Artikel 30 Algemene aanduidingsregels
30.1 geluidzone - industrie
In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie' de volgende regels:
-
a. voor het bouwen geldt dat geen nieuwe bouwwerken mogen worden gebouwd ten behoeve van geluidsgevoelige bestemmingen zoals bedoeld in de Wet geluidhinder en het Besluit geluidhinder, met uitzondering van: ver-/nieuwbouw van bestaande gebouwen waarbij de bestaande oppervlakte van het gebouw, in generlei opzicht wordt vergroot of veranderd; onder verbouwen wordt hier verstaan het bouwkundig veranderen van (een deel) van het gebouw en/of (een van) de daartoe behorende gevels; onder nieuwbouw wordt hier verstaan het geheel of nagenoeg geheel vernieuwen van een gebouw, waarbij de situering, bouwhoogte en bouwmassa geheel of nagenoeg geheel overeenkomen met het gesloopte gebouw; de bouw van een bijgebouw bij een woning of de uitbreiding van een bestaande geluidsgevoelige functie conform de in de basisbestemming voorgeschreven bebouwingsregeling;
-
b. het bevoegd gezag kan omgevingsvergunning verlenen voor het binnenplans afwijken van het bepaalde in dit lid, onder a., indien:
-
1. is, of kan worden voldaan aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder, of indien;
-
2. ontheffing van de voorkeursgrenswaarde is verleend;
-
c. burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat de gebiedsaanduiding 'geluidzone - industrie' opgeheven wordt indien de bron van de geluidzone is opgehouden te bestaan.
30.2 luchtvaartverkeerzone
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'luchtvaartverkeerzone' mag niet hoger worden gebouwd dan 30 meter of zoveel minder als de onderliggende enkelbestemming toelaat.
30.3 reconstructiewetzone - extensiveringsgebied
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'reconstructiewetzone - extensiveringsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor een extensiveringsgebied als bedoeld in de Reconstructiewet concentratiegebieden en de daarop gestoelde regels en plannen.
30.4 veiligheidszone - leiding
Al dan niet in afwijking van het bepaalde in Hoofdstuk 2 geldt dat ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - leiding' de volgende regels in acht dienen te worden genomen:
-
a. binnen de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-leiding' mogen geen nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten worden opgericht.
-
b. burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
-
1. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-leiding' opgeheven wordt, indien de desbetreffende leiding gesaneerd is, dan wel uit nader onderzoek is gebleken dat de desbetreffende leiding buiten werking is gesteld;
-
2. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-leiding' verkleind of vergroot wordt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de PR 10-6/jaar-contour als gevolg van een wijziging met betrekking tot de desbetreffende leiding kleiner of groter is geworden;
-
3. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-leiding' verkleind of vergroot wordt, indien zulks logischerwijs volgt uit een wijziging van het Besluit externe veiligheid buisleidingen of de Regeling externe veiligheid buisleidingen.
30.5 veiligheidszone - vuurwerk
In afwijking van het bepaalde in hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-vuurwerk' de volgende regels:
-
a. binnen de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-vuurwerk' en buiten de perceelsgrenzen van de risicovolle inrichting, mogen geen nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten worden opgericht;
-
b. burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
-
1. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone-vuurwerk' opgeheven wordt, indien de aanwezige risicovolle inrichting gesaneerd is, dan wel uit nader onderzoek is gebleken dat de aanwezige risicovolle inrichting buiten werking is gesteld, of
-
2. de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - vuurwerk' aangepast wordt indien de situering van de inrichting wordt gewijzigd.
30.6 veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'veiligheidszone - vervoer gevaarlijke stoffen' mogen geen beperkt kwetsbare of kwetsbare objecten als bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen (Bevi) en de Circulaire Risico Normering Vervoer Gevaarlijke Stoffen gebouwd c.q. in gebruik worden genomen, tenzij invulling wordt gegeven aan de verantwoordingsplicht zoals bedoeld in het Besluit externe veiligheid inrichtingen en de Circulaire Risico Normering Vervoer Gevaarlijke Stoffen.
30.7 wro-zone - wijzigingsgebied 1
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 1' (zoekgebied ecologische verbinding De Mast - Noorderbos) zijn burgemeester en wethouders bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van de bestemmingen Agrarisch, Agrarisch met Waarden, Natuur en Bos, met dien verstande dat de wijziging uitsluitend plaats kan vinden ten behoeve van de realisatie van vastgesteld natuur- en landschapsbeleid, zoals het beleid voor de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), een ecologische verbindingszone, het landschappelijk raamwerk en natuur- en/of landschapscompensatie.
30.8 Wro-zone - wijzigingsgebied 2
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'wro-zone - wijzigingsgebied 2' zijn burgemeester en wethouders bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van de bestemming Verkeer-Verblijf met aanduiding 'parkeerterrein', mits mede op basis van een plan inzake de landschappelijke inpassing van het parkeerterrein.