direct naar inhoud van 5.1 Archeologie en Cultuurhistorie
Plan: Aalst
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0866.BP00142-0301

5.1 Archeologie en Cultuurhistorie

5.1.1 Begrenzing van het bestemmingsplan

De gemeente Waalre is voornemens het bestemmingsplan voor de bebouwde kom van Aalst te actuualiseren. Het bestemmingsplan wordt grofweg begrenst door de snelweg A2/A67 in het noorden, de Burgemeester Mollaan, Irislaan en Molenvenlaan in het westen, de Lissevenlaan en Irenelaan in het zuiden en koningin Wilhelminalaan, Maximiliaanlaan en Gorlooplaan in het Oosten. Het beleid van de rijksoverheid (Wet op archeologische monumentenzorg) is gericht op behoud van het archeologisch erfgoed. Door het verdrag van Malta (Europees verdrag inzake de bescherming van het archeologisch erfgoed) is het beleid steeds meer gericht op het tijdig betrekken van archeologische belangen bij het ruimtelijk ordeningsbeleid.

Aan de hand van de opgestelde erfgoedkaart2 van de gemeente Waalre wordt hieronder achtereenvolgens het fysisch landschap, een inventarisatie van de archeologische waarden en historische gegevens van het bestemmingsplangebied toegelicht. Op basis hiervan wordt een waardering gegeven met daaraan gekoppeld een advies ten aanzien van de archeologie.

5.1.2 Landschap

Volgens de kaart van het fysisch landschap is Aalst gelegen op een hoge dekzandrug met eromheen een lage dekzandrug. De dekzandrug wordt aan de oostzijde begrensd door het beekdal van de Tongelreep. Op de kaart van het fysisch landschap heeft de beek een kronkelende gedaante op basis van de kadasterkaarten van ca 1828. De Tongelreep is nu "genormaliseerd" ofwel rechtgetrokken. Ten westen van de dekzandrug liggen vennetjes te midden van duinen en stuifkoppen.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00142-0301_0004.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00142-0301_0005.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00142-0301_0006.jpg"

Uitsnede van het archeologisch landschap geprojecteerd op het fysisch landschap van Aalst

5.1.3 Archeologie


Uit het plangebied zijn een aantal archeologische vindplaatsen bekend, die dateren uit de perioden Romeinse tijd en Middeleeuwen. In het noordwesten van het plangebied is nabij Laareind in de jaren 60 door Gerrit Beex langs de vroegere spoorbaan en juist ten zuiden van de A67 in een diepe sleuf (voor riolering?) Romeins aardewerk aangetroffen. Het aardewerk is aangetroffen over een afstand van ruim honderd meter. Vanwege deze grote oppervlakte betreffen het, volgens Beex, waarschijnlijk resten van een nederzetting uit de Romeinse tijd. De plek waar de Romeinse nederzetting gelegen zou hebben is op de Archeologische Monumenten Kaart (AMK) aangegeven als een gebied met een hoge archeologische waarde. Daarnaast zijn nabij de Tongelreep in de jaren 60, eveneens door Gerrit Beex, in de berm van de weg fragmenten van een Romeinse wrijfschaal, een bronzen munt van "Germanicus" en een kleine zilveren munt van keizer Augustus aangetroffen. Tenslotte zijn ten noorden van de oude kern van Aalst (nabij de Gestelsestraat) scherven van Romeins aardwerk o.a. van wrijfschaal, gevonden

In de oude kern van Aalst zijn bij een opgraving in 1996 door de Stichting Waalres Erfgoed i.s.m. de gemeentelijk archeoloog van Eindhoven, uitgevoerd op het terrein van de voormalige Onze-Lieve-Vrouwekerk te Aalst, vondsten uit de Romeinse tijd en Middeleeuwen aangetroffen. De oudste vondsten dateren al uit het Laat Paleolithicum. Daarnaast zijn sporen en vondsten aangetroffen van een nederzetting uit de Romeinse tijd. Een 3-tal scherven en een huisplattegrond wijzen ook op bewoning in de Merovingische of Karolingische tijd. Uit de Karolingische periode dateert eveneens een waterput. Uit de volle Middeleeuwen (9e-12e eeuw) dateren 1 bootvormig hoofdgebouw en 2 bootvormige bijgebouwen. Een eveneens bootvormig bijgebouw stamt uit de 12e eeuw. Verrassend was vooral de vondst van 2 plattegronden van eenvoudige houten kerkgebouwen uit de 12e eeuw. Getuige de oriëntatie zou het hoofdgebouw uit de volle middeleeuwen mogelijk ook een functie van kerk gehad kunnen hebben. Het om de gebouwen gesitueerde grafveld lijkt in aanleg uit de 12e eeuw te dateren. Van de O.L.V. kerk waren slechts enkele funderingen uit de 15e eeuw bewaard gebleven. Sporen van een voorganger uit de 13-15e eeuw ontbreken. Opvallend is dat de houten kerkgebouwen niet binnen de bakstenen kerk lagen, maar ernaast.

Bovenstaande gegevens geven aan dat de dekzandrug langs de Tongelreep een aantrekkelijke plaats was voor bewoning in ieder geval in de Romeinse Tijd en Middeleeuwen.

5.1.4 Historisch landschap

Aalst is het oostelijke gedeelte van de huidige gemeente Waalre3 . Het gebied van de voormalige gemeente Aalst viel samen met dat van de voormalige heerlijkheid. De eerste vermelding van de dorpsnaam Aalst dateert van 1281 en luidt Alst, in 1306 Haelst. Van Berkel en Samplonius zien een overeenkomst met Aalst in Gelderland, waarvan de naam verklaard wordt uit germaans (alhust- woonplaats, een afleiding bij 'alha' (woning, tempel)4. Van een gerecht van Aalst is sprake in 1325, schepenen worden genoemd in 1386 en een schependomszegel bestond al in 1394. De hoge heerlijkheid Aalst is in handen geweest van de families Van Horne-Perwijs (tot 1368 en vanaf 1459) en Van der Clusen (1551-1720). Tot 1720 behoorde Aalst aan dezelfde heren als Waalre en Valkenswaard. De gemeente was per 1 januari 1812 ontstaan door splitsing van de gemeente Stratum en Aalst, die eerder in 1810 waren samengevoegd. Aalst was een dorpsheerlijkheid die te leen gehouden werd van de hertog van Brabant. Lange tijd (tot 1721) waren Aalst, Waalre en Valkenswaard in handen van dezelfde heer, daarna had Aalst eigen heren. Het dorp hoorde onder de Meierij van Den Bosch, kwartier van Kempenland. Het had een eigen schepenbank van 7 schepenen die ook de hoge rechtsmacht uitoefenden. Het dorpsbestuur bestond er uit die schepenen, de drossaard en burgemeesters. In 1900 bestond de gemeente Aalst uit het dorp Aalst of Kerkeind aan de Tongelreep met 77 huizen, de buurt Laareind met 40 huizen, het gehucht Eikenrode met 20 huizen en het gehucht Achtereind met 10 huizen. De oude kern van het dorp Aalst en de historische omliggende gehuchten zijn op de archeologische beleidskaart aangegeven met paars.

Ten westen van het dorp Aalst lagen besloten akkers, ten zuiden open akkers. Rondom de nu bebouwde kern van Aalst bevindt zich bos, bestaande uit restbossen en bos dat in de 19de en begin 20ste eeuw is aangelegd/ ontstaan. In de uiterste noordwest hoek lag heide.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00142-0301_0007.jpg"
Uitsnede uit de topografische kaart van 1850 van de gemeente Aalst.

5.1.5 Advies archeologie


Binnen het plangebied zijn op basis van bovenstaande inventarisatie en beschrijving terreinen aan te wijzen met een archeologische waarde, een hoge, middelhoge en lage archeologische verwachting en gebieden zonder verwachting. Deze (verwachtings) waarden zijn weergegeven op de archeologische verwachtingen- en waardenkaart die voor de gemeente Waalre is opgesteld.

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00142-0301_0008.jpg"

afbeelding "i_NL.IMRO.0866.BP00142-0301_0009.jpg"

Uitsnede uit de archeologische verwachtingen- en waardenkaart van de gemeente Waalre.


De verschillende archeologische verwachtingszones (archeologische waarde, middelhoge en hoge verwachting) laten zich vertalen in verschillende adviezen met betrekking tot geplande ingrepen. De voorgestelde maatregelen hebben betrekking op het creëren van de mogelijkheid voor het maken van een nadere archeologische afweging bij eventuele toekomstige grootschalige bodemingrepen in het plangebied. Dit voorschrift sluit aan op de procedures die in het kader van de Wet op de Archeologische Monumentenzorg die verplicht om op een verantwoorde wijze met het archeologische bodemarchief om te gaan. Voor terreinen met een middelhoge tot hoge archeologische verwachting wordt duurzaam behoud nagestreefd. Het behoud in situ van archeologische vindplaatsen kan geschieden door fysieke bescherming door middel van inpassing in de inrichtingsplannen, in combinatie met een op het behoud afgestemd beheer (dubbelbestemming archeologie).

Bodemroeringen dieper dan 30 cm -mv die tot (fysieke) aantasting van archeologische waarden leiden, dienen zoveel mogelijk vermeden te worden. Indien in het plangebied bodemingrepen plaatsvinden wordt door het bevoegde gezag (de gemeente Waalre) vastgesteld of en in welke vorm van archeologisch onderzoek of andere maatregelen op het te verstoren terrein noodzakelijk zijn. De gemeente Waalre baseert zich daarbij op deskundig advies gekoppeld aan het noodzakelijke vooronderzoek. De kosten van vooronderzoek en, eventuele daaropvolgende, archeologische uitvoeringsmaatregelen kunnen verhaald worden op de exploitant.

5.1.6 Regels archeologie

In artikel 38a van de Monumentenwet 1988 is bepaald dat de gemeenteraad bij de vaststelling van een bestemmingsplan rekening moet houden met de in de grond aanwezige dan wel te verwachten monumenten. Met "monumenten" worden bedoeld:

  • 1. vervaardigde zaken welke van algemeen belang zijn wegens hun schoonheid, hun betekenis voor de wetenschap of hun cultuurhistorische waarde;
  • 2. terreinen welke van algemeen belang zijn wegens daar aanwezige zaken als bedoeld onder 1.


In de archeologische monumentenzorg onderscheidt men verschillende categorieën waarden en verwachtingen. Voor iedere categorie kunnen op grond van het bestemmingsplan verschillende voorschriften gelden. Iedere categorie biedt dan een verschillend beschermingsniveau. Omdat het archeologiebeleid van de gemeente Waalre nog niet is vastgesteld dient bij het vaststellen van de vrijstellingsgrens voor archeologisch onderzoek vooralsnog uitgegaan te worden van de vastgestelde wettelijke norm van 100 m2.