Plan: | Maasoever |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0957.BP00000146-VG01 |
De procedure die een bestemmingsplan moet doorlopen, is geregeld in de Wet ruimtelijke ordening (Wro) en in het Besluit ruimtelijke ordening (Bro).
Het voorontwerpbestemmingsplan 'Maasoever' heeft in het kader van de gemeentelijke inspraakverordening ter inzage gelegen van 12 januari 2011 tot en met 22 februari 2011. De ter visie legging is gepubliceerd op de gemeentepagina van weekblad 'De Trompetter' dat huis-aan-huis in de gemeente Roermond wordt verspreid en het voorontwerpbestemmingsplan digitaal raadpleegbaar op www.ruimtelijkeplannen.roermond.nl en www.ruimtelijkeplannen.nl. Ingezetenen van de gemeente Roermond en belanghebbenden konden inspraakreacties indienen gedurende deze termijn. Van deze mogelijkheid is geen gebruik gemaakt.
Het bestuursorgaan dat belast is met de voorbereiding van een bestemmingsplan pleegt daarbij op grond van artikel 3.1.1. Besluit ruimtelijke ordening (Bro) overleg met de besturen van betrokken gemeenten, waterschappen en met de diensten van provincie en Rijk die betrokken zijn bij de zorg voor de ruimtelijke ordening of belast zijn met de behartiging van belangen welke in het plan in geding zijn.
Het Waterschapsbedrijf Limburg, het Waterschap Roer en Overmaas en de VROM-inspectie hebben aanleiding gezien om te reageren. De reacties hebben geleid tot aanpassing van het bestemmingsplan. De reacties zijn weergegeven in het verslag Inspraak en Vooroverleg dat als bijlage 1 is bijgevoegd.
Het ontwerpbestemmingsplan heeft vanaf 6 juli 2011 t/m 16 augustus 2011 gedurende zes weken ter inzage gelegen, na voorafgaande publicatie op 5 juli 2011 op de Gemeentepagina in de Trompetter en op www.roermond.nl en in de Staatscourant. Gedurende de periode van terinzagelegging was het ontwerpbestemmingsplan digitaal raadpleegbaar op de websites www.ruimtelijkeplannen.nl en www.ruimtelijkeplannen.roermond.nl.
Gedurende de termijn van terinzagelegging heeft een ieder de mogelijkheid gehad zienswijzen tegen het ontwerpbestemmingsplan in te dienen. Van deze mogelijkheid is gedurende de periode van terinzagelegging geen gebruik gemaakt.
Gedeputeerde Staten van Limburg hebben bij brief van 7 juli 2011 (kenmerk 11/39380) aangegeven geen aanleiding te zien tot het indienen van een zienswijze. In bijlage 2 is de nota van wijzigingen bijgevoegd.