Type plan: bestemmingsplan
Naam van het plan: De Heeg-Eyldergaard-Vroendaal
Status: onherroepelijk
Plan identificatie: NL.IMRO.0935.bpHeegEylderVroen-oh01

5.2 Opzet van de planregels

5.2.1 Hoofdstuk 1 Inleidende regels
Dit hoofdstuk bevat twee artikelen. Artikel 1 bevat de definities van begrippen die van belang zijn voor toepassing van het plan. Het tweede artikel betreft de wijze van meten waarin wordt aangegeven hoe bij toepassing van de planregels wordt gemeten. In beide artikelen wordt, conform de SVBP2008, een aantal standaardbegrippen en een aantal standaard meetwijzen opgenomen.
5.2.2 Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels
In dit hoofdstuk worden planregels gegeven voor de binnen het plangebied beoogde functies. Per planregel zijn de doeleinden c.q. de toegelaten gebruiksvormen van de gronden aangegeven. In beginsel is iedere vorm van bebouwing die past binnen de desbetreffende bestemming tot een bepaalde omvang rechtstreeks (dus zonder voorafgaande ontheffing of wijziging) toegestaan. Indien wordt voldaan aan de voorgeschreven maatvoering (bebouwingspercentage, bouwhoogte en dergelijke) en wordt gebouwd binnen het eventueel aangegeven bouwvlak, kan hiervoor in de regel zonder meer een omgevingsvergunning worden verleend. In het navolgende wordt kort uiteengezet welke bestemmingen zijn opgenomen.
 
Deze bestemming is gegeven aan alle bedrijven die solitair zijn gevestigd (dat wil zeggen niet op een bedrijventerrein). De bedrijven die qua bedrijfsactiviteiten binnen de milieucategorieën 1 en 2 vallen zijn zonder aanduiding bestemd tot bedrijf. Bedrijven die in een hogere categorie vallen zijn op de verbeelding van een specifieke functieaanduiding voorzien. Bij bedrijfsbeëindiging mag het bedrijf alleen worden voortgezet conform deze specifieke aanduiding dan wel mogen er alleen bedrijfsactiviteiten in de milieucategorieën 1 en 2 worden uitgeoefend. Er is tevens een wijzigingsbevoegdheid opgenomen om de bestemming onder voorwaarden te kunnen wijzigen in Wonen.
 
Artikel 4: enkelbestemming Centrum
Deze bestemming is opgenomen voor het winkelgebied van De Heeg. De bestemming geeft een maximale vrijheid in functiemogelijkheden. De niet-woonfuncties zijn alleen op de begane grond toegestaan. Er is een afwijkingsregel opgenomen voor het, onder voorwaarden, mogelijk maken van een niet-woonfunctie op de verdieping.
 
Artikel 5: enkelbestemming Detailhandel
 
Artikel 6: enkelbestemming Gemengd
Deze bestemming is opgenomen in gebieden waar twee of meer functies zonder enige relatie tot elkaar worden uitgeoefend, die ook niet via een afwijkende functie binnen een enkelbestemming kunnen worden aangeduid.
 
Artikel 7: enkelbestemming Groen
Deze bestemming is toegekend aan voornamelijk openbare groenvoorzieningen. Hierbinnen is tevens de aanleg van speeltuinen en andere speelvoorzieningen mogelijk.
 
Artikel 8: enkelbestemming Horeca
In de begripsbepalingen van het bestemmingsplan is het begrip ‘horeca’ onderverdeeld in vijf categorieën. Deze categorieën zijn toegepast om de verschillende vormen van horeca naar aard en omvang te duiden en aan de hand hiervan te bepalen waar welke vorm mogelijk is. Binnen de bestemming Horeca zijn de categorieën 1 en 2 (grofweg de eetgelegenheden en cafetaria;s) toegestaan. Daarnaast is voor een bedrijfswoning binnen een horecabestemming een aanduiding 'bedrijfswoning' opgenomen. 
 
Artikel 9: enkelbestemming Maatschappelijk
Binnen deze bestemming is een scala aan maatschappelijke voorzieningen mogelijk.
 
Artikel 10: enkelbestemming Recreatie
Deze bestemming is toegekend aan gronden met een hoofdzakelijk recreatieve functie. Hierbinnen is tevens een volkstuinencomplex, een kinderboerderij en een sportveldencomplex middels een aanduiding binnen de bestemming mogelijk gemaakt. 
 
Artikel 11: enkelbestemming Verkeer
Deze bestemming is op alle openbare wegen (rijwegen, fiets- en voetpaden) gelegd. Binnen deze bestemming zijn masten en portalen voor geleiding, beveiliging en regeling van het verkeer mogelijk, alsmede lichtmasten en kunstobjecten. Ten behoeve van het spoorverkeer alsmede een ongelijkvloerse kruising zijn aanduidingen opgenomen.
 
Artikel 12: enkelbestemming Water
Deze bestemming is toegekend aan gronden die zijn bestemd voor de natuurlijke afvloeiing en berging van water.
 
Artikel 13: enkelbestemming Wonen
Deze bestemming rust op het grootste gedeelte van het plangebied. Gekozen is voor een regeling waarbij op de verbeelding geen bouwvlakken zijn opgenomen maar maatvoeringsvlakken waarbinnen het aantal bouwlagen is vermeld. In de regels is opgenomen dat de bestaande hoofdbebouwing niet mag worden vergroot. Het vergroten van woningen is enkel mogelijk middels het bij omgevingsvergunning afwijken van de bouwregels. Ter verduidelijking is in bijlage 2 van deze toelichting een kaart opgenomen met de bestaande bouwhoogten, uitgedruktin bouwlagen.
 
Aan huis gebonden beroepen zijn rechtstreeks toegestaan tot een bepaalde maat, consumentverzorgende ambachtelijke bedrijvigheid alleen via een afwijking bij omgevingsvergunning. De oprichting van nieuwe publiekaantrekkende functies is uitgesloten. Ook een guesthouse is rechtstreeks toegestaan tot een bepaalde omvang. Er zijn voorts afwijkingsmogelijkheden (onder voorwaarden) opgenomen voor mantelzorg, parkeren voor de voorgevel en woningsplitsing. 
 
Artikel 14: dubbelbestemming Leiding – Gas 
Deze dubbelbestemming regelt de beschermingszone voor de voorkomende gasleiding. Binnen deze zone mag niet worden gebouwd en mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd anders dan normaal onderhoud, zonder voorafgaande toestemming van de leidingbeheerder.
 
Artikel 15: dubbelbestemming Leiding – Water
Deze dubbelbestemming regelt de beschermingszone voor de voorkomende waterleiding. Binnen deze zone mag niet worden gebouwd en mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd anders dan normaal onderhoud, zonder voorafgaande toestemming van de leidingbeheerder.
 
Artikel 16: dubbelbestemming Waarde – Maastrichts Erfgoed
De voor de dubbelbestemming Waarde-Maastrichts Erfgoed aangegeven gronden zijn bestemd voor de bescherming van het op die gronden aanwezige cultureel erfgoed. In dit geval gaat het om het Maastrichts Erfgoed. In het plangebied komen de archeologische zones A, B en C als onderdeel van het Maastrichts Erfgoed voor. Voor deze zones geldt dat behoud van het bodemarchief in situ voor het behoud ex situ gaat. Indien behoud in situ niet mogelijk is kunnen voorwaarden aan de toepasselijke vergunning worden verbonden met het oog op behoud van het bodemarchief ex situ. 
 
Artikel 17: dubbelbestemming Waterstaat - Waterlopen
Deze dubbelbestemming regelt de beschermingszone behorende bij de waterloop. Binnen deze zone mag niet worden gebouwd en mogen geen werkzaamheden worden uitgevoerd anders dan normaal onderhoud, zonder voorafgaande toestemming van de waterbeheerder.
5.2.3 Hoofdstuk 3 Algemene regels
Dit hoofdstuk bevat de volgende algemene regels (deels ingegeven door de verplichting vanuit paragraaf 3.2 van het Bro deze bepalingen op te nemen in ieder bestemmingsplan):
  • een anti-dubbeltelregel: zorgt ervoor dat gronden niet dubbel worden meegerekend bij het toestaan van bouwplannen; ;
  • algemene gebruiksregels: hierin worden onder meer alle vormen van gebruik, die in strijd zijn met de aan de grond gegeven bestemming, verboden;
  • algemene aanduidingsregels:
    • milieuzone - bodembeschermingsgebied Mergelland;
    • milieuzone - geurzone;
    • milileuzone - grondwaterbeschermingsgebied;
    • veiligheidszone - bevi;
    • vrijwaringszone - molenbiotoop;
    • vrijwaringszone - spoor;
    • vrijwaringszone - straalpad;
    • vrijwaringszone - weg.
  • algemene afwijkingsregels: hierin wordt bepaald voor welke gevallen Burgemeester en wethouders middels een omgevingsvergunning kunnen afwijken van het plan;
  • algemene wijzigingsbevoegdheid: hierin wordt bepaald onder welke voorwaarden Burgemeester en wethouders bevoegd zijn het plan te wijzigen; het betreft hierbeperkte wijzigingen in algemene zin. Specifieke wijzigingsbevoegdheden die van toepassing zijn op bepaalde bestemmingen worden waar nodig de bestemmingsregels opgenomen.
  • overige regels: hierin zijn verwijzingen opgenomen naar andere wettelijke regelingen.
  • algemene procedureregels: hierin wordt geregeld welke procedure moet worden gevolgd in geval van toepassing van wijzigingsbevoegdheden.
5.2.4 Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels
In het overgangsrecht is bepaald dat bouwwerken, die op het moment van de tervisielegging van het plan aanwezig zijn, mogen blijven bestaan, ook al is er strijd met de bouwregels. Het gebruik van grond en opstallen, dat afwijkt van de regels op het moment waarop het plan rechtskracht verkrijgt, mag worden gehandhaafd. Dit overgangsrecht komt voort uit artikel 3.2.1 van het Bro en is een verplicht onderdeel van de planregels. In de slotregel wordt aangegeven onder welke naam de planregels kunnen worden aangehaald.