direct naar inhoud van Artikel 4 Groen
Plan: Hoefweg-Noord (Prisma)
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1621.BP0111-VAST

Artikel 4 Groen

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Groen' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. groenvoorzieningen;
  • b. voet- en fietspaden;
  • c. kruisende wegen;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'verkeer': tevens wegen met bijbehorende voorzieningen;
  • e. water;
  • f. de waterhuishouding;
  • g. ondergrondse afvalinzamelingpunten;
  • h. objecten van beeldende kunst;
  • i. bruggen en overige kunstwerken;
  • j. dijken en taluds;
  • k. in- en uitritten;
  • l. voorzieningen van algemeen nut;
  • m. ontsluitingen ten behoeve van calamiteitenverkeer;
  • n. ter plaatse van de aanduiding 'horeca': horecabedrijven uit categorie 1, als bedoeld in artikel 1 lid 1.35 en maatschappelijke voorzieningen als bedoeld in artikel 1 lid 1.36;

met de daarbij behorende:

  • o. verhardingen;
  • p. bouwwerken, werken en werkzaamheden, zoals straatmeubilair, kunstwerken, infiltratievoorzieningen, kleinschalige infrastructurele voorzieningen en overige voorzieningen, die wat betreft aard en afmetingen passen bij en ten dienste staan aan de bestemming.
4.2 Bouwregels
4.2.1 Algemeen

Op de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen uit uitsluitend bouwwerken ten dienste van de bestemming worden gebouwd.

4.2.2 Gebouwen

Op of in de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen gebouwen worden gebouwd, voor zover genoemd in lid 4.1, met inachtneming van de volgende regels:

  • a. de oppervlakte van gebouwde nutsvoorzieningen mag niet meer bedragen dan 25 m²;
  • b. de bouwhoogte van overige gebouwen mag niet meer bedragen dan 8 m.

4.2.3 Andere bouwwerken

Op of in de in lid 4.1 bedoelde gronden mogen andere bouwwerken worden gebouwd, voor zover genoemd in lid 4.1, met inachtneming dat de bouwhoogte van andere bouwwerken niet meer mag bedragen dan 3 m.

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de plaats en afmetingen van de bouwwerken ten behoeve van:

  • a. de kwaliteit van de openbare ruimte, zoals een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
  • b. de verkeersveiligheid;
  • c. de sociale veiligheid;
  • d. het behoud van parkeervoorzieningen;
  • e. de functionele en ruimtelijke structuur, zoals aansluiting op (structurele) groenelementen en waterelementen;
  • f. de bebouwingsmogelijkheden, gebruiksmogelijkheden en/of bezonning van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  • g. het milieu.
4.4 Afwijken van de gebruiksregels

Het bevoegd gezag kan bij een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde onder 4.1 ten behoeve van de vestiging van bedrijven op gronden met de aanduiding 'horeca', met dien verstande dat:

  • a. bedrijven uitsluitend zijn toegestaan voor zover deze vallen in de categorieën 1 of 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten;
  • b. bedrijven uitsluitend toelaatbaar zijn indien blijkt dat vestiging van horecabedrijven niet (meer) mogelijk is.