Plan: | Herman van Velzenstraat locatie Velzengaarde |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1509.BP000062-DE01 |
OWN 2020
In de Achterhoek stagneert de groei. Jongeren trekken weg en het aantal voorzieningen neemt steeds verder af. Aan de andere kant is de Achterhoek een kansrijk woon- en werkklimaat door de grote sociale cohesie, een goed woonklimaat en door de aanwezigheid van zeer exportgerichte ondernemingen.
In het document 'Oude IJsselstreek, op weg naar 2020' wordt een toekomstvisie en ontwikkelingsprogramma gepresenteerd. In deze visie wordt richting gegeven aan de ambities van de gemeente om zich verder te ontwikkelen tot een kansrijke en leefbare samenleving. Het doel daarbij is bestaande voorzieningen op peil te houden en waar nodig te versterken. De gemeente wil een vitale plattelandsgemeente worden. Daarom zet de gemeente in op:
In de Strategische ruimtelijke en maatschappelijke visie 'Oude IJsselstreek, op weg naar 2020' is het motto “kansen benutten en ontwikkelingen stimuleren, een kansrijke en leefbare samenleving voor iedereen”. Daarbij is de insteek gekozen om niet langer uit te gaan van een gemeente als optelsom van woonkernen met een eigen identiteit, maar in te steken op één sterke plattelandsgemeente van 40.000 inwoners die wil groeien in kwaliteit en in kwantiteit naar 47.000 inwoners en meer. In het plan wordt ingezet op het huisvesten van de inwoners in de huidige woonkernen. Deze kernen worden vernieuwd. Hierbij wil de gemeente bouwen voor verschillende doelgroepen, waaronder starters en senioren, om het draagvlak onder de vele voorzieningen te behouden.
Door een toename van het inwoneraantal worden de voorzieningen (onder andere voor cultuur, welzijn en onderwijs) beter benut en nieuwe inwoners, deels starters op de woningmarkt, gaan vergrijzing tegen.
In termen van ruimtelijke ontwikkeling wordt de gemeente geclusterd naar woongebieden die ieder hun eigen ontwikkelingsmogelijkheden kennen. Zo wordt het cluster Gendringen-Ulft-Silvolde-Terborg-Etten gezien als het wooncentrum van de gemeente.
Woonvisie 2008-2015
De woonvisie speelt onder meer in op de provinciale woonvisie en de bovenstaande gemeentelijke ontwikkelingsvisie 'Oude IJsselstreek, op weg naar 2020'. De woonvisie biedt een integrale visie op het gebied van wonen. De visie biedt ook een goed kader voor de uitwerking van concrete projecten die meer omvatten dan uitsluitend woningbouw.
In de woonvisie worden doelstellingen geformuleerd op het gebied van wonen én aanpalende beleidsterreinen zoals leefbaarheid, zorg en welzijn. De hoofdlijnen uit de woonvisie zijn:
Wonen in Oude IJsselstreek
De gemeente wil het inwoneraantal verhogen. Een verhoging van de nieuwbouwproductie zal nieuwe inwoners aan moeten trekken. Wijzigingen in de bevolkingsopbouw hebben gevolgen voor de woningvraag. In de komende jaren zal de vergrijzing toenemen. De vergrijzing laat de groep mensen toenemen die liever niet verhuizen maar, als dat moet, behoefte hebben aan voorzieningen in de woonomgeving. De groep tussen 30 en 45 is nu nog de grootste maar zal worden opgevolgd door de huishoudens in de leeftijd 45-64. Dit zijn zeer kritische woonconsumenten, die niet snel verhuizen en veel belang hechten aan een karakteristiek woonmilieu.
Aantrekkelijke en vitale kernen
De gemeente heeft kernen voor ogen die kwaliteit bieden aan oude én nieuwe inwoners. Kwaliteit heeft onder meer te maken met een gevarieerd woonaanbod, met moderne voorzieningen en een aantrekkelijke omgeving. Samen met corporaties en andere partijen wil de gemeente investeren in aantrekkelijke en vitale kernen. De gemeente zal zichtbaar investeren in de kwaliteit van de openbare ruimte en de groenvoorzieningen.
Meer onderscheid in de nieuwbouw
De gemeente Oude IJsselstreek voert de regie over een ambitieus nieuwbouwprogramma. Daarin wordt onderscheid gemaakt tussen de nieuwbouw die nodig is om aan de reguliere woningvraag te voldoen en nieuwbouw die bedoeld is om nieuwe inwoners naar de gemeente te trekken. Speciaal voor dat laatste doel worden vernieuwende woonconcepten benoemd. Kwantitatief kan hier invulling aan worden gegeven door jaarlijks 50 à 75 woningen extra te bouwen boven de productie om te voorzien in de reguliere vraag.
Samenvattend
Het gemeentelijk beleid gaat uit van groei en een gedifferentieerd woningaanbod. Dit project maakt woningbouw mogelijk voor diverse doelgroepen (in onderhavig geval zowel starters als senioren), zodat het project ook in het gemeentelijk beleid past. Functioneel gezien levert dit project zowel kwalitatief als kwantitatief een bijdrage aan de gestelde beleidsambities. Ook op ruimtelijk gebied is sprake van een verbetering. De huidige onderbreking in de bestaande lintbebouwing wordt opgevuld.