direct naar inhoud van Artikel 8 Gemengd - Nieuw Landgoed
Plan: Kernen Klimmen, Ransdaal, Ubachsberg e.o.
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0986.BPkernenKRU-VA01

Artikel 8 Gemengd - Nieuw Landgoed

8.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Gemengd - Nieuw Landgoed' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. wonen;
  • b. de duurzame instandhouding en het behoud van de aan het landgoed te onderkennen landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden,
  • c. de aanleg en/of instandhouding van waterhuishoudkundige voorzieningen, zoals watergangen, waterbergingen met de bijbehorende bermen en taluds ter plekke van de aanduiding 'waterberging';
  • d. behoud en ontwikkeling van ecologische waarden in relatie tot de waterhuishoudkundige voorzieningen ter plekke van de aanduiding 'waterberging''

met daaraan ondergeschikt:

  • 1. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • 2. landschappelijke inpassing van de gebouwen in de vorm van groenvoorzieningen met een visueel afschermende functie;
  • 3. recreatief medegebruik.

Voor zover de gronden tevens zijn gelegen binnen de overige aangewezen dubbelbestemmingen, bestemmingen en aanduidingen, zijn mede de desbetreffende regels van toepassing, met inachtneming van de voorrangsregels uit artikel 33.1.

8.2 Bouwregels
8.2.1 Algemeen

Op de voor 'Gemengd - Nieuw Landgoed' aangewezen gronden mogen uitsluitend worden gebouwd:

  • a. gebouwen, waaronder maximaal één woning, ten behoeve van de in artikel 3.1 genoemde bestemming, met dien verstande dat gebouwen uitsluitend mogen worden gebouwd ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak';
  • b. de daar bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw zijnde.

8.2.2 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gelden de volgende regels:

  • a. binnen het bouwvlak mogen gebouwen, bijbehorende bouwwerken en bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd;
  • b. het bouwvlak mag voor maximaal 100% worden bebouwd;
  • c. de voorgevels worden geplaatst in of evenwijdig aan de naar de weg gekeerde bouwgrens;
  • d. in maximaal 2 bouwlagen mag worden gebouwd, ieder afzonderlijk met een hoogte van maximaal 3,50 m;
  • e. gebouwen dienen te worden afgedekt met een kap, met een dakhelling van minimaal 12° en maximaal 45°, dan wel dezelfde dakhelling als de kap van de bestaande bebouwing als die wordt verbouwd of daarop wordt aangesloten.

8.2.3 Regels ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen'

Voor het bouwen ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' gelden de volgende regels:

  • a. ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen' mogen zowel bijbehorende bouwwerken als bouwwerken, geen gebouw zijnde worden gebouwd;
  • b. de gezamenlijke oppervlakte van bijbehorende bouwwerken, ter plekke van de aanduiding 'bijgebouwen' mag maximaal 75 m2 bedragen, waarvan maximaal 50 m2 vrijstaand mag worden gebouwd;
  • c. de grond mag voor maximaal 50% worden bebouwd;
  • d. de goothoogte mag maximaal 3,50 m bedragen;
  • e. de bouwhoogte mag maximaal 5,50 m bedragen.

8.2.4 Overige regels

Voor bouwwerken, geen gebouw zijnde gelden de volgende regels:

  • a. bouwwerken, geen gebouw zijnde mogen ook buiten het bouwvlak worden gebouwd;
  • b. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouw zijnde mag maximaal 15 m bedragen, met dien verstande dat de bouwhoogte van erfafscheidingen voor de naar de weg gekeerde bouwgrens maximaal 1,00 m en achter de naar de weg gekeerde bouwgrens maximaal 2,00 m mag bedragen.

8.3 Nadere eisen
8.3.1 Onderwerpen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van:

  • a. de aard, hoogte en situering van erfafscheidingen;
  • b. het aantal parkeerplaatsen en de situering daarvan;
  • c. de aard, situering en oppervlakte van verhardingen.

8.3.2 Toepassingscriteria

De in artikel 8.3.1 genoemde nadere eisen mogen uitsluitend worden gesteld ten behoeve van:

  • a. de stedenbouwkundige en/of landschappelijke inpassing;
  • b. de verkeerssituatie;
  • c. de milieusituatie;
  • d. de sociale veiligheid;
  • e. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden en bouwwerken.

8.4 Afwijken van de bouwregels
8.4.1 Afwijken van de bouwregels ten behoeve van bouwen buiten bouwvlak

Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 8.2.2 onder a voor het gedeeltelijk buiten het bouwvlak bouwen van gebouwen, mits:

  • a. geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
    • 1. de aan het landgoed te onderkennen landschappelijke, natuurlijke en cultuurhistorische waarden;
    • 2. het straat- en bebouwingsbeeld;
    • 3. de verkeersveiligheid;
    • 4. de milieusituatie;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden,

met dien verstande dat:

  • 1. de oppervlakte van gebouwen buiten het bouwvlak maximaal 15% van de oppervlakte van het bouwvlak mag bedragen;
  • 2. de afstand tot de perceelsgrens minimaal 5 m moet bedragen.

8.5 Specifieke gebruiksregels
8.5.1 Landschappelijke inpassing
  • 1. De landschappelijke inpassing en tegenprestatie op de gronden met de bestemming 'Gemengd - Nieuw Landgoed' moet binnen een termijn van twee jaar na het onherroepelijk worden van onderhavig bestemmingsplan zijn aangelegd overeenkomstig het inrichtingsplan en dient vervolgens aldus in stand te worden gehouden.
  • 2. Onder inrichtingsplan wordt in deze regels verstaan het 'Landschappelijke inpassing en tegenprestatie 'Landgoed Borghans' Colmont ongenummerd Voerendaal - PNR 6343DK2-211211' gedateerd 21 december 2011, opgesteld door ir. Guido Paumen, Tuin- en landschapsarchitect Bnt (bijlage 4 van deze regels).

8.5.2 Verboden gebruik

Onder gebruiken en/of het laten gebruiken in strijd met het bestemmingsplan wordt in ieder geval verstaan het gebruik van gronden en bouwwerken voor en/of als:

  • a. ambachtelijke en/of industriële doeleinden;
  • b. detailhandel, anders dan in de vorm van boerderijverkoop ondergeschikt aan en voortvloeiend uit het toegestane gebruik, waarbij de vloeroppervlakte voor de boerderijverkoop ten hoogste 100 m² mag bedragen;
  • c. groothandel, anders dan ondergeschikt aan en voortvloeiend uit het toegestane gebruik;
  • d. recreatie, anders dan ondergeschikt aan en voortvloeiend uit het toegestane gebruik;
  • e. verblijfsrecreatie, anders dan toegestaan op basis van artikel 8.1;
  • f. horecadoeleinden;
  • g. het plaatsen van onderkomens en/of kampeermiddelen, van al dan niet afgedankte voer- en vaartuigen, van wagens, geschikt en bestemd voor de uitoefening van handel;
  • h. het beproeven van en/of racen met voertuigen, al dan niet in wedstrijdverband;
  • i. buitenopslag, waaronder de opslag van mest(stoffen), behoudens voor zover dit noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik.

8.6 Afwijken van de gebruiksregels
8.6.1 Afwijken van de gebruiksregels ten behoeve van aanvullende activiteiten

Burgemeester en Wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor afwijking van het bepaalde in artikel 8.5.2 ten behoeve van het toestaan van aanvullende activiteiten in de vorm van:

  • een zelfstandig kantoor;
  • lichte horeca;
  • zorgvoorzieningen, niet behorende tot de eerstelijns zorg;
  • recreatiewoningen/vakantieappartementen;
  • bedrijfsactiviteiten,

mits:

  • a. de aanvullende activiteiten noodzakelijk zijn voor de instandhouding van de cultuurhistorische waarden van de betreffende bebouwing/het betreffende perceel;
  • b. de nieuwe activiteiten binnen de bestaande bebouwing kunnen worden ingepast;
  • c. de activiteiten geen hinder of belemmeringen veroorzaken voor omliggende bedrijven of woningen;
  • d. de activiteiten infrastructureel goed inpasbaar zijn en niet tot onevenredige verkeersoverlast leiden;
  • e. in voldoende parkeerplaatsen wordt voorzien binnen de bestemming 'Gemengd - Nieuw Landgoed';

met dien verstande dat:

  • 1. de vloeroppervlakte van een recreatiewoning/-appartement ten hoogste 150 m² mag bedragen;
  • 2. de vloeroppervlakte van een lichte horecavoorziening ten hoogste 200 m² mag bedragen;
  • 3. uitsluitend bedrijfsactiviteiten uit categorie 1 van de VNG-handreiking Bedrijven en Milieuzonering (versie 2009) zijn toegestaan, met dien verstande dat zelfstandige detailhandel niet is toegestaan.

8.7 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
8.7.1 Vergunningsplicht

Het is verboden op of in de voor 'Gemengd - Nieuw Landgoed' aangewezen gronden buiten het bouwvlak en de bouwaanduiding 'bijgebouwen' in afwijking van een omgevingsvergunning van burgemeester en wethouders de volgende werken, geen bouwwerk zijnde, en/of werkzaamheden uit te voeren:

  • a. het wijzigen van de grondwaterstand en/of de waterhuishouding;
  • b. het verrichten van werkzaamheden die de dood of ernstige beschadiging van waardevolle vegetatie kunnen veroorzaken;
  • c. het ontginnen, verlagen, afgraven, ophogen, diepploegen en/of egaliseren van de bodem, behoudens de aanleg van drinkpoelen en waterhuishoudkundige voorzieningen zoals beschreven in artikel 8.1 lid c en d;
  • d. het vellen, rooien of beschadigen van houtgewas, behoudens bij wijze van verzorging;
  • e. het aanbrengen en/of amoveren van oppervlakteverhardingen;
  • f. het bebossen van gronden;
  • g. het aanbrengen van boomsingels en hakhoutwallen of andere lijnvormige beplantingen;
  • h. het aanleggen van een buitenmanege.

8.7.2 Uitzonderingen

Het bepaalde in artikel 8.7.1 is niet van toepassing op werken en/of werkzaamheden:

  • a. in het kader van normaal onderhoud en beheer;
  • b. van ondergeschikte betekenis;
  • c. in het kader van het normale bodemgebruik;
  • d. die op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn of krachtens een voor dat tijdstip verleende vergunning of anderszins mogen worden uitgevoerd;
  • e. Voor de uitvoering en instandhouding van de maatregelen zoals opgenomen in het landschapsplan met de landschappelijke inpassing en tegenprestatie zoals bijgevoegd als bijlage 4 bij deze regels;
  • f. aanleg van ontsluiting of inrit ten behoeve van de woning;
  • g. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van inwerkingtreding van dit bestemmingsplan;
  • h. ten dienste van archeologisch onderzoek worden uitgevoerd.