direct naar inhoud van 4.8 Externe veiligheid
Plan: Heerlerheide Oost
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0917.BP020302W000001-0401

4.8 Externe veiligheid

4.8.1 Beleid

Beleidskader externe veiligheid
Externe veiligheid beschrijft de risico's die ontstaan als gevolg van opslag of handelingen met gevaarlijke stoffen. Dit kan betrekking hebben op inrichtingen (bedrijven) of transportroutes. Op beide categorieën is verschillende wet- en regelgeving van toepassing. De regelgeving voor inrichtingen (bedrijven) is afkomstig uit het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen' (Bevi).

Het beleid voor transportmodaliteiten ( weg, spoor water) staat beschreven in de circulaire 'Risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen' (cRnvgs).

Momenteel wordt hard gewerkt om het Basisnet af te ronden. Het Basisnet stelt grenzen aan het risico vanwege het vervoer van gevaarlijke stoffen over wegen, vaarwegen en spoorlijnen alsmede aan ruimtelijke ontwikkelingen langs die wegen. Het basisnet wordt juridisch verankert in het Besluit transportroutes externe veiligheid (Btev) en middels een wijziging in de Wet vervoer gevaarlijke stoffen medio 2011.

Per 1 januari 2010 is in de circulaire risiconormering vervoer gevaarlijke stoffen (Stcrt. 2009,19907) vastgesteld.

Voor transport van gevaarlijke stoffen door buisleidingen geldt het per 1 januari 2011 in werking getreden (Stb. 2010, 686) 'Besluit externe veiligheid buisleidingen' (Bevb).

In de Besluiten (Bevi, Btev en Bevb) zijn kwaliteitseisen/normen op het gebied van externe veiligheid geformuleerd. Doel is om de risico's waaraan burgers in hun leefomgeving worden blootgesteld, door activiteiten met gevaarlijke stoffen in inrichtingen en transportroutes, tot een aanvaardbaar minimum te beperken. Deze normen zijn gekwantificeerd in de vorm van het zogenaamde plaatsgebonden en groepsrisico.

Hoewel voor de volgende items geen normen zijn opgenomen in het externe veiligheidsbeleid worden ze wel aangemerkt als aandachtsgebieden in dit beleidskader. Deze items zijn:

a) Vuurwerkopslag en -verkooppunten, b) windmolens en c) bovengrondse hoogspanningslijnen.

Plaatsgebonden risico (PR)
Het plaatsgebonden risico (PR) is de kans per jaar, op overlijden van een onbeschermd individu tengevolge van ongevallen met gevaarlijke stoffen.

Het PR kan op de kaart van het gebied worden weergeven met zogeheten risico-contouren: lijnen die punten verbinden met eenzelfde PR.

Groepsrisico (GR)
Het groepsrisico (GR) is een maat voor de kans dat bij een groep van bijvoorbeeld 10, 100 of 1000 personen het slachtoffer worden van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Het GR wordt ook beschouwd als een maat voor de maatschappelijke ontwrichting.

Voor het GR geldt geen grenswaarde maar een oriëntatiewaarde. Dit is een ijkwaarde waaraan veranderingen getoetst kunnen worden. Deze waarde mag overschreden worden, mits goed beargumenteerd door het bevoegd gezag. Ook bij veranderingen van de hoogte van het GR geldt een verantwoordingsplicht.

Verantwoordingsplicht Groepsrisico
In het externe veiligheidsbeleid is voor bepaalde situaties een verplichting tot verantwoording van het groepsrisico opgenomen. Deze verantwoordingsplicht houdt in dat iedere wijziging met betrekking tot planologische keuzes moet worden onderbouwd en verantwoord door het bevoegd gezag. Hierbij geeft het bevoegd gezag aan of het groepsrisico in de betreffende situatie aanvaardbaar wordt geacht.

De verantwoording van het groepsrisico is één van de onderdelen van een goede ruimtelijke ordening.

Bereikbaarheid
De brandweer beoordeelt de bereikbaarheid van plangebieden en daaraan verbonden objecten cq inrichtingen aan de hand van de Handleiding bluswatervoorziening en bereikbaarheid.

Er wordt speciale aandacht gevraagd voor de hoofdaanrijroutes en de wijkontsluitingswegen van de brandweer.

De basis kan gevonden worden in artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening. Er kunnen regels opgenomen worden die aanvullende eisen stellen aan de bluswatervoorziening en/of bereikbaarheid, teneinde ervoor te zorgen dat het bestemmingsplan uitvoerbaar is.

4.8.2 Plangebied

In de directe nabijheid van het plangebied zijn volgens de Risicokaart Limburg geen bedrijven gelegen die in het kader van externe veiligheid een risico opleveren. Ook ligt het plan niet binnen het invloedsgebied van (verder weg gelegen) bedrijven die onder de werkingssfeer van het BEVI vallen.

Buisleidingen
In de directe nabijheid van het plan zijn geen buisleidingen voor het transportvan gevaarlijke stoffen gelegen. Het plan ligt niet binnen het invloedsgebied vaneen buisleiding.

Vervoer gevaarlijke stoffen
In de directe nabijheid van het plan zijn geen vervoersassen bekend van gevaarlijke stoffen. Het plangebied wordt niet benut als transportroute voor gevaarlijke stoffen.

De risicoatlas van de provincie Limburg is geraadpleegd m.b.t. de vraag of er in de omgeving BEVI bedrijven liggen en in de nabijheid vervoerassen of buisleiding door of langs het plangebied lopen.

Bereikbaarheid

Geconstateerd is dat de bestaande infrastructuur voldoet aan in het kader van bereikbaarheid te stellen eisen. Het plan voorziet tevens in afdoende mogelijkheden om de juiste voorzieningen op gebied van bestrijding en beheersbaarheid te realiseren.

Externe veiligheid vormt derhalve geen belemmering voor het plangebied.