13.1 Wijziging bestemmingsgrenzen en bouwvlakken
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de grenzen van bestemmings- en bouwvlakken te wijzigen mits:
-
a. de geldende oppervlakte van de bij de wijziging betrokken vlakken met niet meer dan 10% wordt vergroot of verkleind;
-
b. de grenzen daarbij met niet meer dan 15 meter worden verschoven en
-
c. daarbij geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:
-
1. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden;
-
2. het straat- en bebouwingsbeeld;
-
3. de verkeersveiligheid;
-
4. de milieusituatie en
-
5. de sociale en externe veiligheid.