1.1 het plan
het bestemmingsplan "Uithuizermeeden Dorpscentrum” van de Gemeente Eemsmond;
1.2 bestemmingsplan
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1651.BP09-0301 met de bijbehorende regels en bijlagen;
1.3 aanduiding
een op de kaart aangegeven of een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regeling regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
1.4 aanduidingsgrens
de als zodanig op de plankaart aangegeven lijn ten behoeve van het indelen van een bestemmings- of bouwvlak met het oog op een verschil in gebruik en/of maatvoering;
1.5 aan-huis-verbonden-beroep
een (para) medisch, juridisch, administratief, therapeutisch ontwerptechnisch, adviesgevend of daarmee gelijk te stellen dienstverlenend beroep, alsmede het beroep van schoonheidsspecialist en pedicure, dat in een woning wordt uitgeoefend, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft, die met de woonfunctie in overeenstemming is;
1.6 aan huis verbonden bedrijf
het beroepsmatig verlenen van diensten (inclusief pension en bed and breakfast) of het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid door middel van handwerk, waarvan de omvang in een woning met bijbehorende gebouwen past en de woonfunctie in ruimtelijke en visuele zin in overwegende mate behouden blijft;
1.7 ambacht
het bedrijfsmatig, geheel of overwegend door middel van handwerk vervaardigen, bewerken of herstellen en het installeren van goederen, alsook het verkopen en/of leveren –als ondergeschikte activiteit- van goederen die verband houden met dit ambacht;
1.8 ander bouwwerk
een bouwwerk, geen gebouw zijnde
1.9 archeologische waarde
waarde die aan een gebied is toegekend vanwege de kennis en wetenschap van de in dat gebied voorkomende overblijfselen van menselijke aanwezigheid of activiteiten uit het verleden;
1.10 archeologisch onderzoek
onderzoek naar archeologische waarden (bureauonderzoek en/of boren en/of graven en/of begeleiden) verricht door een daartoe bevoegde instantie;
1.11 archeologisch deskundige
een door het bevoegd gezag aan te wijzen deskundige op het gebied van archeologie;
1.12 bebouwing
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
1.13 bebouwingspercentage
een in de regels aangegeven percentage dat de grootte van het bouwperceel aangeeft dat maximaal mag worden bebouwd;
1.14 bedrijfsgebouw
een gebouw, dat dient voor de uitoefening van een bedrijf;
1.15 bedrijfswoning/dienstwoning
een woning in of bij een gebouw of op een terrein, kennelijk slechts bedoeld voor (het huishouden van) een persoon, wiens huisvesting daar, gelet op de bestemming van het gebouw of het terrein, noodzakelijk is;
1.16 bestaand bouwwerk
een bouwwerk dat ten tijde van de terinzagelegging van het ontwerp van dit bestemmingsplan aanwezig is en/of bebouwing die op dat tijdstip aanwezig of in uitvoering is, dan wel kan worden gebouwd krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, tenzij er sprake was van strijd met het voorheen geldende bestemmingsplan, beheersverordening ofontheffing als bedoeld wasin artikel 3.23 van de Wet ruimtelijke ordening (Wro).
1.17 bestaand gebruik
het gebruik dat bestaat ten tijde van het van kracht worden van het betreffende gebruiksverbod;
1.18 bestemmingsgrens
de grens van een bestemmingsvlak;
1.19 bestemmingsvlak
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
1.20 bijgebouw
een gebouw dat in bouwkundig en/of visueel opzicht ondergeschikt is aan een op hetzelfde bouwperceel gelegen hoofdgebouw;
1.21 bouwen
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats;
1.22 bouwgrens
de grens van een bouwvlak;
1.23 bouwperceel
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
1.24 bouwperceelsgrens
een grens van een bouwperceel;
1.25 bouwvlak
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn toegelaten;
1.26 bouwwerk
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, welke hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond;
1.27 detailhandel
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit en anders dan voor gebruik of verbruik van die goederen ter plaatse;
1.28 detailhandel in volumineuze goederen
detailhandel die vanwege de omvang van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig heeft voor de uitstalling, zoals de detailhandel in auto’s, boten en caravans, keukens en sanitair, tuininrichtingsartikelen, alsmede de grootschalige detailhandel in bouw- en doe-het-zelfproducten, meubelen en woninginrichtingszaken, met uitzondering van supermarkten;
1.29 dienstverlening
het (bedrijfsmatig) verlenen van diensten op technisch, administratief en/of persoonlijk gebied al dan niet met een publiek-aantrekkend karakter (c.q. met een baliefunctie);
1.30 gebouw
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke overdekte geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
1.31 geluidzoneringsplichtige inrichting
een inrichting, bij welke ingevolge de wet Geluidhinder rondom het terrein van de vestiging in een bestemmingsplan een geluidszone moet worden vastgesteld;
1.32 geluidsgevoelige functies
bewoning of andere geluidsgevoelige functies zoals bedoeld in de Wet geluidhinder;
1.33 geluidsgevoelige gebouwen
gebouwen welke dienen ter bewoning of ten behoeve van een andere geluidsgevoelige functie als bedoeld in de Wet geluidhinder;
1.34 gevellijn
een langs de naar de weg gekeerde gevel als zodanig aangeduide lijn;
1.35 goederen
roerende lichamelijke zaken;
1.36 gestapelde bouwvorm
een bouwvorm, waarbij een gebouw twee of meer, geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen omvat;
1.37 hoofdgebouw
een gebouw, dat op een bouwperceel door zijn bestemming, karakter, constructie en/of afmetingen als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken;
1.38 hogere grenswaarde
een maximale waarde voor de geluidsbelasting, die hoger is dan de voorkeursgrenswaarde en die in een concreet geval kan worden vastgesteld op grond van de Wet Geluidhinder;
1.39 horeca, categorie 1
lichte winkelondersteunende horecabedrijven zonder vergunning voor het schenken van alcohol, zoals een croissanterie, ijssalon of een naar de aard daarmee gelijk te stellen horecabedrijf;
1.40 horeca, categorie 2
horecabedrijven waarbij de exploitatie primair gebaseerd is op het bedrijfsmatig verstrekken van voedsel en/of het bedrijfsmatig verschaffen van logies, een en ander al dan niet in combinatie met een vermaaksfunctie, met uizondering van een erotisch getinte vermaaksfunctie;
1.41 horeca, categorie 3
middelzware horecabedrijven waarbij de exploitatie primair is gebaseerd op het verstrekken van dranken voor gebruik ter plaatse en die voor een goed functioneren ook een gedeelte van de nacht geopend zijn, zoals een (grand)café, bar, snookercafé en naar de aard daarmee gelijk te stellen horecabedrijven. Discotheken, casino's en naar de aard daarmee gelijk te stellen horecabedrijven worden hier niet onder begrepen;
1.42 indelingslijn
een als zodanig aangegeven lijn ten behoeve van het indelen van een bouwvlak of bestemmingsvlak met het oog op een verschil in maatvoering en/of gebruik;
1.43 kamerverhuur
ruimte(n) in een (deel van een) gebouw die geschikt is voor of geschikt te maken is voor (nacht)verblijf, niet vallende onder het begrip logiesverblijf als bedoeld in het Bouwbesluit en niet zijnde een zelfstandige woonruimte als bedoeld in de Huisvestingswet, ongeacht de duur van het verblijf en al dan niet tegen betaling;
1.44 kantoor
een ruimte of bij elkaar behorende ruimten welke bestemd zijn om voornamelijk te worden gebruikt voor administratieve werkzaamheden of dienstverlening;
1.45 kap
een afdekking onder een hoek van meer dan 5 graden met het horizontale vlak;
1.46 maatschappelijke voorzieningen
educatieve, sociaal-medische, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, sport- en recreatieve voorzieningen en voorzieningen ten behoeve van openbare dienstverlening, alsook ondergeschikte detailhandel en horeca ten dienste van deze voorzieningen;
1.47 nijverheid
bedrijfsactiviteiten gericht op reparatie/onderhoud, verhuur, op- en overslag en transport van goederen, op technische dienstverlening, op constructie, assemblage en bewerking/verwerking van producten en op hiermee naar de aard vergelijkbare bedrijfsactiviteiten
1.48 objecten voor langdurig verblijf van groepen verminderd zelfredzame personen
objecten waarbinnen groepen verminderd zelfredzame personen langdurig verblijven, zoals basisscholen, scholen voor bijzonder onderwijs, zorginstellingen, bejaardenhuizen, ziekenhuizen, kinderdagopvang, aanleunwoningen bij zorginstellingen of bejaardenhuizen, dagverblijfplaatsen voor verminderd zelfredzame personen (bijvoorbeeld sociale werkvoorziening), cellencomplexen of daarmee vergelijkbare objecten, inclusief de daarbij behorende terreinen;
1.49 pension/ bed and breakfast
het bedrijfsmatig verstrekken van nachtverblijf met eventueel het bieden van de mogelijkheid voor ontbijt en maaltijden aan overnachtende personen;
1.50 perceel
afgedeeld stuk land of water, kavel;
1.51 perceelgrens
de grens van een bouwperceel;
1.52 platte afdekking
een horizontale afdekking of een afdekking onder een hoek van maximaal 5 graden met het horizontale vlak;
1.53 restaurant
een horecabedrijf dat tot hoofddoel heeft het verstrekken van maaltijden voor consumptie ter plaatse, met als nevenactiviteit het verstrekken van alcoholische en niet-alcoholische dranken;
1.54 risicovolle inrichting
een inrichting, bij welke een grenswaarde/richtwaarde voor het risico cq. een risicoafstand moet worden aangehouden bij het in het bestemmingsplan toegelaten van kwetsbare of beperkt kwetsbare objecten, als bedoeld in het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen;
1.55 seksinrichting
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte, waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig was seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting worden in elk geval verstaan; een seksbioscoop, een seksautomatenhal, sekstheater, een parenclub of een prostitutiebedrijf, waaronder tevens begrepen een erotische massagesalon, al dan niet in combinatie met elkaar;
1.56 straatwand
een naar de openbare ruimte gerichte, gesloten dan wel half-gesloten bebouwingswand welke wordt gevormd door een gebouw, door aangebouwde c.q. ingebouwde gebouwen dan wel door gebouwen met een relatief geringe onderlinge afstand;
1.57 supermarkt
een zelfbedieningsdetailhandelszaak met een grote verscheidenheid aan artikelen, in hoofdzaak levensmiddelen en andere dagelijks benodigde artikelen;
1.58 tuincentrum
een bedrijf waarbinnen bedrijfsmatig bomen, heesters en andere siergewassen worden gekweekt en/of waarbinnen detailhandel in tuininrichtingsartikelen plaatsvindt;
1.59 uitbouw
een onderdeel van een hoofdgebouw dat in bouwkundig en/of visueel opzicht ondergeschikt is aan de hoofdvorm;
1.60 verbeelding
de digitale/analoge weergave met bijbehorende verklaring waarop de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden zijn aangewezen;
1.61 verkoopvloeroppervlak
de vloeroppervlakte binnen een gebouw voor detailhandel, waar de verkoop van goederen plaatsvindt en welke voor publiek toegankelijk is;
1.62 voorkeursgrenswaarde
de maximale waarde voor de geluidsbelasting, zoals deze rechtstreeks kan worden afgeleid uit de Wet Geluidhinder;
1.63 wonen
het gehuisvest zijn in een woning/wooneenheid, zoals omschreven in onderhavige begripsbepalingen;
1.64 woning/wooneenheid
een gedeelte van een gebouw, dat dient voor de huisvesting van één afzonderlijke huishouding, niet zijnde een bijzondere woonvorm, en/of voor de huisvesting van maximaal drie personen naast de huishouding, of voor de huisvesting van maximaal vier personen wanneer er daarnaast geen huishouding in het gebouw is ondergebracht;
1.65 woongebouw
een gebouw, dat meerdere naast elkaar en/of geheel of gedeeltelijk boven elkaar gelegen woningen/wooneenheden omvat en dat qua uiterlijke verschijningsvorm als een eenheid beschouwd kan worden;
1.66 de wet
de Wet ruimtelijke ordening;
1.67 zijdelingse perceelsgrens
de grens van een bouwperceel die is gelegen langs het zijerf.