15.4.1 Verbod
Het is verboden om zonder omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden een werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden uit te voeren die voorkomen in de onderstaande opsomming:
-
a. enig werk te maken dan wel in een bestaand werk verandering te brengen;
-
b. grond, bagger, specie, puin of andere zinkende stoffen te stapelen, storten of neer te leggen;
-
c. ontgrondingen te verrichten;
-
d. bovengrondse constructies, installaties of apparatuur, vistoestellen inbegrepen, aan te brengen;
-
e. een drijvend voorwerp of een drijvende inrichting, niet bestemd voor vervoer, vast te leggen.
Deze omgevingsvergunning kan slechts worden verleend als aan de volgende voorwaarden is voldaan:
-
f. het werk, geen bouwwerk zijnde, of werkzaamheden is niet in strijd met de bestemmingsomschrijving van het bestemmingsplan, of krachtens zodanige plannen gestelde eisen, een beheersverordening, een besluit als bedoeld in artikel 3.40 van de Wet ruimteijke ordening dan wel met een voorbereidingsbesluit;
-
g. voor het werk of de werkzaamheid een vergunning ingevolge de Monumentenwet 1988, een provinciale of gemeentelijke monumentenverordening is vereist en deze is verleend indien zulks vereist is;
-
h. het werk of werkzaamheid is niet in strijd met de regels gesteld bij of krachtens een verordening als bedoeld in artikel 4.1, derde lid van de Wet ruimtelijke ordening of bij of krachtens een algemene maatregel van bestuur als bedoeld in artikel 4.3 derde lid van de Wet ruimtelijke ordening.