direct naar inhoud van Artikel 18 Leiding - Gas
Plan: Bedrijventerreinen 2013
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0988.BPBedrijventerrein-VA01

Artikel 18 Leiding - Gas

18.1 Bestemmingsomschrijving
18.1.1 Algemeen

De voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zijn, behalve voor de daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor:

de aanleg, het onderhoud en instandhouding van ondergrondse leidingen voor gastransport. De hartlijn van de leiding voor gastransport is gelegen ter plaatse van de aanduiding 'hartlijn leiding - gas'.

18.1.2 Dubbelbestemmingen en aanduidingen

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de aangewezen dubbelbestemmingen en aanduidingen zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 30.5.

18.2 Bouwregels
18.2.1 Gebouwen

Op de voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.

18.2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Op de voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd, bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die noodzakelijk zijn voor de aanleg en instandhouding van de in 18.1 bedoelde leiding(en) met dien verstande dat de bouwhoogte die niet meer dan 2,00 m mag bedragen.

18.3 Nadere eisen

Niet van toepassing.

18.4 Afwijken van de bouwregels
18.4.1 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van bouwen gebouwen of andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Het bevoegd gezag is bevoegd bij een aanvraag om een omgevingsvergunning af te wijken van het bepaalde in 18.2.1 ten behoeve van het bouwen van gebouwen of andere bouwwerken, geen gebouwen zijnde op de voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden, met dien verstande dat:

  • a. het doelmatig functioneren van de in artikel 18.1 bedoelde leiding(en) niet wordt aangetast;
  • b. vooraf advies wordt ingewonnen bij de desbetreffende leidingbeheerder;
  • c. bebouwing mogelijk is op grond van de onderliggende bestemming.
18.5 Specifieke gebruiksregels

Niet van toepassing.

18.6 Afwijken van de gebruiksregels

Niet van toepassing.

18.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
18.7.1 Vergunningplicht

Het is verboden op of in de voor 'Leiding - Gas' aangewezen gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende werken, geen bouwwerk zijnde of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. aanleggen, verbreden of verharden van wegen, voet-, ruiter- of rijwielpaden, banen of parkeergelegenheden en het aanbrengen van andere oppervlakteverhardingen;
  • b. het ontginnen, bodem verlagen of afgraven, ophogen en/of egaliseren van de bodem;
  • c. het aanbrengen van diepwortelende beplantingen en/of bomen en het rooien hiervan waarbij de stobben worden verwijderd;
  • d. het uitvoeren van heiwerkzaamheden en het op een of andere wijze indrijven van voorwerpen in de bodem;
  • e. het aanleggen van andere kabels en leidingen dan de in artikel 18.1 bedoelde leiding(en);
  • f. het aanleggen van watergangen of het vergraven, verruimen of dempen van reeds bestaande watergangen;
  • g. het aanleggen van een evenemententerrein;
  • h. het aanleggen van wegen of paden;
  • i. het (permanent) opslaan van goederen.
18.7.2 Uitzonderingen

Het in artikel 18.7.1 vervatte verbod geldt niet voor:

  • a. normale onderhoudswerkzaamheden;
  • b. werken of werkzaamheden die mechanisch worden uitgevoerd en daarmee vallen onder de werking van de Wet Informatieuitwisseling Ondergrondse Netwerken;
  • c. werken of werkzaamheden binnen het kader van het normale bodemgebruik;
  • d. werken of werkzaamheden, welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn en waarvoor tot het van kracht worden van het plan geen vergunning vereist was dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde (omgevings)vergunning/afwijking of anderszins mogen worden uitgevoerd.
18.7.3 Toelaatbaarheid

De werken of werkzaamheden als bedoeld in artikel 18.7.1 zijn slechts toelaatbaar indien:

  • a. door die werken of werkzaamheden, dan wel door de daarvan hetzij direct hetzij indirect te verwachten gevolgen het doelmatig functioneren van de in artikel 18.1 bedoelde leiding(en) niet wordt aangetast;
  • b. daarover vooraf advies wordt ingewonnen bij de desbetreffende leidingbeheerder.
18.8 Wijzigingsbevoegdheid

Niet van toepassing.