direct naar inhoud van Artikel 4 Bedrijf
Plan: Gebied Oudedijk, Odiliapeel
Status: vastgesteld
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0856.BPOUDEDIJK-VA02

Artikel 4 Bedrijf

4.1 Bestemmingsomschrijving

De voor 'Bedrijf' aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. bedrijven en bedrijfsactiviteiten die genoemd staan in milieucategorie 1, 2 en 3.1 van de Lijst van bedrijfsactiviteiten;
  • b. ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning', uitsluitend voor maximaal 1 bedrijfswoning;
  • c. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - garagebedrijf', tevens voor een garagebedrijf;
  • d. ter plaatse van de aanduiding 'specifieke vorm van bedrijf - vuurwerkopslag', tevens voor de opslag van cosumentenvuurwerk met een maximale hoeveelheid van 10.000 kg;
  • e. ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum', tevens voor een tuincentrum;
  • f. water, waterbergingen en watergangen;
  • g. daarbij behorende voorzieningen, waaronder in ieder geval begrepen parkeervoorzieningen.

4.2 Bouwregels

Op deze gronden mag worden gebouwd en gelden de volgende regels.

4.2.1 Bedrijfsgebouwen
  • a. bedrijfsgebouwen worden ter plaatse van de aanduiding 'bouwvlak' gebouwd;
  • b. de goothoogte bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximale goothoogte' aangegeven hoogte;
  • c. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste de met de aanduiding 'maximale bouwhoogte' aangegeven hoogte;
  • d. het bebouwingspercentage bedraagt ten hoogste het met de aanduiding 'maximum bebouwingspercentage' aangegeven percentage van het bouwvlak;
  • e. bedrijfsgebouwen zijn voorzien van een kap met een dakhelling van ten minste 20° en ten hoogste 65°.

4.2.2 Bedrijfswoningen
  • a. een bedrijfswoning wordt ter plaatse van de aanduiding 'bedrijfswoning' gebouwd;
  • b. bedrijfswoningen moeten voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals weergegeven in tabel 1.

tabel 1: bouwregels voor bedrijfswoningen

maatvoering   eis  
goothoogte
bouwhoogte
inhoud
dakhelling
dakhelling  
maximaal 4,5 m
maximaal 9 m
maximaal 750 m³
minimaal 20°
maximaal 65°  

4.2.3 Bijgebouwen bij bedrijfswoningen
  • a. bijgebouwen bij bedrijfswoningen worden gebouwd ter plaatse van de aanduidingen 'bedrijfswoning' en 'bijgebouwen';
  • b. bijgebouwen bij bedrijfswoningen moeten voorts voldoen aan de maatvoeringseisen, zoals weergegeven in tabel 2.

tabel 2: bouwregels voor bijgebouwen bij bedrijfswoningen

maatvoering   eis  
goothoogte
bouwhoogte
gezamenlijke oppervlakte  
maximaal 3,5 m
maximaal 5 m
maximaal 30 m²  

4.2.4 Gebouwen ten behoeve van voorzieningen van algemeen nut
  • a. de goothoogte bedraagt ten hoogste 3 m;
  • b. de bouwhoogte bedraagt ten hoogste 5 m;
  • c. de oppervlakte van een gebouw bedraagt ten hoogste 15 m².

4.2.5 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de maatvoeringseisen, zoals aangegeven in tabel 3.

tabel 3: bouwregels voor bouwwerken, geen gebouwen zijnde

  maximale bouwhoogte  
bouwwerk   binnen bouwvlak   buiten bouwvlak  
erfafscheidingen   2 m, waarvan 1 m gesloten mag zijn en boven die hoogte een voor 80% open constructie   2 m  
tuinmeubilair en speeltoestellen   3 m   3 m  
vlaggenmasten en antennes   6 m   6 m  
overige bouwwerken   3 m   3 m  

4.2.6 Overkappingen bij bedrijfswoningen
  • a. voor het bouwen van overkappingen bij bedrijfswoningen gelden de situerings- en maatvoeringseisen, zoals aangegeven in tabel 4;
  • b. de oppervlakte van overkappingen bij bedrijfswoningen wordt niet meegerekend bij de totale oppervlakte van bijgebouwen op een bouwperceel.

tabel 4: bouwregels voor overkappingen bij bedrijfswoningen

situering en maatvoering   eis  
  overkappingen mogen uitsluitend achter de voorgevellijn worden gebouwd  
afstand tussen voorgevellijn en voorzijde overkapping   minimaal 1 m  
goothoogte   maximaal 3 m  
bouwhoogte   maximaal 5 m  
het gezamenlijke oppervlak   maximaal 25 m²  

4.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen overeenkomstig het bepaalde in artikel 15 ten aanzien van:

  • a. de bouwhoogte en goothoogte van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde;
  • b. de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

4.4 Afwijken van de bouwregels
4.4.1 Afwijking hoogte bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 4.2.5 en worden toegestaan dat bouwwerken, geen gebouwen zijnde, worden gebouwd tot een hoogte van ten hoogste 8 m, mits de brandweer hieromtrent positief heeft geadviseerd en mits geen onevenredige aantasting plaatsvindt van:

  • a. een samenhangend stedenbouwkundig en landschappelijk beeld;
  • b. de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden.

4.5 Specifieke gebruiksregels
4.5.1 Strijdig gebruik

Tot een strijdig gebruik wordt in ieder geval gerekend het gebruik van gronden en bouwwerken voor:

  • a. geluidzoneringsplichtige inrichtingen;
  • b. detailhandel, behoudens productiegebonden detailhandel die ondergeschikt is aan de ter plaatse toegestane bedrijven, en behoudens detailhandel behorende bij het als zodanig aangeduide tuincentrum en garagebedrijf;
  • c. horeca.

4.6 Afwijken van de gebruiksregels
4.6.1 Afwijking bedrijfscategorie

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 4.1 onder a:

  • a. ten behoeve van de vestiging c.q. uitoefening van een categorie 3.2-bedrijf uit de Lijst van bedrijfsactiviteiten mits deze naar aard en invloed op de omgeving geacht kan worden tot categorie 1, 2 of 3.1 van de Lijst van bedrijfsactiviteiten;
  • b. ten behoeve van de vestiging c.q. uitoefening van een bedrijf dat hoewel gelijkwaardig is aan een categorie 1-, 2- of 3.1-bedrijf uit de Lijst van bedrijfsactiviteiten, niet in de Lijst van bedrijfsactiviteiten is genoemd.

Bij de beoordeling van de aard en invloed van de milieubelasting van een bedrijf dienen de volgende milieubelastingscomponenten mede in de beoordeling te worden betrokken: geluid, geurproductie, stofuitworp en gevaar, waarbij tevens kan worden gekeken naar de verontreiniging van lucht en bodem, de diversiteit en het al dan niet continue karakter van het bedrijf en de visuele hinder en de verkeersaantrekkende werking.

4.6.2 Afwijking horeca tuincentrum

Met een omgevingsvergunning kan worden afgeweken van het bepaalde in 4.5.1 onder c en worden toegestaan dat ter plaatse van de aanduiding 'tuincentrum' een winkelondersteunend horecabedrijf wordt geëxploiteerd dat ondergeschikt is aan en ten dienste staat van het tuincentrum.