Plan: | Achter de Pastorie |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.1507.BPMLADEPASTORIE-OH01 |
De voor 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:
Indien strijd ontstaat tussen het belang van de bescherming van de waterstaatsbelangen als bedoeld in dit artikel en het bepaalde in de overige artikelen prevaleert de bestemming 'Waterstaat - Waterbergingsgebied'.
In afwijking van het bepaalde bij de andere bestemmingen mag niet worden gebouwd, anders dan ten behoeve van deze bestemming.
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten dienste van de in artikel 9.1 genoemde doeleinden, geldt de volgende bepaling:
Het bevoegd gezag kan door middel van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 9.2.3ten aanzien van het bouwen van gebouwen ten behoeve van waterberging met een maximale oppervlakte van 15 m² en een maixmale bouwhoogte van 3,5 meter.
Het is verboden op of in de gronden met de bestemming 'Waterstaat - Waterbergingsgebied' zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden uit te voeren:
Een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, of werkzaamheden, mag alleen en moet worden geweigerd, indien door het uitvoeren van het ander-werk dan wel door de daarvan direct of indirect te verwachten gevolgen blijvend onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de veiligheid en het functioneren van de watergang en hieraan door het stellen van voorwaarden niet of onvoldoende kan worden tegemoet gekomen.
Het verbod als bedoeld in 9.4.1 is niet van toepassing op andere-werken die:
Een omgevingsvergunning voro het afwijken van het bestemmingsplan als bedoeld in 9.3 dan wel een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden als bedoeld in 9.4 wordt slechts verleend nadat terzake advies is ingewonnen van de beheerder van de watergang.