweer hanteert voor het advies een effectbenadering waarbij zij ervan uitgaat dat een calamiteit plaatsvindt.

Het bestemmingsplan is aan de brandweer verstuurd voor advies in het kader van het verantwoordingsbesluit externe veiligheid. De brandweer heeft hierop gereageerd dat onderliggend plan een actualisatie betreft en geen invloed heeft op het groepsrisico. Ook de voorbereiding op de rampenbestrijding wijzigt hiermee niet.