Bedrijventerreinen 2013

Artikel 29 Algemene wijzigingsregels

29.1 Algemene wijziging

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen bij het in geringe mate overschrijden van de bestemmingsgrenzen, mits dit noodzakelijk is, in verband met afwijkingen of onnauwkeurigheden van de verbeelding, ten opzichte van de feitelijke situatie, voor zover daarmee wordt beoogd een zo goed mogelijke overeenstemming tussen het plan en de werkelijke toestand te bereiken met dien verstande, dat de overschrijding niet meer dan 2,00 m mag bedragen.

29.2 Wijzigingsbevoegdheid 'Wonen'

29.2.1 wro-zone - wijzigingsgebied 1

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone – wijzigingsgebied 1' de bestemming 'Agrarisch' te wijzigen in de bestemming 'Wonen', mits:

• a. de als zodanig op de verbeelding aangeduide gronden, vanwege verkleining of opheffing van de geurcirkel(s) van in de omgeving gelegen agrarische bedrijven, passen binnen de geurnormen, zoals opgenomen in de gemeentelijke Verordening Geurhinder en veehouderij;
• b. de regels, behorende bij de bestemmingen 'Wonen' onverkort van toepassing zijn op de in het wijzigingsplan opgenomen gronden;
• c. de in 'Wonen' gewijzigde gronden worden voorzien van bouwvlakken en de aanduiding 'bijgebouwen';
• d. voldaan wordt aan de geldende regionale woonvisie;
• e. maximaal 2 vrijstaande, dan wel tweemaal twee halfvrijstaande woningen onder één kap mogen worden opgericht;
• f. geen milieuhygiënische belemmeringen meer aanwezig zijn;
• g. bestaande wegenstructuren zoveel mogelijk worden gehandhaafd;
• h. het wijzigingsplan voldoet aan de voorkeursgrenswaarde krachtens de Wet geluidhinder gestelde voorkeursgrenswaarde of een door het college vastgesteld hogere waarde;
• i. uit onderzoek blijkt dat de milieuhygiënische kwaliteit van de bodem en het grondwater geen beletsel of beperkingen vormen voor de realisering van het wijzigingsplan;
• j. uit onderzoek naar de ter plaatse eventueel voorkomende archeologische waarden blijkt, dat deze geen beletsel of beperkingen vormen voor de realisering van het wijzigingsplan, tenzij met deze beperkingen bij de bouw rekening wordt gehouden;
• k. de regels ten aanzien van archeologische waarden zoals opgenomen in artikel 21, 22 en 23 in acht worden genomen;
• l. uit onderzoek blijkt dat de luchtkwaliteit geen beletsel of beperking vormt voor de realisering van woningbouw;
• m. uit onderzoek blijkt dat externe veiligheid (inclusief verantwoording) geen beletsel of beperking vormt voor de realisering van woningbouw;
• n. voorafgaand aan de bouw onderzoek wordt gedaan op grond van de Flora- en faunawet, waarbij de onderzoeksresultaten geen belemmering mogen vormen voor de realisering van het wijzigingsplan;
• o. een planschadeverhaalsovereenkomst met de gemeente is aangegaan.

29.3 Wijzigingsbevoegdheid 'Bedrijventerrein'

29.3.1 wro-zone - wijzigingsgebied 2

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2' de bestemming 'Verkeer' te wijzigen in de bestemming 'bedrijventerrein' met de aanduiding 'bedrijf van categorie 2, onder de voorwaarden dat:

• a. de in 'Bedrijventerrein' gewijzigde gronden worden voorzien van een bouwvlak;
• b. uit een onderzoek naar de bodemkwaliteit is gebleken dat de bodem geschikt is voor het nieuwe gebruik;
• c. de wijziging niet leidt tot een onevenredige aantasting van de landschappelijke, natuurlijke, cultuurhistorische en visueel landschappelijke waarden;
• d. het woon- en leefmilieu niet onevenredig wordt aangetast;
• e. de effecten op de waterhuishouding in beeld zijn gebracht en een positief advies van het watertoetsloket is verkregen;
• f. de maximale goothoogte van de bebouwing 8,00 m bedraaagt;
• g. de maximale nokhoogte van de bebouwing 12,00 m bedraagt;
• h. de regels, behorende bij de bestemming 'Bedrijventerreinen' onverkort van toepassing zijn op de in het wijzigingsplan opgenomen gronden.
• i. de regels ten aanzien van archeologische waarden zoals opgenomen in artikel 21, 22 en 23 in acht worden genomen;
• j. een planschadeverhaalsovereenkomst met de gemeente is aangegaan.

29.4 Wijzigingsbevoegdheid 'Natuur'

29.4.1 wro-zone - wijzigingsgebied 3

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 3' de bestemming 'Bedrijf' te wijzigen in de bestemming 'Natuur', onder de voorwaarden dat:

• a. de regels, behorende bij de bestemming 'Natuur' onverkort van toepassing zijn op de in het wijzigingsplan opgenomen gronden;
• b. deze wijziging leidt tot een versterking van de natuurwaarden binnen het gebied;
• c. er geen onevenredige aantasting van de cultuurhistorische en/of landschappelijke waarden van het gebied plaatsvindt;
• d. er geen onevenredige aantasting mag plaatsvinden van de belangen van eigenaren en gebruikers van de omliggende gronden.