Plan: | Tiskeswej, 1e herziening |
---|---|
Status: | vastgesteld |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0946.BPTiskeswey2012-VA01 |
In deze bestemmingsplanregels wordt verstaan onder:
Het bestemmingsplan “Tiskeswej, 1e herziening” van de gemeente Nederweert.
De geometrische bepaalde planobjecten met bijbehorende regels als vervat in het GML-bestand NL.IMRO.0946.BPTiskeswey2012–VA01.
Een geometrisch bepaald vlak of figuur, waarmee gronden zijn aangeduid, waar ingevolge de regels regels worden gesteld ten aanzien van het gebruik en/of het bebouwen van deze gronden.
De grens van een aanduiding indien het een vlak betreft.
Blokken van meer dan 2 grondgebonden woningen onder 1 dak.
Een bijbehorend bouwwerk, dat op enigerlei wijze aan het hoofdgebouw is aangebouwd door het verankeren van vloer, dak of mu(u)r(en) en/ of door het gebruik maken van dezelfde constructiemu(u)r(en).
De uitoefening van een beroep aan huis en beroepsmatige verlening van diensten aan huis op administratief, juridisch, medisch, therapeutisch, kunstzinnig, ontwerp technisch, verzorging of hiermee gelijk te stellen beroep, waarbij de woning in overwegende mate haar woonfunctie behoudt en dat een ruimtelijke uitwerking of uitstraling heeft die met de woonfunctie in overeenstemming is. Hieronder wordt geen detailhandel en seksinrichting begrepen.
Het bedrijfsmatig verlenen van diensten c.q. het uitoefenen van ambachtelijke bedrijvigheid, gericht op consumentenverzorging, geheel of overwegend door middel van handwerk, waarvan de omvang dusdanig is dat de activiteit in een woning en/of daarbij behorende andere gebouwen, met behoud van de woonfunctie, kan worden uitgeoefend.
Een of meer gebouwen en/ of bouwwerken geen gebouwen zijnde.
bij bouwwerken: bestaand ten tijde van de terinzagelegging van het bestemmingsplan als ontwerp;
bij gebruik: bestaand ten tijde van het van kracht worden van het betreffende gebruiksverbod.
Een op de verbeelding aangegeven lijn, die de grens vormt van een bestemmingsvlak.
Een op de verbeelding als zodanig aangegeven vlak met eenzelfde bestemming.
Uitbreiding van een hoofdgebouw dan wel functioneel met een zich op hetzelfde perceel bevindend hoofdgebouw verbonden, daar al dan niet tegen aangebouwd op de grond staand gebouw, of ander bouwwerk, met een dak.
Het plaatsen, het geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of veranderen en het vergroten van een bouwwerk.
Een op de verbeelding aangegeven lijn, die de grens vormt van een bouwvlak.
Een gedeelte van een gebouw, dat door op gelijke of nagenoeg gelijke hoogte liggende vloeren of balklagen is begrensd, zulks met uitsluiting van onderbouwen zolder en met een maximale hoogte van 3,50 m voor woningen respectievelijk woongebouwen en 4,50 m voor andere gebouwen.
Een aaneengesloten stuk grond, waarop krachtens het plan een zelfstandige, bij elkaar horende bebouwing is toegelaten.
De grens van een bouwperceel.
Een op de verbeelding aangegeven, door bouwgrenzen omsloten, vlak waarmee gronden zijn aangeduid waarop gebouwen zijn toegelaten.
Elke constructie van enige omvang van hout steen, metaal of ander materiaal die op de plaats van bestemming hetzij direct hetzij indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond.
Een dakconstructie vrijstaand zonder wanden dan wel aan maximaal drie twee zijden begrensd door de gevels van belendende gebouwen, die niet wordt aangemerkt als een gebouw.
het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit.
Het verlenen van economische en maatschappelijke diensten aan derden zoals bv een winkel, kantoor, uitzendbureau, reisbureau, kapper, schoonheidssalon, fysiotherapeut, etc.
Kleinschalige nutsvoorzieningen zoals transformatorhuisjes en schakelkastjes, ondergrondse lokale leidingen, tele- en datacommunicatieleidingen, riolering, telefooncellen en wachthuisjes, straatvoorzieningen (o.a. voor afvalstoffen). Een bouwwerk geen gebouw zijnde in de vorm van een jongeren ontmoetingsplek (JOP) wordt hier in ieder geval niet onder begrepen.
Een gebouwde voorziening van enig materiaal bedoeld om een tuin of erf af te scheiden.
Uitbouw aan een gevel waardoor een gedeelte van die gevel voor de woning is gelegen.
Elk bouwwerk, dat een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte vormt.
Een gebouw dat op een bouwperceel door zijn constructie en/of afmetingen als het belangrijkste bouwwerk valt aan te merken.
Dak met één hellend, niet onderbroken dakvlak.
Woning die voorziet in de primaire voorzieningen op de begane grond.
Vergunning als bedoeld in artikel 2.1 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo).
Een grens van een bouwperceel.
Een gedeelte van een woning en/of bijgebouw dat dient voor het uitoefenen van een beroep, dat in die woning en/of bijgebouwbijbehorend bouwwerk met behoud van de woonfunctie kan worden uitgeoefend en dat is gericht op het verlenen van diensten.
Blokken van twee-aaneen gebouwde woningen, waarbij de hoofdgebouwen met elkaar zijn verbonden.
De naar de weg gekeerde gevel van een gebouw of, indien een perceel met meerdere zijden aan een weg grenst, de als zodanig door burgemeester en wethouders aan te wijzen gevel.
De denkbeeldige lijn die strak langs de voorgevel van het hoofdgebouw wordt getrokken tot aan de zijdelingse perceelsgrens.
Voorziening met betrekking tot de aanlevering van gas, elektriciteit en water.
Een bijbehorend bouwwerk, dat qua constructie en visueel vrij staat van het hoofdgebouw of daarmee slechts verbonden is door een tuinmuur, haag of andere tuinafscherming.
Een hoofdgebouw zonder gemeenschappelijke wand met een ander hoofdgebouw.
Een hoofdgebouw verbonden met een gemeenschappelijke wand met een bijgebouwbijbehorend bouwwerk van een naastgelegen hoofdgebouw.
Een werk al of niet overdekt, dienend om in het openbaar belang water te ontvangen, te bergen, af te voeren en toe te voeren, de boven water gelegen taluds, bermen en onderhoudspaden daaronder mede verstaan.
Alle voor het openbaar rij- of ander verkeer openstaande wegen of paden daaronder begrepen de daarin gelegen bruggen en duikers, de tot de wegen of paden behorende bermen en zijkanten, alsmede de aan de wegen liggende en als zodanig aangeduide parkeerterreinen.
Een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat blijkens aard, inrichting en indeling geschikt en bestemd is voor de huisvesting van één huishouden.
Een geprefabriceerd, demontabel en/of relatief eenvoudig te verwijderen gebouw, bestaande uit één bouwlaag, geschikt en ingericht (met de basisvoorzieningen) ten dienste van een tijdelijk woonverblijf.