direct naar inhoud van 4.2 Plansystematiek
Plan: Stadscentrum Groenlo
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.1586.BPGRO400-VA05

4.2 Plansystematiek

Verbeelding
Op de verbeelding worden de bestemmingen van de in het plan begrepen gronden aangewezen en begrensd. De bestemming is een beschrijving van de functies waarvoor de grond mag worden gebruikt.
Op de verbeelding worden tevens aanduidingen opgenomen met het oog op het aanwijzen van gebieden waarop een specifieke regeling binnen de regels van toepassing is. Deze aanduidingen krijgen in de regels een juridische betekenis.

Regels
Begripsomschrijvingen
Het opnemen van begripsbepalingen wordt beperkt tot die begrippen, waarbij sprake is van een (mogelijke) afwijkende betekenis in het algemeen spraakgebruik en/of technische begrippen, waarbij een vereenvoudigde omschrijving de leesbaarheid bevorderd. Begrippen die zijn voorgeschreven in de SVBP2008 worden ook conform de SVBP2008 overgenomen. Tevens wordt een aantal begrippen op basis van de Wabo opgenomen.

Wijze van meten
Met het oog op het kunnen bepalen van de in de regels aangegeven oppervlakte, goot- en bouwhoogten en inhoud van bouwwerken, is aangegeven waar en hoe deze worden gemeten. Tevens is aangegeven welke onderdelen van gebouwen buiten beschouwing blijven, bij het toepassen van de wijze van meten. Dit betreft het in geringe mate mogen overschrijden van bouw- en bestemmingsgrenzen met bijvoorbeeld luifels, ventilatiekanalen, schoorstenen en kroonlijsten. In de SVBP2008 zijn standaarden beschreven waaraan deze regels moeten voldoen. Indien van toepassing, worden deze één op één overgenomen.

Bestemmingsregeling
Per bestemming zijn, voor zover noodzakelijk, de volgende onderdelen onderscheiden:

  • bestemmingsomschrijving;
  • bouwregels;
  • nadere eisen;
  • afwijking van de bouwregels;
  • specifieke gebruiksregels;
  • afwijking van de gebruiksregels;
  • omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden;
  • wijzigingsregels.
  • Bestemmingsomschrijving

De bestemmingsomschrijving omvat een opsomming van de functies/ gebruiksmogelijkheden binnen de gegeven bestemming. Deze opsomming is van wezenlijk belang, aangezien deze de basis vormt voor de overige regels die opgenomen zijn binnen die bestemming.

Bouwregels
In de bouwregels zijn objectieve regels gesteld met betrekking tot de plaats en afmetingen van de gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

Specifieke gebruiksregels
In sommige bestemmingen is het noodzakelijk om het gebruik zoals toegelaten in de bestemmingsomschrijvingen nader te specificeren. Ter nadere toelichting is in sommige bestemmingen aangegeven welke gebruiksvormen in ieder geval vallen onder strijdig gebruik zoals bedoeld in artikel 2.1 Wabo.

Afwijken van de bouw- of gebruiksregels
Afwijkingen bij een omgevingsvergunning worden gebruikt om een bestemmingsplan flexibel te maken. Binnen de bestemming ‘Bedrijf’ is een dergelijke flexibiliteitsregel opgenomen om na verlening van omgevingsvergunning een naar de aard en de invloed op de omgeving gelijk te stellen bedrijf als genoemd in de "Staat van bedrijfsactiviteiten ", met uitzondering van geluidzoneringsplichtige bedrijven mogelijk te maken. Afwijkingen van de bouwregels zijn bijvoorbeeld opgenomen in de ‘Bedrijf’ en ‘Detailhandel’.

Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden
Op grond van de Wro is het mogelijk om ter bescherming van de functies in bestemmingsplan, een omgevingsvergunningstelsel op te nemen waarmee bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden omgevingsvergunningplichtig worden. In het bestemmingsplan ‘Centrum’ geldt voor de gronden met de dubbelbestemmingen ‘Waarde – Archeologie’ een omgevingsvergunningplicht.

Bestemmingen
In het plan worden de volgende bestemmingen onderscheiden. Het centrumgebied zal onder een drietal Centrumbestemmingen vallen. De gronden en bebouwing met een monofunctioneel karakter, buiten dit centrumgebied, krijgen een op die functie toegesneden bestemming. Bestaande niet-woonfuncties zijn als zodanig bestemd. Dat betreft de bestemmingen 'Bedrijf', ‘Cultuur en ontspanning’, ‘Detailhandel’, ‘Dienstverlening’, ‘Horeca’, en 'Maatschappelijk' en ‘Wonen’. Daarnaast is voor de openbare ruimte de bestemmingen 'Groen', 'Verkeer - Verblijfsgebied' en 'Water' toegepast. De zelfstandige garageboxen zijn als 'Wonen - Garageboxen' bestemd.

Deze bestemmingen worden gekozen op basis van de te onderscheiden hoofdfunctie die aan de betrokken gronden kan worden toegekend. Dat wil niet zeggen dat binnen deze bestemmingen geen specifieke en/of afwijkende functies voorkomen. Voor zover daarvan sprake is, zijn aparte aanduidingen opgenomen om specifiek voorkomende functies binnen de hoofdbestemming te benoemen.

De bestaande bebouwing wordt in een bouwvlak vervat, waarbij tevens indien van toepassing, de maximaal toelaatbare goot- en/of bouwhoogten zijn weergegeven. Soms is ook een bebouwingspercentage van toepassing. Dit is het geval binnen de grotere percelen in de bedrijfsbestemming en de maatschappelijke bestemming. Bij het toekennen van de bouwmogelijkheden is steeds ook naar de bestaande rechten (uit de tot op heden geldende bestemmingsplannen) gekeken.

Beschrijving van de bestemmingen
Bestemming ‘Bedrijf’

De bestaande bedrijven buiten de centrumbestemmingen zijn geregeld in de bestemming 'Bedrijf'. Hierbij is de bedrijvigheid uit de 'Staat van Bedrijfsactiviteiten' toegelaten. Er wordt een afwijkingsbevoegdheid opgenomen voor vergelijkbare bedrijven. Bestaande (bedrijfs-)woningen zijn toegestaan.

Bestemming ‘Centrum’
Op basis van de verschillende beleidsintenties voor het centrumgebied, worden drie centrumbestemmingen in dit bestemmingsplan onderscheiden.

  • ‘Centrum – 1’: het kernwinkelgebied. Accent op detailhandel en dienstverlening. De bestaande horecavestigingen worden vanwege de specifieke eisen, plaatsvast gemaakt met een aanduiding op de verbeelding. Er wordt een 'Staat van Horeca-activiteiten' gehanteerd waarbij, uitsluitend horeca categorie 1 en 2 is toegelaten. Deze zijn aangeduid. Bovendien vindt hier het wonen uitsluitend op de verdieping plaats, behoudens bestaande woningen op de begane grond.
  • ‘Centrum – 2’ betreft de Kevelderstraat: accent op daghoreca en galeries, conform de Ontwikkelingsvisie en inclusief café De Brouwerij en Boekhandel Wiegerink. Daghoreca is bij recht toegestaan, waardoor uitbreiding van het aantal daghorecavestigingen mogelijk is. De nachthorecavoorzieningen worden specifiek bestemd en aangeduid op de verbeelding. Verder zijn bestaande maatschappelijke voorzieningen en bestaande dienstverlening toegelaten. Wonen is ook mogelijk op de begane grond, voor zover bestaand. Tevens is wonen op de begane grond middels een afwijking mogelijk Functies als detailhandel en horeca van categorie 3 (daar waar aangeduid) vinden op de begane grond plaats, tenzij in de huidige situatie voor die functie aantoonbaar gebruik gemaakt wordt van de verdieping.
  • ‘Centrum – 3’, de aanloopstraten: de oorspronkelijke routes (Mattelierstraat en Nieuwestraat) en de Lievelderstraat. Accent op niet-publiekgerichte functies, ambachtelijke bedrijvigheid en wonen. Tevens zijn bestaande maatschappelijke voorzieningen en bestaande dienstverlening toegelaten. Functies als detailhandel en horeca (daar waar aangeduid) vinden op de begane grond plaats, tenzij in de huidige situatie voor die functie aantoonbaar gebruik gemaakt wordt van de verdieping.
  • Het aantal woningen en kamers voor kamerbewoning mag niet toenemen, bij afwijking kan hiervan worden afgeweken.

Er is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om horeca-aanduidingen te kunnen verwijderen evenals de aanduiding voor de supermarkt in 'Centrum - 1' en detailhandel in 'Centrum - 2' en 'Centrum - '3'.

Bestemming ‘Cultuur en ontspanning’
In de bestemming ‘Cultuur en ontspanning’ is een theetuin mogelijk, tezamen met ateliers en galeries.

Bestemming ‘Detailhandel’
Deze bestemming wordt gegeven aan de detailhandelsbedrijven buiten de bestemming ‘Centrum’. Voor zover sprake is van wonen boven winkels, is het bestaande aantal woningen toegelaten, dan wel de bestaande kamerbewoning. Detailhandel vindt op de begane grond plaats, tenzij in de huidige situatie voor die functie aantoonbaar gebruik wordt gemaakt van de verdieping.

Bestemming 'Dienstverlening'
Bestaande dienstverlenende bedrijven krijgen de bestemming ‘Dienstverlening’, voorzover ze buiten het ‘centrumgebied’ liggen. Voor zover sprake is van wonen en kamers voor bewoning, is het bestaande aantal woningen toegelaten. Dienstverlening is op basis van de begripsbepalingen: het bedrijfsmatig verlenen van op publiek gerichte diensten, waarbij het publiek rechtstreeks (al dan niet via een balie) te woord wordt gestaan en geholpen.

Bestemming ‘Gemengd’
Deze bestemming is gehanteerd voor een supermarkt, met appartementen erboven. De woonfunctie en detailhandelsfunctie zijn hier gelijkwaardige functies. De supermarkt wordt aangeduid. De supermarkt mag uitsluitend de begane grond gebruiken.

Bestemming ‘Groen – 1’
De bestemming ‘Groen - 1’wordt gelegd op de hoofdgroenstructuur, op basis van de groenstructuurkaart, en op grotere groenelementen. Binnen de bestemming ‘Groen - 1’ zijn ook paden, water, recreatieve voorzieningen en speelvoorzieningen mogelijk. Het evenemententerrein aan de Maliebaan is aangeduid.

Bestemming ‘Horeca’
Wanneer horecavoorzieningen buiten de centrumbestemmingen voorkomen, worden deze specifiek bestemd. Dit betreft overigens horecagelegenheden die vallen onder categorie 1 en 2 uit de bij de regels behorende ‘Staat van Horeca activiteiten’. Horecagelegenheden die vallen onder categorie 3 (de zogeheten nachthoreca) wordt aangeduid.

Bestemming ‘Kantoor’
Binnen het plangebied komen enkele specifieke kantoren voor. Deze zijn be-stemd als ‘Kantoor’. De bestaande woningen zijn eveneens toegestaan. Ge-bouwen worden gebouwd binnen het bouwvlak.

Bestemming 'Maatschappelijk'
De maatschappelijke functies worden voorzien van een flexibele maatschappelijke bestemming waarbij categorieën worden aangeduid. Het gaat om de categorieën onderwijs, gezondheid, religie, openbaar bestuur, begraafplaats en 'Specifieke vorm van maatschappelijk-scouting'. De Calixtuskerk en de stadsboerderij krijgen een op de functie toegesneden specifieke aanduiding. Met een afwijkingsbevoegdheid kunnen functies wisselen. Voor wat betreft de ruimtelijke mogelijkheden wordt aangesloten bij het geldende bestemmingsplan. Er wordt een bouwvlak op maat opgenomen dat aansluit bij de bestaande bebouwing. Waar mogelijk en ruimtelijk verantwoord wordt enige ruimte geboden voor aanpassings- en uitbreidingsmogelijkheden.

Bestemming ‘Tuin’
Veel woningen in het centrum hebben geen voortuin. Als er een voortuin voor de woning ligt en eventueel aan de zijkant van de (hoek-)woningen, wordt de bestemming tuin opgenomen. Hier is bouwen niet toegestaan, met uitzondering van erkers en bouwwerken geen gebouwen zijnde, zoals erfafscheidingen. Ten behoeve van de bestaande theetuin zijn onder voorwaarden terrassen toegelaten ter plaatse van de aanduiding.

Bestemming ‘Verkeer – Verblijfsgebied’
De verkeersstructuur wordt voorzien van de bestemming 'Verkeer -Verblijfsgebied'. Verkeersmaatregelen en eventuele herinrichting kan plaatsvinden binnen de verkeersbestemming. Ook uitbreiding van het fiets- en wandelnetwerk, voor zover bekend, is mogelijk binnen die bestemming, voorzover passend binnen de begrenzing van de bestemming ‘Verkeer – Verblijfsgebied’. Nutsvoorzieningen zijn mogelijk tot een maximum van 25 m2. Evenementen en standplaatsen zijn eveneens toegelaten. Ook kleinschalig groen valt onder de verkeersbestemming.

Bestemming ‘Water’
De watergangen en waterpartijen zijn voorzien van de bestemming ‘Water’. Deze bestemming laat tevens extensieve dagrecreatie en waterberging toe. Gebouwen zijn niet toegestaan. Er mogen bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde gebouwd worden, waaronder bruggen, dammen en/of duikers, met inachtneming van de keur van het waterschap. De bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag ten hoogste 2 m bedragen en de bouwhoogte van een brug bedraagt maximaal 5 m.

Bestemming ‘Wonen’
Op de kaart worden binnen deze bestemming bouwvlakken aangegeven waarbinnen de hoofdgebouwen dienen te worden gesitueerd. Daarbij zijn op de verbeelding de maximale goot- en bouwhoogten aangegeven. Tevens is aangegeven als sprake moet blijven van aaneen-gebouwde, dan wel halfvrijstaande en vrijstaande woningen door middel van een aanduiding, conform het gemeentelijk handboek.

  • Binnen dit bestemmingsplan wordt ruimte geboden voor uitbreidingen aan de achterzijde van de bouwvlakken, voor zover dit reeds in het vigerende bestemmingsplan werd geboden. Gezien de ruime bijgebouwenregeling is een grotere uitbreiding niet noodzakelijk.
  • De gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken binnen de bestemming 'Wonen', bedraagt maximaal 70 m², met een maximum van 50% van het bouwperceel. De aangebouwde bijbehorende bouwwerken mogen aan de achterzijde van vrijstaande woningen maximaal 4 m mag bedragen. Voor alle andere woningtypen mag de maximale diepte maximaal 3 m bedragen. Een strook van minimaal 6 m, gerekend van de achtergevel tot de achterste erfgrens, vrij dient te blijven van aangebouwde bijbehorende bouwerken.
  • Voor de voorgevel wordt de bestemming ‘Tuin’ gehanteerd, indien aanwezig.
  • Beroepsuitoefening en bedrijf aan huis, voor zover die geen onevenredige belasting voor het woon- en leefklimaat opleveren, wordt in de regels mogelijk gemaakt. Beroep aan huis is bij recht toegestaan. Een bedrijf aan huis wordt middels een afwijking mogelijk gemaakt. Maximaal 40% van de vloeroppervlakte van het hoofdgebouw en 100% van de vloeroppervlakte van de bijbehorende bouwwerken mag worden gebruikt voor een beroep aan huis, met een gezamenlijk maximum van 50 m². De activiteit mag niet leiden tot belemmeringen voor de omliggende functies en geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer. Ten behoeve van de activiteit wordt voorzien in voldoende parkeergelegenheid op eigen terrein. Voor bedrijf aan huis gelden dezelfde voorwaarden bij afwijking, waarbij geldt dat maximaal 30% van de nettovloeroppervlakte van het hoofdgebouw en bijbehorende bouwwerken tot een maximum van 50 m2 voor het bedrijf aan huis mag worden gebruikt. Onder de uitoefening een aan huis verbonden bedrijf wordt verstaan een bedrijf dat is opgenomen in categorie 1 van de bij dit plan behorende Staat van Bedrijfsactiviteiten.
  • Ten behoeve van manelzorg is een regeling (bij afwijking) opgenomen. Deze regeling is bedoeld voor mantelzorg in geval van medische, psychische en/of sociale omstandigheden, in welk kader een indicatie voor mantelzorg aanwezig is, met een tijdelijk karakter.
  • Garageboxen worden apart bestemd onder de bestemming ‘Wonen – Garageboxen’.

Bestemmingen 'Waarde – Archeologische verwachtingswaarde 1 en 2'
Deze bestemmingen betreffen de te beschermen archeologische waarden. De betrokken gronden zijn op de verbeelding aangegeven. Dit is gebaseerd op de gemeentelijke archeologische beleidskaart.

In het bestemmingsplan Centrum komen twee categorieën voor:

Bestemming   Categorie gemeentelijke archeologische beleidskaart en bijbehorend beleid  
Waarde - Archeologische verwachtingswaarde 1
 
AWG categorie 4:
Onder voorwaarden bodemingrepen dieper dan 30 cm -Mv en groter dan 30 m²  
Waarde - Archeologische verwachtingswaarde 2   AWV categorie 6 en 8:
Onder voorwaarden bodemingrepen dieper dan 30 cm -Mv en groter dan 100 m²  

Er zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomen om de dubbelbestemmingen geheel of gedeeltelijk te laten vervallen of van categorie te veranderen.

Algemene regels
Anti-dubbeltelregel
Deze bepaling is opgenomen om te voorkomen dat bij opeenvolgende bouwaanvragen waarbij een bepaalde oppervlakte aan grond als voorwaarde is geformuleerd, dezelfde grond opnieuw bij de afweging omtrent vergunningverlening wordt betrokken. De anti-dubbeltelbepaling wordt conform het Besluit ruimtelijke ordening (Bro) overgenomen in het bestemmingsplan.

Algemene bouwregels
In de algemene bouwregels zijn regels opgenomen ten behoeve van overschrijdingen van de bouwgrenzen. Tevens is een vervangende bouwregel opgenomen ten behoeve van bestaande bebouwing die afwijkt van de in de regels en op de verbeelding opgenomen maatvoering.

Algemene gebruiksregels
In het artikel ‘Algemene gebruiksregels’ is aangegeven welke gebruiksvormen in ieder geval strijdig zijn met het bestemmingsplan. Het verbod om gronden en bouwwerken in strijd met een bestemmingsplan te gebruiken is geregeld in de Wabo, ex art. 2.1 lid 1 sub c.

Algemene afwijkingsregels
In de algemene afwijkingsregels is onder andere geregeld dat nutsvoorzienigen gerealiseerd kunnen worden tot een maximum van 75 m3. Tevens is overschrijding van de hoogten en oppervlakten tot een maximum percentage van 10% mogelijk. Verder is afwijking mogelijk voor zendmasten en onder voorwaarden verschuiving van bijvoorbeeld bouwgrenzen.

Algemene wijzigingsregels
Het plan kan gewijzigd worden ten behoeve van: het in geringe mate aanpassen van het plan zoals bestemmingsgrens of bouwgrens, het oprichten van nutsvoorzieningen met een maximale inhoud van 100 m3 en het enigszins anders situeren en/of begrenzen van bouwvlakken.

Overgangs- en slotregels
Overgangsrecht
In het bestemmingsplan is het overgangsrecht conform het Bro opgenomen. De peildata voor bouwen en gebruiken zijn gelijkgetrokken en gelegd op de datum waarop het bestemmingsplan in werking treedt.

Slotregel
In de slotregel is aangegeven onder welke benaming de regels kunnen worden aangehaald.