Artikel 13 Externe veiligheidscontour (dubbelbestemming)
13.1 Bestemmingsomschrijving
De op de kaart voor "Externe veiligheidscontour (dubbelbestemming)"aangewezen gronden zijn, naast de voor de aldaar voorkomende onderliggende bestemmingen (basisbestemmingen), tevens bestemd voor de veiligheidscontour behorende bij een risicovolle inrichting.
13.2 Bouwvoorschriften
Voor het bouwen geldt dat binnen de externe veiligheidscontour en buiten de perceelsgrenzen van de risicovolle inrichting, geen nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten mogen worden opgericht.
13.3 Wijzigingsbevoegdheid
Burgemeester en wethouders kunnen met inachtneming van de procedurevoorschriften in artikel 22.2 het bestemmingsplan wijzigen:
- in die zin dat de dubbelbestemming "externe veiligheidscontour" opgeheven wordt, indien de aanwezige risicovolle inrichting gesaneerd is, dan wel uit nader onderzoek is gebleken dat de aanwezige risicovolle inrichting buiten werking is gesteld, of
- in die zin dat de dubbelbestemming "externe veiligheidscontour" verkleind wordt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de PR 10-6/jaar contour als gevolg van een wijziging in een risicovolle inrichting kleiner is geworden;
- in die zin dat de dubbelbestemming "externe veiligheidscontour" verkleind wordt, door een wijziging van de Regeling externe veiligheid inrichtingen.
Naar vorige |
Niveau omhoog
Naar boven Inhoudsopgave |
Naar volgende |