| Plan: | Wilhelminapark beschermd stadsgezicht 2012 |
|---|---|
| Status: | onherroepelijk |
| Plantype: | bestemmingsplan |
| IMRO-idn: | NL.IMRO.0855.BSP2012001-e001 |
Hoofdstuk 2 bevat de ´Bestemmingsregels´. In dit hoofdstuk komen de verschillende bestemmingen met bijbehorende bouwregels en gebruiksregels aan bod. Vaak is daarnaast sprake van een nadere eisen-regeling, een omgevingsvergunningplicht voor het uitvoeren van werken, geen bouwwerken zijnde, en werkzaamheden, wijzigingsbevoegdheden e.d.
In het plan komen de volgende bestemmingen voor:
De bestemming Bedrijf-Nutsvoorziening is gelegd op het perceel Stedekestraat 9. Met deze bestemming wordt de bestaande trafo positief bestemd.
Op het De Pont museum aan de Hasseltstraat/Wilhelminapark is de bestemming Cultuur en Ontspanning gelegd. Binnen het bestemmingsplan Soey 2007 is het museum bestemd als Maatschappelijk. De aanpassing van de bestemming voor het museum volgt hiermede de regeling zoals deze verplicht is opgenomen in de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2008 (SVBP 2008).
Aangezien het beschermd stadsgezicht Wilhelminapark e.o. grotendeels is gelegen langs de linten, wordt voor de bebouwing gelegen langs de Hasseltstraat, Kwaadeindstraat en het Wilhelminapark de bestemming Gemengd-1 opgenomen. Al deze linten behoren tot de lintenstructuur van de eerste orde. Binnen deze bestemming zijn onder andere wonen, bedrijvigheid, (kleine) kantoren, dienstverlening, diverse maatschappelijke voorzieningen zonder meer mogelijk. Door het opnemen van specifieke aanduidingen 'detailhandel', 'garage', 'horeca tot en met categorie 2', 'horeca van categorie 1', worden ook andere bestaande functies die geen onderdeel uitmaken van de bestemming 'Gemengd-1' positief bestemd. De aanduiding 'parkeerterrein' is met name opgenomen om de parkeergelegenheid behorende bij de supermarkt aan het Wilhelminapark te waarborgen. Bij bouwmogelijkheden op het erf zal ten allen tijde getoetst moeten worden aan de parkeerbalans. De aanduiding 'kamerverhuur' geldt voor panden die meer dan 5 wooneenheden herbergen.
De stemming 'Groen' is beperkt tot het Wilhelminapark.
De Kwaadeindstraat (gedeelte), Hasseltstraat (gedeelte) en Wilhelminapark zijn bestemd als Verkeer. Binnen de bestemming 'Verkeer' zijn alle verkeer- en vervoervoorzieningen ten behoeve van het wegverkeer opgenomen. De nadruk ligt hierbij op de gebiedsontsluitingsfunctie voor gemotoriseerd en langzaam verkeer. Het betreft hier hoofdverzamelwegen, verzamelwegen en wijkontsluitingswegen.
De overige binnen het plangebied voorkomende straten zijn bestemd voor 'Verkeer-Verblijf'. Binnen deze bestemming ligt de nadruk op de erftoegangsfunctie voor gemotoriseerd en langzaam verkeer en/of de verblijfsfunctie voor voetgangers met alle bijkomende en ondersteunende voorzieningen en kunstwerken. Het betreft hier buurtstraten, woonstraten, woonerven, winkelerven en voetgangersgebied inclusief bijbehorende kunstwerken.
Binnen de bestemming 'Wonen' zijn uitsluitend grondgebonden woningen toegestaan. Onder voorwaarden zijn tevens beroepsmatige activiteiten toegestaan als een aan huis gebonden beroep. Met afwijking kan worden meegewerkt aan het uitoefenen van bedrijfsmatige activiteiten.
De bestemming 'Wonen-Gestapeld' heeft betrekking op de locatie Mr. J.H. de Pontplein gelegen tegenover het De Pont museum. Daarnaast is een aanduiding 'gestapeld' opgenomen voor de appartementen gelegen aan de Tjeuke Timmermansstraat.
Waar een basisbestemming samenvalt met een dubbelbestemming geldt primair het bepaalde ten aanzien van de dubbelbestemming. Ten aanzien van de onderliggende enkelbestemming geldt een beperking van de bouwmogelijkheden.
De volgende dubbelbestemmingen zijn opgenomen:
Op alle gronden met een middelhoge en hoge archeologische verwachting ligt een dubbelbestemming Waarde-Archeologie. Deze dubbelbestemming brengt een omgevingsvergunningplicht met zich mee voor het uitvoeren van werken.
Daarnaast geldt ten aanzien van de onderliggende enkelbestemming een beperking van de bouwmogelijkheden.
De dubbelbestemming Waarde-Cultuurhistorie omvat bijzondere (beperkende) bouwregels en gebruiksregels. Er is vastgelegd of sprake is van een rijks- en gemeentelijk monument. Deze monumenten genieten overigens tevens een bescherming op grond van monumentenregelgeving. Verder zijn binnen deze dubbelbestemming de waardevolle ensembles, die zeker in een beschermd stadsgezicht een duidelijke meerwaarde hebben voor de ruimtelijke kwaliteit, opgenomen met als nadere aanduiding 'cultuurhistorisch waardevolle bebouwing'. In het plangebied liggen daarnaast nog een aantal objecten die zijn opgenomen in het Monumenten Inventarisatieproject van eind jaren '80. Als zodanig zijn de meeste ook opgenomen in de Cultuurhistorische waardenkaart van de provincie (versie 2006, de onderlegger van waardenkaart van 2010). Conform de aanpak in het beschermde stadsgezicht Stadskern Tilburg zijn deze objecten ook opgenomen in de dubbelbestemming met eveneens de aanduiding "cultuurhistorisch waardevolle bebouwing".
De bouwregels bevatten een uitgebreide regeling ten aanzien van het oprichten van gebouwen en overige bouwwerken in het plangebied (bouwvlak, erf, bouwhoogte, regeling bijgebouwen, etc.). Er wordt hierbij een onderscheid gemaakt in bouwregels voor (hoofd)gebouwen, aan- en uitbouwen en bijgebouwen, bouwwerken, geen gebouwen zijnde en bouwwerken van algemeen nut.
De bouwregels bij een beschermd stadsgezicht bevatten een bijzondere op de specifieke situatie toegesneden bebouwingsregeling die overeenkomt met het cultuurhistorisch karakter van het gebied. Afhankelijk van het feit of sprake is van gemeentelijke- of rijksmonumenten, 'cultuurhistorische bebouwing' of 'overige bebouwing' zijn diverse kenmerken van de gebouwen zoals de goot- en bouwhoogte, dakvorm, gevelbreedte in het bestemmingsplan vastgelegd. Hierbij wordt de relatie gelegd met de laatst verleende omgevingsvergunning voor het bouwen van het bouwwerk. Bij het ontbreken van deze vergunning geldt de bestaande situatie van het bouwwerk ten tijde van het ter inzage leggen van het ontwerpbestemmingsplan.
Door middel van een afwijkingsregeling ten aanzien van die bouwregels en een regeling voor het stellen van nadere eisen, waarbij steeds de gemeentelijke Omgevingscommissie om advies gevraagd wordt, kunnen nieuwe bouwinitiatieven steeds op perceelsniveau worden afgestemd. Voor de categorie 'overige bebouwing' gelden de nagenoeg alle bouwregels van de basisbestemmingen.
Tenzij anders weergegeven is de volgende regeling voor aan- en uitbouwen en bijgebouwen van kracht in stedelijk gebied:
Met omgevingsvergunning inzake binnenplans afwijken van de bouwregels is bijvoorbeeld bij woningen ten behoeve van mantelzorg een grotere oppervlakte mogelijk.
Met betrekking tot het De Pont Museum is er voor gekozen om de bestaande bebouwing met een bouwhoogte van 7m. overeenkomstig het bestaande bestemmingsplan 'Soey 2007' op te nemen binnen het bouwvlak. De nog onbebouwde delen van het perceel zijn in het bestemmingsplan aangegeven als erf waarop een specifieke bebouwingsregeling van toepassing is. Deze is mede ingegeven ter bescherming van de achtertuinen van de percelen gelegen aan de Kwaadeindstraat en de Hasseltstraat en de bezonning van deze percelen. De goothoogte in de grens met deze percelen bedraagt 3m en afhankelijk van de hoogte van het gebouw kan vanaf de perceelscheiding onder een afschuiningshoek van 45 graden of minimaal 2m uit de perceelscheiding een bouwhoogte worden gerealiseerd van maximaal 5m. Afwijking tot een bouwhoogte van 7m overeenkomstig het bestaande bestemmingsplan 'Soey 2007' is mogelijk onder voorwaarden.
Vaak heeft het college de bevoegdheid om met in achtneming van de daarvoor geldende voorwaarden nadere eisen aan bouwplannen te stellen of afwijking van de bouwregels toe te staan.
Bij de meeste bestemmingen worden regels omtrent het gebruik van gronden en bouwwerken gegeven, al dan niet aangevuld met een aantal afwijkingsmogelijkheden, wisselend per bestemming.
Een aantal bestemmingsartikelen is aangevuld met een vergunningplicht t.a.v. bepaalde werken, geen bouwwerken zijnde.