Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: Itteren-Borgharen
Status: onherroepelijk
Plan identificatie: NL.IMRO.0935.bpItterenBorgharen-oh01

Artikel 25 Algemene aanduidingsregels

25.1 geluidzone - industrie
25.1.1 Aanduidingsomschrijving
Ter plaatse van de aanduiding 'geluidzone - industrie' geldt dat die gronden - naast de andere aangewezen bestemming(en) - tevens dienen voor de bescherming en instandhouding van de geluidsruimte voor industrie.
25.1.2 Specifieke gebruiksregels
Op de gronden gelegen binnen de de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie' behorende bij het industrieterrein, mogen geen nieuwe woningen, dan wel nieuwe andere geluidgevoelige bebouwing worden opgericht.
25.1.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen het plan wijzigen en de aanduiding wijzigen in die zin dat de zone wordt aangepast indien daartoe als gevolg van wijziging in gebruik, bedrijfsvoering, regelgeving of vergunningverlening aanleiding bestaat.
 
25.2 milieuzone - geurzone
  1. Op de gronden ter plaatse van de aanduiding 'milieuzone - geurzone' mogen, ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemmingen, geen nieuwe geurgevoelige objecten worden gebouwd dan wel bestaande geurgevoelige objecten worden uitgebreid of bestaande bebouwde voorzieningen zodanig functioneel in gebruik worden genomen, waardoor extra beperkingen kunnen optreden voor de betreffende agrarische bedrijfsvoering.  
  2. Burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
    1. de gebiedsaanduiding ´milieuzone-geurzone´ opgeheven wordt, indien de aanwezige geurhinderlijke inrichting gesaneerd is, dan wel uit nader onderzoek is gebleken dat de aanwezige geurhinderlijke inrichting buiten werking is gesteld, of
    2. in die zin dat de gebiedsaanduiding ´milieuzone-geurzone´ verkleind wordt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de geurzone als gevolg van een wijziging in een geurhinderlijke inrichting kleiner is geworden.
25.3 Vrijwaringszone - POL-aanvulling verstedelijking, gebiedsontwikkeling en kwaliteitsverbetering
 
Ter plaatse van de aanduiding 'Vrijwaringszone - POL-aanvulling verstedelijking, gebiedsontwikkeling en kwaliteitsverbetering' geldt de regeling zoals opgenomen in de POL-aanvulling 'Verstedelijking, gebiedsontwikkeling en kwaliteitsverbetering' d.d. 18.12.2009 en het Limburg KwaliteitsMenu d.d. 12.01.2010.
 
25.4 wro-zone - wijzigingsgebied 1
 
B&W zijn bevoegd om ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1', ongeacht het bepaalde in de afzonderlijke bestemming 'Maatschappelijk', de functieaanduiding 'specifieke vorm van maatschappelijk - maatschappelijke voorzieningen begane grond' te wijzigen in de functie zorgwoningen en/of de functie verpleegappartementen, indien aangetoond kan worden dat voldoende parkeervoorzieningen aanwezig zijn.
 
25.5 wro-zone - wijzigingsgebied 2
 
B&W zijn bevoegd om ter plaatse van de aanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2' de aldaar voorkomende bestemming(en) te wijzigen in de bestemming 'Natuur'. Bij toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid zijn de volgende planregels van toepassing:
 
Artikel Natuur
 
1. Bestemmingsomschrijving
 
De voor 'Natuur' aangewezen gronden zijn bestemd voor:
  1. natuur;
  2. ecologische verbindingszone;
  3. groenvoorzieningen;
  4. bestaande paden en onverharde paden;
  5. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  6. extensief recreatief medegebruik.
2. Bouwregels
 
2.1 Algemeen
 
Op of in deze gronden mogen geen gebouwen worden gebouwd.
 
2.2 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde
 
Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, geldt dat de bouwhoogte niet meer mag bedragen dan 4 meter.
 
3. Nadere eisen
 
Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen aan de situering en de afmetingen van bebouwing ten behoeve van:
  1. het voorkomen van een onevenredige aantasting van de gebruiksmogelijkheden en het woon- en leefklimaat van de aangrenzende gronden en bouwwerken;
  2. de stedenbouwkundige kwaliteit en beeldkwaliteit van de naaste omgeving;
  3. de verkeersveiligheid;
  4. de sociale veiligheid;
  5. de brandveiligheid en rampenbestrijding.
4. Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden
 
4.1 Verbod
 
Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de volgende werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden uit te voeren of uit te laten voeren:
  1. het ontgronden, afgraven, egaliseren, diepploegen en ophogen van gronden;
  2. het aanplanten van bomen en/of houtgewassen over een oppervlakte van meer dan 200 m² respectievelijk 75 m²;
  3. het aanbrengen van oppervlakteverhardingen met een oppervlakte van meer dan 15 m²;
  4. het aanleggen van verharde en halfverharde wegen en paden;
  5. het wijzigen van de waterhuishouding of de grondwaterstand en/of het vergroten van de toe- of afvoer van water door bijvoorbeeld het afdammen, stuwen, bemalen, onderbemalen, graven, dempen, vergroten en/of verbeteren van waterlopen, sloten en greppels en het draineren van gronden;
  6. het aanleggen van ondergrondse of bovengrondse transport-, energie - en/of communicatieleidingen.
4.2 Uitzonderingen
 
Het onder 4.1 vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
  1. het normale onderhoud betreffen dan wel van ondergeschikte betekening zijn en/of voortvloeien uit het normale gebruik overeenkomstig de bestemming;
  2. reeds in uitvoering zijn op het tijdstip van het van kracht worden van dit bestemmingsplan.
4.3 Toelaatbaarheid
 
De onder 4.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan de natuurwetenschappelijke en/of landschappelijke waarden van de grond.
          
Voor wat betreft de wijziging van de bestemming 'Groen' in de bestemming 'Natuur' geldt dat bij toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de gevolgen van het op deze plaats vervallen van de aanwezige voorzieningen nadrukkelijk zullen worden gewogen dan wel vervangende voorzieningen in de directe omgeving gegarandeerd zijn.
 
Voor wat betreft de wijziging van de bestemming 'Verkeer - Verblijfsgebied' in de bestemming 'Natuur' geldt dat bij toepassing van deze wijzigingsbevoegdheid de gevolgen van het vervallen van parkeerplaatsen en de verblijfsfunctie van het gebied voor de directe omgeving nadrukkelijk zullen worden gewogen dan wel vervangende parkeervoorzieningen in de directe omgeving gegarandeerd zijn.