direct naar inhoud van Artikel 11 Dienstverlening
Plan: Buitengebied 2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0865.vghBPbuitengebied-OH01

Artikel 11 Dienstverlening

11.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Dienstverlening' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. dienstverlening;
  • b. wonen in een bedrijfswoning;

ter plaatse van de functieaanduiding:

  • c. 'specifieke vorm van wonen - wonen in bedrijfsgebouw', wonen in het bedrijfsgebouw;

ter plaatse van de gebiedsaanduiding:

  • d. 'middelhoge en hoge archeologische verwachtingswaarde', tevens voor de bescherming en instandhouding van de middelhoge en hoge archeologische verwachtingswaarde. De regeling opgenomen in artikel 46.1.1 dient in acht te worden genomen;
  • e. 'attentiegebied ehs', tevens voor de bescherming en instandhouding van de attentiegebieden van de ehs. De regeling opgenomen in artikel 46.1.1 dient in acht te worden genomen;
  • f. 'cultuurhistorisch waardevol gebied', tevens voor de bescherming en instandhouding van het cultuurhistorisch waardevolle gebied. De regeling opgenomen in artikel 46.1.1 dient in acht te worden genomen;
  • g. 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied', een extensiveringsgebied. De regeling opgenomen in artikel 46.2 dient in acht te worden genomen;

met de daarbijbehorende voorzieningen:

  • h. tuinen en erven;
  • i. wegen, voet- en rijwielpaden;
  • j. parkeervoorzieningen;
  • k. groenvoorzieningen;
  • l. water en waterhuishoudkundige voorzieningen;
  • m. voorzieningen van algemeen nut.

11.2 Bouwregels
11.2.1 Algemeen

Voor het bouwen gelden de volgende regels:

  • a. gebouwen zoals bedoeld in 11.2.2, 11.2.3 en 11.2.4 mogen uitsluitend binnen het bouwvlak worden opgericht.
  • b. parkeervoorzieningen dienen in voldoende mate aanwezig te zijn en dienen binnen het bouwvlak te worden gerealiseerd.

11.2.2 Bedrijfsgebouwen

Voor het bouwen van bedrijfsgebouwen gelden de volgende regels:

  • a. de goot- en bouwhoogte van bedrijfsgebouwen bedraagt niet meer dan is aangeduid op de verbeelding;
  • b. de oppervlakte van de bedrijfsgebouwen bedraagt niet meer dan is aangeduid op de verbeelding;
  • c. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 3 meter.

11.2.3 Bedrijfswoningen

Voor het bouwen van bedrijfswoningen gelden de volgende regels:

  • a. één bedrijfswoning is toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wonen in bedrijfsgebouw', uitsluitend wonen in het bedrijfsgebouw is toegestaan;
  • b. uitsluitend bestaande bedrijfswoningen zijn toegestaan;
  • c. de inhoud van de bedrijfswoning bedraagt maximaal 750 m3 exclusief onderkeldering;
  • d. onderkeldering is alleen toegestaan direct onder de contouren van de woning exclusief bijbehorende bouwwerken;
  • e. de goothoogte van bedrijfswoningen bedraagt maximaal 4,5 meter en de bouwhoogte bedraagt maximaal 9 meter;
  • f. de voorgevel van de bedrijfswoning moet zijn gericht op de bestemming 'Verkeer';
  • g. de afstand van de bedrijfswoning tot de as van de weg bedraagt minimaal 10 meter en maximaal 15 meter;
  • h. de afstand van de bedrijfswoningen en bijbehorende bouwwerken tot de zijdelingse perceelsgrens bedraagt minimaal 3 meter.

11.2.4 Bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning

Voor het bouwen van bijbehorende bouwwerken bij de bedrijfswoning gelden de volgende regels:

  • a. de gezamenlijke oppervlakte aan bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 80 m2;
  • b. de goothoogte van bijbehorende bouwwerken bedraagt maximaal 3 meter en de bouwhoogte bedraagt maximaal 5 meter;
  • c. de afstand van een vrijstaand bijbehorend bouwwerk tot de bedrijfswoning bedraagt minimaal 5 meter en mag maximaal 20 meter;
  • d. bijbehorende bouwwerken moeten op minimaal 3 meter achter de gevellijn worden opgericht.

11.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de bouwhoogte van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, bedraagt maximaal 5 meter met uitzondering van het bepaalde in sub b;
  • b. de bouwhoogte van erfafscheidingen bedraagt maximaal 2 meter, met dien verstande dat de bouwhoogte van erf- en terreinafscheidingen vóór de gevellijn van de bedrijfswoning maximaal 1 meter bedraagt;
  • c. de afstand tot de zijdelingse perceelsgrens minimaal 3 meter met uitzondering van erf- en terreinafscheidingen, welke op de zijdelingse perceelsgrens gebouwd mogen worden.

11.3 Specifieke gebruiksregels

Tot een strijdig gebruik van gronden en bouwwerken wordt in elk geval gerekend het gebruik voor:

  • a. geluidszoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. seksinrichtingen;
  • c. kamperen;
  • d. opslag van goederen en materialen binnen en buiten het bouwvlak;
  • e. wonen, behoudens in een bedrijfswoning als bedoeld in 11.1 sub f en g;
  • f. wonen in bijbehorende bouwwerken;
  • g. het bewonen van de bedrijfswoning als burgerwoning;
  • h. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van wonen - wonen in bedrijfsgebouw' is geen grondgebonden bedrijfswoningen toegestaan.