Plan: | Marker Wadden |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0995.BP00046-VG01 |
In deze regels wordt verstaan onder:
het bestemmingsplan Marker Wadden met identificatienummer NL.IMRO.0995.BP00046-VG01 van de gemeente Lelystad;
de geometrische bepaalde planobjecten met de bijbehorende regels en daarbij behorende bijlagen;
een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden;
de grens van een aanduiding indien het een vlak betreft;
één of meer gebouwen en/of bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
de scheepvaart van de bedrijfsmatig gebruikte schepen, met uitzondering van de bruine vloot (zeilende beroepsvaart);
Het geheel van activiteiten om waterdieren te vangen. Dit omvat het gaan naar de visgronden, de handeligen met vistuig, het binenhalen en verwerken van de vangst, het transport naar de haven en het lossen op de afslag;
het Besluit ruimtelijke ordening zoals dat geldt ten tijde van de inwerkingtreding van dit bestemmingsplan;
de grens van een bestemmingsvlak;
een geometrisch bepaald vlak met eenzelfde bestemming;
het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk;
de grens van een bouwvlak;
een aaneengesloten stuk grond, waarop ingevolge de regels een zelfstandige, bij elkaar behorende bebouwing is toegelaten;
een grens van een bouwperceel;
een bouwkundige constructie van enige omvang die direct en duurzaam met de aarde is verbonden;
de professionele passagiersvaart (chartervaart) in Nederland, die bestaat uit traditionele zeil- en motorschepen, waarmee in het verleden vracht werd vervoerd;
een aan de bestemming ondergeschikt gebruik voor dagrecreatie gericht op het rustig beleven en gebruikmaken van aanwezige specifieke omgevingskwaliteiten in de vorm van wandelen, fietsen, varen, vissen of naar aard gelijk te stellen vormen van gebruik;
iedere bovenbeëindiging van een gebouw;
elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt;
de mogelijkheden om gronden en daarop toegelaten bouwwerken overeenkomstig de daaraan toegekende bestemming te gebruiken;
vooroeversdammen, al dan niet in combinatie met (schelp)riffen ter bescherming van de bovenwaternatuur tegen afslag en erosie door golfwerking;
een tent, een tentwagen, een kampeerauto, een caravan of een stacaravan, dan wel enig ander daarmee vergelijkbaar voertuig of onderkomen, dat geheel of ten dele is bestemd of opgericht dan wel wordt of kan worden gebruikt voor recreatief nachtverblijf;
een bouwwerk, geen gebouw zijnde, voor civieltechnische en/of infrastructurele doeleinden, zoals een brug, een dam, een duiker, een tunnel, een aqua-, navi- of viaduct of een sluis, dan wel een daarmee gelijk te stellen voorziening;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door de waarneembare verschijningsvorm van dat gebied;
de situatie, waarbij milieuaspecten dienen te worden beoordeeld, zoals hinder voor omwonenden en een verkeersaantrekkende werking. In het bijzonder dient er bij de situering en omvang van milieubelastende functies (o.a. bedrijven) op te worden gelet dat de uitbreiding of nieuwvestiging van milieugevoelige functies (o.a. woningen) zo weinig mogelijk wordt beperkt. Omgekeerd dient er bij uitbreiding of nieuwvestiging van milieugevoelige functies op te worden gelet dat bestaande milieubelastende functies zo weinig mogelijk in hun functioneren worden beperkt;
eilanden, bestaande uit kades, windwadden, lagunes, slikplaten, zand- en schelpenbanken, rietvelden, vloedbossen en stranden;
de aan een gebied toegekende waarde, gekenmerkt door geologische, geomorfologische, bodemkundige en/of biologische elementen, voorkomend in dat gebied;
voorzieningen ten behoeve van het openbaar nut, zoals transformatorhuisjes, gasreduceerstations, schakelhuisjes, gemaalgebouwtjes, telefooncellen, apparatuur voor telecommunicatie, middelen voor (ondergrondse) afvalinzameling en andere naar de aard daarmee gelijk te stellen voorzieningen;
het zich beschikbaar stellen tot het verrichten van seksuele handelingen met een ander tegen vergoeding;
een voor het publiek toegankelijke besloten ruimte waarin bedrijfsmatig, of in de omvang alsof zij bedrijfsmatig was, seksuele handelingen worden verricht, of vertoningen van erotisch/pornografische aard plaatsvinden. Onder een seksinrichting wordt in ieder geval verstaan: een prostitutiebedrijf, alsmede een erotische-massagesalon, een seksbioscoop, een seksautomatenhal, een sekstheater of een
parenclub, al dan niet in combinatie met elkaar;
plaatselijke verdieping in de onderwaterbodem ten behoeve van invang van slib als bouwmateriaal voor de natuureilanden en het creëren van een ecologisch divers onderwaterlandschap;
locatie voor de winning van zand en slib als bouwmateriaal voor de natuureilanden en/of zand- en schelpenbanken binnen de bestemmingen 'Natuur' en 'Water - Natuur 2'.
Bij toepassing van deze regels wordt als volgt gemeten:
vanaf het peil tot aan het hoogste punt van een gebouw of van een overig bouwwerk met uitzondering van ondergeschikte bouwonderdelen, zoals schoorstenen, antennes, en naar de aard daarmee gelijk te stellen bouwonderdelen;
tussen de buitenwerkse gevelvlakken en/of het hart van de scheidingsmuren, neerwaarts geprojecteerd op het gemiddelde niveau van het afgewerkte bouwterrein ter plaatse van het bouwwerk.
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met daaraan ondergeschikt:
met de daarbij behorende :
Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Mits de noodzaak daarvan is aangetoond en de in lid 3.1 bedoelde waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden niet onevenredig worden aangetast, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van het bepaalde in lid 3.2.1 ten behoeve van het bouwen van niet voor bewoning bestemde gebouwen ten dienste van de bestemming, zoals schuilgelegenheden en bergingen, mits:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Het bevoegd gezag kan met een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in artikel 3.1, onder a, mits:
Burgemeester en wethouders zijn, met toepassing van artikel 3.6 van de Wet ruimtelijke ordening, bevoegd deze bestemming ter plaatse van de aanduiding 'wetgevingzone - wijzigingsgebied' zodanig te wijzigen dat daarbinnen een bezoekerscentrum, kleinschalige verblijfsrecreatie en een aanmeerhaven zijn toegestaan, mits wordt voldaan aan de volgende regels:
De voor 'Water' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Tot een met de bestemming strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Water - Natuur 1' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Water - Natuur 2' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
met de daarbij behorende:
Binnen deze bestemming mogen geen gebouwen worden gebouwd.
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
De voor 'Waarde - Archeologie' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de archeologische waarden van de (water-)bodem.
Voor bouwwerken met een oppervlakte groter dan 100 m² moet, alvorens een omgevingsvergunning voor het bouwen wordt verleend, door de aanvrager een rapport worden overgelegd waarin:
Indien uit het in lid 7.2.1 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de (water-)bodem door het verlenen van de omgevingsvergunning voor het bouwen zullen worden verstoord, kunnen één of meer van de volgende voorwaarden worden verbonden aan de omgevingsvergunning voor het bouwen:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is, ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere van toepassing zijnde bestemming(en), een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in lid 7.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die:
De omgevingsvergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de archeologische waarden van de (water-)bodem.
Een omgevingsvergunning kan pas worden verleend, nadat door de aanvrager een rapport wordt overgelegd waarin:
Alvorens de omgevingsvergunning wordt verleend, moet er ten behoeve van de beoordeling van het rapport advies worden ingewonnen bij een ter zake deskundige.
Indien uit het in lid 7.3.4 genoemde rapport blijkt dat de archeologische waarden van de gronden/waterbodems door het uitvoeren van werken of werkzaamheden zullen worden verstoord, kunnen één of meerdere van de volgende voorwaarden worden verbonden aan de omgevingsvergunning:
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd betreffende de dubbelbestemming 'Waarde - Archeologie' de regels van het plan te wijzigen zodanig dat de dubbelbestemming naar ligging wordt verschoven of naar omvang wordt vergroot of verkleind en in voorkomend geval wordt verwijderd, voor zover de geconstateerde aanwezigheid of afwezigheid van archeologische waarden, in voorkomend geval na beëindiging van archeologisch onderzoek, daartoe aanleiding geeft.
De voor "Waarde - Ecologie" aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor het behoud en de bescherming van de ecologische waarden van de gronden.
Tot een gebruik, strijdig met deze bestemming, wordt in ieder geval gerekend:
Voor de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden is, ongeacht het bepaalde in de regels bij de andere van toepassing zijnde bestemming(en), een omgevingsvergunning vereist:
Het bepaalde in lid 8.3.1 is niet van toepassing op werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden die:
De in lid 8.3.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de ecologische waarden van de gronden.
Grond die eenmaal in aanmerking is genomen bij het toestaan van een bouwplan waaraan uitvoering is gegeven of alsnog kan worden gegeven, blijft bij de beoordeling van latere bouwplannen buiten beschouwing.
Tot een gebruik, strijdig met de bestemmingen, wordt in ieder geval gerekend:
Mits geen onevenredige afbreuk wordt gedaan van natuurlijke en landschappelijke waarden en de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden, kan met een omgevingsvergunning worden afgeweken van:
Deze regels worden aangehaald als:
Regels van het
bestemmingsplan Marker Wadden van de gemeente Lelystad.
Behorend bij het besluit van