Plan: | Wilderszijde |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1621.BP0189-VAST |
het bestemmingsplan Wilderszijde van de gemeente Lansingerland.
de geometrisch bepaalde planobjecten als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.1621.BP0189-VAST met de bijbehorende regels en bijlagen.
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
bebouwing waarbij het hoofdgebouw onderdeel uitmaakt van (een rij van) minimaal drie hoofdgebouwen, die minimaal aan één zijde met het naastgelegen hoofdgebouw zijn verbonden.
een locatie waar consumenten de goederen af kunnen halen die zij via internet of via andere communicatiemiddelen hebben besteld, inclusief bijbehorende logistiek en opslag, zonder dat sprake is van uitstalling of het te koop aanbieden van goederen.
een bouwwerk, geen gebouw zijnde.
een antennemast of andere constructie bedoeld voor de bevestiging van een antenne.
een installatie bestaande uit een antenne, een antennedrager, de bedrading en de al dan niet in een techniekkast opgenomen apparatuur, met de daarbij behorende bevestigingsconstructie.
één of meer gebouwen en/of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
een aan een woning ondergeschikte toeristisch-recreatieve voorziening, niet zijnde een zelfstandige wooneenheid, gericht op het bieden van een mogelijkheid tot overnachting en het serveren van ontbijt, voor een kortdurend verblijf (waaronder ook zakelijk toerisme). Onder een Bed & Breakfast wordt niet verstaan:
een activiteit, gericht op het bedrijfsmatig voortbrengen, vervaardigen, bewerken, opslaan, installeren en/of herstellen van goederen dan wel het bedrijfsmatig verlenen van diensten, aan huis verbonden beroepen daaronder niet begrepen.
de totale oppervlakte van alle bouwlagen van kantoren, winkels en/of bedrijven met inbegrip van de daartoe behorende magazijnen en overige dienstruimten, zoals werkkasten, kantine, toiletten en douches.
een werkruimte waarbinnen beroeps- of bedrijfsmatig diensten worden verleend - geen dienstverlenend bedrijf zijnde - en ambachtelijke en/of verzorgende bedrijvigheid plaatsvindt, overwegend door middel van handwerk, waarbij de aard (qua milieuplanologische hinder) en omvang van de bedrijfsactiviteiten zodanig is dat deze activiteiten in een woning kunnen worden uitgeoefend en de activiteiten geen onevenredige afbreuk doen aan het woon- en leefmilieu in de directe omgeving.
het beroepsmatig uitoefenen van in hoofdzaak niet publieksaantrekkende en kleinschalige activiteiten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk (waaronder gastouderopvang) of daarmee gelijk te stellen gebied, in de woning en de bijbehorende bouwwerken, met behoud van de woonfunctie.
het beroepsmatig verlenen van diensten op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk of daarmee gelijk te stellen gebied, die door de aard (qua milieuplanologische hinder) en de omvang in een woning en behorende gebouwen, met behoud van de woonfunctie kunnen worden uitgeoefend en de activiteiten geen onevenredige afbreuk doen aan het woon- en leefmilieu in de directe omgeving.
een werkruimte waarbinnen beroepsmatig diensten worden verricht op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, educatief, kunstzinnig, ontwerptechnisch, maatschappelijk of hiermede naar de aard gelijk te stellen beroep dat door zijn aard en omvang zodanig is dat deze activiteiten in een woning kunnen worden uitgeoefend en de activiteiten geen onevenredige afbreuk doen aan het woon- en leefmilieu in de directe omgeving.
een bouwwerk dat op het moment van inwerkingtreding van het plan bestaat of wordt gebouwd, dan wel nadien kan worden gebouwd, krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan is ingediend, tenzij in de regels anders is bepaald.
het gebruik dat op het moment van de inwerkingtreding van het bestemmingsplan bestaat en in overeenstemming is met het voorheen geldende planologisch regime; dan wel het gebruik dat is toegestaan krachtens een (omgevings)vergunning, waarvoor de aanvraag voor het tijdstip van inwerkingtreding van dit plan is ingediend, tenzij in de regels anders is bepaald.
de grens van een bestemmingsvlak.
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming.
een woning, waarbij de daadwerkelijke som van de koop-aanneemovereenkomst, inclusief meerwerk en energiebesparende maatregelen, ten hoogste € 254.000,- VON bedraagt of met een huurprijs van ten hoogste € 900,- per maand (prijspeil 2021, jaarlijks te indexeren conform CPI-index +1,5% alle huishoudens.
uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk, alsmede het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen van een standplaats.
de grens van een bouwvlak.
de begane grond of een verdieping van een gebouw (een onderhuis en een zolder worden hier niet onder begrepen).
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten.
de grens van een bouwperceel.
een geometrisch bepaald vlak, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels bepaalde gebouwen en bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.
elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die hetzij direct hetzij indirect met de grond is verbonden, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
de aan een bouwwerk of object eigen zijnde waarde in verband met de herkenbaarheid van de in het verleden ontstane elementen van het bouwwerk in relatie tot de geschiedkundige ontwikkeling van het gebied. Architectonische waarde wordt hieronder mede begrepen.
een constructie ter vergroting van een gebouw, die zich tussen de dakgoot en de nok van een dakvlak bevindt, waarbij deze constructie onder de noklijn is gelegen en de onderzijde van de constructie in het dakvlak is geplaatst en de afstand tot de nok, goot en zijgevels ten minste 0,5 meter bedraagt.
recreatief gebruik zonder overnachting.
hoogste punt van een schuin dak.
een niet door wanden omsloten bouwlaag op de eerste of hogere verdieping van een hoofdgebouw of bijbehorend bouwwerk, dat door wijze van afwerking geschikt is gemaakt om te worden gebruikt als buitenruimte.
laagste punt van een schuin dak.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden (waaronder uitstalling ten verkoop), verkopen, verhuren en leveren van goederen aan personen die die goederen kopen of huren voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit. Onder detailhandel wordt niet begrepen een afhaalpunt en een webwinkel.
een bedrijf dat zich richt op detailhandelsactiviteiten eventueel met bijbehorend magazijn of ambacht.
het bedrijfsmatig verlenen van diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen, waaronder een uitzendbureau, een bankfiliaal, een makelaar, een reisbureau, een kapsalon en een apotheek.
een door burgemeester en wethouders aan te wijzen deskundige op het gebied van de ecologie.
de bebouwing die het dichtste gelegen is bij en derhalve een lijn vormt langs de Hogesnelheidslijn.
het al dan niet bebouwde perceel, of een gedeelte daarvan, dat direct is gelegen bij een hoofdgebouw en dat in feitelijk opzicht is ingericht ten dienste van het gebruik van dat hoofdgebouw.
schuttingen, muren, terrasschermen en andere gebouwde verticale afscheidingen welke al dan niet op de erfgrens zijn geplaatst.
commerciële kinderopvang in een gezinssituatie door een ander dan de ouders in de woning waar de gastouder zijn hoofdverblijf heeft.
een weg met de functie een gebied aan te sluiten op stroomwegen. De opbouw van de wegvakken zijn gericht op doorstroming, alleen op kruispunten vindt uitwisseling plaats. Er bevinden zich geen erfaansluitingen aan een gebiedsontsluitingsweg.
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
een geluidsgevoelige gebouw, terrein en/of ruimte zoals gedefinieerd in de Wet geluidhinder.
er is sprake is van een geluidluwe gevel en buitenruimte als de geluidbelasting gelijk of lager is dan:
een fysieke verbinding of route met een groene inrichting;
de krachtens de Wet geluidhinder vastgestelde hogere maximaal toegestane geluidbelasting.
een gebouw, of gedeelte daarvan, dat noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de geldende of toekomstige bestemming van een perceel en, indien meer gebouwen op het perceel aanwezig zijn, gelet op die bestemming het belangrijkst is.
een bedrijf, dat in zijn algemeenheid is gericht op het ter plaatse nuttigen van voedsel en dranken, op het verstrekken van nachtverblijf en/of op het exploiteren van zaalaccommodatie; waarbij de volgende categorieën worden gehanteerd:
een persoon of groep personen, die een duurzame gemeenschappelijke huishouding voert/voeren, die binnen een woning gebruik maakt/maken van dezelfde voorzieningen, waarbij sprake is van onderlinge verbondenheid en continuïteit in de samenstelling ervan en waarbij niet aannemelijk is dat er sprake is van een van tevoren vaststaande tijdelijkheid van de samenwoning.
een woonfunctie voor het verschaffen van een (tijdelijk) nachtverblijf aan meer dan één huishouden, waarbij de bewoners samen één of meer gezamenlijke ruimtes of toegangen delen.
een gebouw of een deel van een gebouw welke door haar indeling en inrichting kennelijk is bestemd om uitsluitend te worden gebruikt voor administratieve en daarmee gelijk te stellen werkzaamheden (al dan niet met een baliefunctie), waaronder een advocatenkantoor.
een dakafdekking van een gebouw waarbij bij een horizontale projectie ten minste 65% van het gebouw wordt afgedekt met hellende dakvlakken.
een voorziening waar zelfstandige kinderopvang plaatsvindt, anders dan gastouderopvang.
het bedrijfsmatig of anders dan om niet verzorgen en opvoeden van kinderen, zoals gastouderopvang, een kindercentrum, buitenschoolse opvang (BSO) en een peuterspeelzaal.
voorzieningen, zoals aanlegsteigers, picknickplaatsen, observatiepunten, informatieborden en banken, ten behoeve van activiteiten, zoals wandelen, fietsen, skaten, vissen, zwemmen, kanoën en natuurobservatie.
een in bouwkundige zin, door mensenhanden gemaakt (civiel technisch) bouwwerk, zoals onder andere aquaducten, bruggen, dijken, tunnels en viaducten.
objecten waarvoor in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Staatsblad 2004, nr. 250) een grenswaarde voor het risico, c.q. een risicoafstand tot een risicovolle inrichting is bepaald, die in acht genomen moet worden.
ruimte in de vorm van een cirkel, al dan niet voorzien van een bewerkte/aangepaste bodem en/of een omheining, waarin aan een paard onder begeleiding specifieke training gegeven kan worden.
een overheids-, medische, educatieve, sociaal-culturele, levensbeschouwelijke, recreatieve en/of vergelijkbare maatschappelijke voorziening, een voorziening ten behoeve van sportbeoefening, kinderdagverblijf, kinderopvang, een voorziening ten behoeve van bejaarden, alsmede ondergeschikte vormen van niet zelfstandige detailhandel, niet zelfstandige dienstverlening ten dienste van de gebruikers van deze voorziening.
een aan een bedrijfsactiviteit toegekende categorie volgens de in de bijlage bij de regels opgenomen Staat van Bedrijfsactiviteiten.
natuurinclusief bouwen is het oprichten van bouwwerken en inrichten van de omgeving van de gebouwen zodanig dat de natuurwaarden er baat bij hebben bovenop wettelijk vastgestelde mitigatie en/of compensatiemaatregelen.
voorzieningen ten behoeve van het openbare nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, duikers, bemalingsinstallaties, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, voorzieningen ten behoeve van (ondergrondse) afvalinzameling en apparatuur voor telecommunicatie.
een voor verblijf geschikt, al dan niet aan hun bestemming onttrokken, voer- of vaartuig, ark, woonboot, kampeermiddel en soortgelijke verblijfsmiddelen, voor zover deze niet als bouwwerk zijn aan te merken.
fysieke locatie waar onderwijs gegeven wordt door één of meerdere onderwijsinstellingen.
openbaar toegankelijk gebied: weg als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onder b, van de Wegenverkeerswet 1994, alsmede pleinen, parken, plantsoenen, openbaar water en ander openbaar gebied dat voor publiek algemeen toegankelijk is, met uitzondering van wegen uitsluitend bedoeld voor de ontsluiting van percelen door langzaam verkeer.
een kapconstuctie over een ruimte of ander bouwwerk met maximaal twee gesloten wanden (al dan niet tot de constructie behorend).
een buitenrijbaan ten behoeve van paardrijactiviteiten, al dan niet voorzien van een bewerkte/aangepaste bodem en/of een omheining.
het bedrijfsmatig en hobbymatig, niet op agrarische productie gericht, houden en stallen van paarden en pony's, met als ondergeschikte activiteit het fokken, africhten, trainen en berijden van paarden en pony's.
Een en ander voor zover in deze regels niet anders is bepaald.
gronden die bij elkaar horen, omdat zij aan elkaar grenzen en in het gebruik een eenheid vormen, doordat zij uitsluitend bij hetzelfde bedrijf, dezelfde woning of instelling behoren.
de grens van een perceel.
een voorziening waarin uitsluitend kinderen vanaf twee jaar tot het tijdstip waarop zij kunnen deelnemen aan het basisonderwijs, verblijven in een speelgroep.
het zich beschikbaar stellen voor het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding.
vormen van recreatief (mede)gebruik van een gebied door middel van al dan niet aangelegde en aanwezige voorzieningen, waarbij de recreatie in de openlucht plaatsvindt en geen specifiek beslag legt op de ruimte, zoals wandel-, ruiter- en fietspaden, vis- en picknickplaatsen en strandjes.
een voor het publiek toegankelijke, besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in een omvang alsof zij bedrijfsmatig is, seksuele handelingen worden verricht of vertoningen van erotisch pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in elk geval verstaan:
al dan niet in combinatie met elkaar.
huurwoning met een aanvangshuurprijs onder de grens als bedoeld in artikel 13, lid 1, onder a van de Wet op de huurtoeslag.
al dan niet zijnde bouwwerken ten behoeve van openbare (nuts)voorzieningen, zoals:
bebouwing waarbij het hoofdgebouw minimaal aan één zijde met het naastgelegen hoofdgebouw is verbonden.
een koop- of huurwoning met een verkoopprijs v.o.n. of huurprijs hoger dan Betaalbaar Lansingerland.
de naar de weg of naar het openbaar gebied gekeerde gevel van een gebouw, exclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken, of, indien het een gebouw betreft met meer dan één naar de weg of het openbaar gebied gekeerde gevel, de gevel die door zijn aard, functie, constructie dan wel gelet op de uitstraling ervan als belangrijkste gevel kan worden aangemerkt.
voorzieningen die nodig zijn ten behoeve van een goede wateraanvoer, waterafvoer, waterberging en waterkwaliteit, waaronder duikers, stuwen, gemalen, inlaten en voorzieningen ten behoeve van berging en infiltratie van hemelwater.
de geldende wet houdende regels inzake het voorkomen of beperken van geluidhinder.
een complex van ruimten, dat blijkens zijn indeling en inrichting bestemd is voor de huisvesting van één huishouden. Hieronder vallen geen zorgwoningen.
een woning, woonwagen of bedrijfswoning met bijbehorende gebouwen.
een voor bewoning bestemd gebouw of onderkomen dat is geplaatst op een standplaats en dat in zijn geheel of in delen kan worden verplaatst.
woning met zorg voor mensen die vanwege hun leeftijd, gezondheid of beperkingen aangewezen zijn op zorg en ondersteuning, voor wie reguliere woonvoorzieningen niet passend of toereikend zijn, waarbij deze zorg enkel door een professional verleend kan worden.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
waar deze afstand het kleinst is, exclusief ondergeschikte bouwonderdelen.
vanaf het dichtst bij de perceelsgrens gelegen punt van het bouwwerk tot die perceelsgrens op 1 meter boven peil en haaks op de perceelsgrens, exclusief ondergeschikte bouwonderdelen.
van een (bouw)perceel, een bouwvlak of ander terrein, buitenwerks en neerwaarts geprojecteerd, als het totaal van de (grond)oppervlakten van alle op het terrein gelegen gebouwen en andere bouwwerken.
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een bouwwerk geen gebouw zijnde, exclusief ondergeschikte bouwonderdelen.
tussen (de lijnen getrokken door) de buitenzijde van de gevels en/of het hart van de scheidsmuren (op 1 meter boven peil). Wanneer de gevels niet evenwijdig lopen of verspringen wordt het gemiddelde genomen van de kleinste en grootste maat.
binnenwerks als het totaal van alle vloeroppervlakten ten dienste van kantoren, winkels en/of bedrijven, met inbegrip van de daarbij behorende magazijnen en overige dienstruimten.
langs het dakvlak ten opzichte van het horizontale vlak.
vanaf het peil tot aan de bovenkant van de goot, c.q. de druiplijn, het boeibord, of een daarmee gelijk te stellen constructiedeel.
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
tussen de onderzijde van de begane grondvloer, de buitenzijde van de gevels (en/of het hart van de scheidingsmuren) en de buitenzijde van daken en dakkapellen.
binnenwerks als het totaal van alle vloeroppervlakten van ruimten welke rechtstreeks ten dienste staan van de detailhandelsactiviteiten en voor publiek toegankelijk zijn; kantoren, magazijnen en overige dienstruimten worden hieronder niet begrepen.
De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 3.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Bij ieder hoofdgebouw mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor:
het vergroten van de (grond)oppervlakte van bestaande bedrijfsgebouwen met maximaal 10%.
de bouw van een bedrijfswoning en/of bedrijfsgebouw op kleinere of grotere afstand van de perceelsgrens(zen), indien dit vanuit het oogpunt van een goede ruimtelijke ordening wenselijk is en bedrijfsmatig aantoonbaar noodzakelijk is.
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
Ten aanzien van het gebruik voor beroep aan huis geldt het bepaalde in artikel 16.2.
bedrijfsgebonden kantoren maken onderdeel uit van een bedrijfsgebouw waarbij per bedrijf het bedrijfsvloeroppervlakte voor kantoren niet meer mag bedragen dan 50% van de totale bedrijfsvloeroppervlakte aan bedrijfsgebouwen met een maximum van 3.000 m2.
Ten aanzien van het gebruik dat als strijdig met de bestemming wordt aangemerkt, geldt het bepaalde in artikel 16.1.
Ten aanzien van parkeren geldt het bepaalde in artikel 13.1.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de gebruiksregels voor:
Bedrijfsactiviteiten die naar aard en invloed op de omgeving gelijk te stellen zijn met de artikel 3.1.1 onder a bedoelde bedrijfsactiviteiten.
Het gebruik van bouwwerken voor bedrijfsgebonden detailhandel, met uitzondering van voedingsmiddelen en genotsmiddelen, op voorwaarde dat:
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
De voor 'Gemengd' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 4.1.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op of in de in artikel 4.1.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd, mits:
Bij ieder hoofdgebouw mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor:
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
Onder toegestaan gebruik wordt verstaan:
Ten aanzien van het gebruik dat als strijdig met de bestemming wordt aangemerkt, geldt het bepaalde in artikel 16.1.
De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 5.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op of in de in artikel 5.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Op of in de in artikel 5.1 bedoelde gronden mogen, andere bouwwerken ten dienste van de genoemde bestemmingen worden gebouwd met een met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Tot een gebruik strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 16.1, wordt tevens gerekend het gebruik van gronden als parkeerplaats voor auto's.
Burgemeester en wethouders kunnen met een omgevingsvergunning afwijken van de specifieke gebruiksregels voor het gebruik van de gronden als parkeerplaats voor auto's, mits:
Afwijken is slechts mogelijk mits ook wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
Het is verboden op of in de in artikel 5.1.1 onder c met de aanduiding 'natuur' genoemde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 5.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in artikel 5.5.1 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien daardoor de landschappelijke en/of natuurlijke waarden van de gronden niet worden of kunnen worden aangetast, dan wel de mogelijkheden voor herstel van die waarden niet onevenredig worden of kunnen worden verkleind. Vooraf dient hieromtrent schriftelijk advies te worden gevraagd bij een ecologisch deskundige instantie.
De voor 'Maatschappelijk - school' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 6.1.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op de in artikel 6.1.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd, mits:
Bij het hoofdgebouw zijn binnen het bouwvlak bijgebouwen toegestaan, waarvoor geldt dat:
Bij ieder hoofdgebouw mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij de hoogte niet meer mag bedragen dan:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels door:
De voor 'Verkeer' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 7.1.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd, waarbij:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 8.1.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op of in de in artikel 8.1.1 bedoelde gronden mogen bruggen, dammen en andere bouwwerken worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Tot een gebruik strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 16.1, wordt tevens verstaan het gebruik van water als ligplaats en/of opslag van boten en andere daarmee gelijk te stellen zaken.
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
De voor 'Wonen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Op de in artikel 9.1.1 bedoelde gronden mogen uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.
Op of in de in artikel 9.1.1 bedoelde gronden mogen bestaande hoofdgebouwen worden gebouwd, onder de voorwaarden dat:
Op of in de in artikel 9.1.1 bedoelde gronden mogen nieuwe hoofdgebouwen worden gebouwd, onder de voorwaarden dat:
Er mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor:
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
Onder toegestaan gebruik wordt verstaan:
Ten aanzien van het gebruik dat als strijdig met de bestemming wordt aangemerkt, geldt het bepaalde in artikel 16.2.
Ten aanzien van het gebruik voor beroep aan huis geldt het bepaalde in artikel 16.2.
De voor 'Woongebied' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekgebied voorzieningen' zijn de gronden, met inachtneming van het bepaalde in artikel 15.12, mede bestemd voor:
Op of in de in artikel 10.1.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd, mits:
Reclame-uitingen zijn uitsluitend toegestaan op voorgevels op de begane grond van gebouwen in gebruik voor een commerciële- of maatschappelijke functie, met dien verstande dat de totale oppervlakte aan reclame-uitingen maximaal 5% van het voorgeveloppervlak van de begane grond van het gebouw mag bedragen.
Er mogen andere bouwwerken worden gebouwd, waarbij geldt dat de gronden voor niet meer dan 30% van de oppervlakte wordt bebouwd (bijbehorende bouwwerken én andere bouwwerken), en waarbij de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan:
Gebouwde parkeervoorzieningen met inbegrip van toegangen en stijgpunten, zijn zowel boven als onder het maaiveld toegestaan met dien verstande dat dat gebouwde parkeervoorzieningen niet hoger dan de eerste twee bouwlagen zijn toegestaan.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een omgevingsvergunning te verlenen voor het afwijken van het bepaalde in artikel 10.2.1 onder e, met dien verstande dat van de minimale afstanden zoals opgenomen in Bijlage 2 kan worden afgeweken indien:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor:
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
Onder toegestaan gebruik wordt verstaan:
Onder strijdig gebruik wordt in ieder geval verstaan:
Ten aanzien van het gebruik voor beroep aan huis geldt het bepaalde in artikel 16.2.
Ten behoeve van een klimaatadaptieve inrichting van de in artikel 10.1.1 bedoelde gronden dient:
Alvorens de woningen die binnen de aanduiding 'geluidzone 2' gelegen zijn in de bestemming 'Woongebied' in gebruik genomen kunnen worden, dient het geluidscherm in de bestemming 'Verkeer', zoals aangegeven op de verbeelding met de figuur 'geluidscherm' conform de uitgangspunten opgenomen in Bijlage 3, gerealiseerd te zijn.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 10.4.2 sub a voor het toestaan van parkeren voor de voorgevelrooilijn als dit stedenbouwkundig en verkeerskundig aanvaardbaar is.
De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
In afwijking van het bepaalde bij de andere daar voorkomende bestemmingen zijn op de in artikel 11.1.1 bedoelde gronden geen nieuwe kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten toegestaan.
Op of in de voor artikel 11.1.1 bestemde gronden mogen uitsluitend overige bouwwerken ten behoeve van de bestemming worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels voor de bouw van bouwwerken ten behoeve van de onderliggende bestemming(en).
De genoemde afwijkingen bij een omgevingsvergunning kunnen slechts worden verleend mits:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, zoals bedoeld in artikel 16.1 wordt in ieder geval gerekend het gebruik van de gronden voor opslag.
Het is verboden op of boven de in artikel 11.1.1 genoemde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Het verbod als bedoeld in artikel 11.5.1 is niet van toepassing op werken of werkzaamheden die:
De in artikel 11.5 genoemde omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien:
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Voor zover elders in de regels naar dit lid is verwezen, geldt dat bij het bouwen en het wijzigen van het bestaande gebruik zoals toegestaan op grond van de bestemmingen genoemd in hoofdstuk 2, voorzien dient te worden in voldoende parkeergelegenheid overeenkomstig de 'Beleidsregels parkeren' die onderdeel uitmaken van de Beleidsregels bestemmingsplan Wilderszijde, met dien verstande dat deze parkeergelegenheid duurzaam in stand moet worden gehouden.
Ten aanzien van de fasering van de ontwikkelling van Wilderszijde gelden de volgende regels:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 13.2.1 met dien verstande dat dit uitsluitend mogelijk is na inwerkingtreding van het wetsvoorstel Stikstofreductie en Natuurverbetering en hierdoor een vrijstelling van de stikstoftoets voor de realisatiefase wettelijk is verankerd.
Ten aanzien van het in te zetten materieel gelden de volgende regels:
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van goot- en bouwhoogten worden ondergeschikte bouwonderdelen van bouwwerken, zoals schoorstenen, antennes, liftopbouwen, opbouwen voor technische systemen en daarmee gelijk te stellen onderdelen waarvan de overschrijding van de goot- en/of bouwhoogte niet meer bedraagt dan 1 meter of 10%, buiten beschouwing gelaten.
Bij de toepassing van het bepaalde ten aanzien van het bouwen binnen bouw-, bestemmings- en aanduidingsgrenzen en bij de bepaling van het bebouwde oppervlakte worden ondergeschikte bouwonderdelen van bouwwerken buiten beschouwing gelaten, zoals:
Bouwwerken, welke niet voldoen aan het bepaalde in de leden 14.2.1 en 14.2.2, zijn toegestaan voor zover deze rechtsgeldig zijn gebouwd of een rechtsgeldige bouwtitel hebben op het tijdstip van ter inzage legging van het ontwerp van dit plan. De bestaande, afwijkende maatvoering geldt dan als maximale maatvoering.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en de afmetingen van de bouwwerken ten behoeve van:
De geluidsbelasting op de gevel van geluidsgevoelige objecten mag niet hoger zijn dan de daarvoor geldende grenswaarde uit de Wet geluidhinder of de vastgestelde hogere grenswaarde als opgenomen in artikel 20, met dien verstande dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 14.4 en een geluidbelasting hoger dan de maximale geluidbelasting, zoals vastgelegd in artikel 83 van de Wet geluidhinder, met dien verstande dat:
Ten aanzien van de gronden binnen op de verbeelding aangegeven aanduiding 'geluidzone - luchtvaartverkeerszone 48 dB(A) tot 56dB(A)' geldt, op grond van de Wet Luchtvaart, dat (bedrijfs)woningen en andere geluidgevoelige gebouwen en objecten uitsluitend mogen worden gebouwd na afweging van het bevoegd gezag met een positief besluit over de ruimtelijke ontwikkeling in relatie tot het geluidniveau. De vaststelling dit bestemmingsplan vormt dit positieve besluit.
Ten aanzien van de gronden binnen op de verbeelding aangegeven aanduiding 'geluidzone - luchtvaartverkeerszone 56dB(A) +' geldt, op grond van de Wet Luchtvaart, dat geen (bedrijfs)woningen en andere geluidsgevoelige gebouwen en objecten mogen worden gebouwd, behoudens de uitzonderingen zoals opgenomen in de Wet Luchtvaart.
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - 1' zijn de gronden, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het tegengaan van een te hoge geluidbelasting op nieuwe geluidsgevoelige functies.
Voor het bouwen geldt dat geen nieuwe bouwwerken mogen worden gebouwd ten behoeve van geluidsgevoelige functies, met uitzondering van ver/nieuwbouw van bestaande gebouwen waarbij de bestaande oppervlakte van het gebouw niet wordt vergroot of veranderd.
Tot een gebruik strijdig met deze gebiedsaanduiding wordt in ieder geval gerekend het gebruik van niet-geluidsgevoelige objecten als geluidsgevoelig object.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 15.3.2 en 15.3.3 zodat geluidsgevoelige objecten gebouwd en gebruikt mogen worden als met akoestisch onderzoek is aangetoond dat wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde in de zin van de Wet geluidhinder.
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - 3' zijn de gronden, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het tegengaan van hoge geluidbelastingen op nieuwe geluidsgevoelige functies door realisatie van afschermende eerstelijnsbebouwing ten opzichte van de Hogesnelheidslijn.
Voor het bouwen van nieuwe gebouwen dienen de volgende bepalingen in acht genomen te worden:
Het bepaalde in 15.4.2 onder a en c geldt niet voor woningen die niet behoren tot de eerstelijnsbebouwing ten opzichte van de Hogesnelheidslijn.
Ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone' zijn de gronden, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het tegengaan van een te hoge geluidbelasting op nieuwe geluidsgevoelige functies.
Voor het bouwen geldt dat geen nieuwe bouwwerken mogen worden gebouwd ten behoeve van geluidsgevoelige functies, met uitzondering van ver/nieuwbouw van bestaande gebouwen waarbij de bestaande oppervlakte van het gebouw niet wordt vergroot of veranderd.
Tot een gebruik strijdig met deze gebiedsaanduiding wordt in ieder geval gerekend het gebruik van niet-geluidsgevoelige objecten als geluidsgevoelig object.
Burgemeester en wethouders kunnen bij omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 15.5.2 en 15.5.3 zodat geluidsgevoelige objecten gebouwd en gebruikt mogen worden als met akoestisch onderzoek is aangetoond dat wordt voldaan aan de voorkeursgrenswaarde in de zin van de Wet geluidhinder.
Ter plaatse van de aanduiding 'Milieuzone - geurzone' zijn de gronden, behalve voor de daar voorkomende bestemmingen, mede bestemd voor het tegengaan van een te hoge geurbelasting op nieuwe geurgevoelige functies. Deze gronden dienen niet te worden beschouwd als erf in de zin van artikel 1 van bijlage II behorende bij het Besluit omgevingsrecht, zoals dat artikel luidt op het moment van de datum van inwerkingtreding van dit plan.
voor het bouwen van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Tot een gebruik strijdig met deze gebiedsaanduiding wordt in ieder geval gerekend het gebruik van niet-geurgevoelige objecten als geurgevoelig object.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - leiding gas' geldt dat kwetsbare objecten of beperkt kwetsbare objecten zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen niet zijn toegestaan.
Ter plaatse van de aanduiding 'veiligheidszone - luchtvaartverkeerzone' geldt dat:
Ter plaatse van de functieaanduiding 'weg' dient een gebiedsontsluitingsweg aangelegd en duurzaam in stand gehouden te worden, met dien verstande dat:
Op de in artikel 15.9.1 bedoelde gronden mogen tevens bouwwerken ten dienste van de 'weg' worden gebouwd.
op de in artikel 15.9.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
op de in artikel 15.9.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken worden gebouwd ten dienste van de genoemde bestemmingen worden gebouwd met een met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Ter plaatse van de functieaanduiding 'groen' dient een groenverbinding met een minimale breedte van 14 m aangelegd en duurzaam in stand gehouden te worden, met dien verstande dat:
op de in artikel 15.10.1 bedoelde gronden mogen gebouwen ten behoeve van het algemeen nut worden gebouwd met inachtneming van de volgende regels:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - bebouwingsvrije zone' is bebouwing niet toegestaan, met uitzondering van voorzieningen van algemeen nut.
Op of in de in artikel 15.11.1 bedoelde gronden mogen gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, ten behoeve van het algemeen nut worden gebouwd met een maximale bouwhoogte van 3 m.
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekgebied voorzieningen' zijn gronden mede bestemd voor de realisatie en het gebruik van:
Ter plaatse van de aanduiding 'overige zone - zoekgebied watergang' zijn de gronden mede bestemd voor de realisatie en het gebruik van één of meerdere watergangen.
Het is verboden de in dit plan begrepen gronden en bouwwerken te gebruiken in strijd met de bestemming.
Onder strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan:
met uitzondering van:
Onder strijd met de bestemming wordt in ieder geval verstaan:
Indien op grond van de bestemming een beroep aan huis is toegestaan, dan mag een gedeelte van de (bedrijfs)woning en/of de bijbehorende bouwwerken bij de (bedrijfs)woning of een gedeelte daarvan gebruikt worden voor beroep aan huis, onder de voorwaarden dat:
Voor zover het gebruik van ondergeschikte bouwonderdelen zoals bedoeld in artikel 14.2 niet past binnen de desbetreffende bestemming, worden deze gebruiksregels buiten beschouwing gelaten.
Afwijken is slechts mogelijk mits wordt voldaan aan de voorwaarden zoals bedoeld in artikel 17.2.
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van het op grond van de bestemming toegestane gebruik, voor bed & breakfast in een gedeelte van de (bedrijfs)woning en/of de bijbehorende bouwwerken, onder de voorwaarden dat:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van de algemene gebruiksregels voor het aanleggen en in gebruik nemen van een bredere in/uitrit, mits:
Burgemeester en wethouders kunnen bij een omgevingsvergunning afwijken van deze regels ten behoeve van:
Afwijken is slechts mogelijk mits:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het plan te wijzigen indien de wijziging betrekking heeft op:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen indien de de wijziging betrekking heeft op:
Een beslissing omtrent het stellen van nadere eisen wordt niet genomen dan nadat belanghebbenden gedurende twee weken, na publicatie van het voornemen tot het stellen van nadere eisen in een van overheidswege uitgegeven blad of een dag-, nieuws- of huis-aan-huisblad, in de gelegenheid zijn gesteld schriftelijk zienswijzen tegen die voorgenomen nadere eisen bij burgemeester en wethouders in te dienen.
Bij de beoordeling van een aanvraag om een omgevingsvergunning als bedoeld in:
Toetsing aan de beleidsregels door burgemeester en wethouders vindt plaats op basis van de beleidsregels zoals die gelden op het tijdstip van het indienen van een aanvraag om een omgevingsvergunning
De 'Beleidsregels parkeren', 'Beleidsregels duurzaamheid' en 'Beleidsregels natuurinclusief bouwen' zoals genoemd in artikel 19.2.1 onder a, b en c kunnen na de vaststelling van dit plan door het college van burgemeester en wethouders worden gewijzigd, ingetrokken of herzien, waarna de activiteiten zoals bedoeld in hoofdstuk 2 worden getoetst aan de gewijzigde versie van deze beleidsregels.
Bij de beoordeling van een aanvraag omgevingsvergunning wordt getoetst aan het beeldkwaliteitsplan zoals opgenomen in het 'Landschaps- en Stedenbouwkundig & Beeldkwaliteitsplan' opgesteld voor Wilderszijde.
De situering en begrenzing van de bouwvlakken, zoals opgenomen in artikel 20.2 zijn aangegeven in Bijlage 3 bij deze regels.
In aanvulling op de bepalingen in Hoofdstuk 2 moeten de volgende hogere waarden uit onderstaande tabel in acht genomen te worden, met dien verstande dat de hogere waarden uitsluitend nodig zijn binnen de contouren zoals opgenomen in Bijlage 5 bij deze regels:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het bestemmingsplan 'Wilderszijde'