direct naar inhoud van Artikel 8 Maatschappelijk - Begraafplaats
Plan: Goirkestraat beschermd stadsgezicht 2012
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2010033-e001

Artikel 8 Maatschappelijk - Begraafplaats

8.1 Bestemmingsomschrijving
8.1.1 Functies

De voor ´Maatschappelijk - Begraafplaats´ aangewezen gronden zijn bestemd voor:

  • a. begraafplaatsen;
  • b. bouwwerken van algemeen nut.
8.1.2 Bijbehorende voorzieningen

De voor ´Maatschappelijk - Begraafplaats´ aangewezen gronden zijn tevens bestemd voor:

  • a. columbaria, grafmonumenten, zerken en grafbedekking;
  • b. onderkomens t.b.v. personeel (dienstgebouwen);
  • c. groenvoorzieningen;
  • d. objecten voor beeldende kunst;
  • e. verkeers- parkeer- en stallingsvoorzieningen;
  • f. overige gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de bestemming,

voor zover deze behoren bij en ondergeschikt zijn aan de onder 8.1.1 genoemde functies.

8.2 Bouwregels
8.2.1 Algemeen

Bestaande bebouwing welke krachtens een omgevingsvergunning voor het bouwen van een bouwwerk is opgericht en in overeenstemming is met de bestemming volgens dit plan, maar afwijkend van één of meer bebouwingsregels, wordt geacht aan het plan te voldoen. Hieronder wordt tevens vergunde bebouwing verstaan, die nog moet worden opgericht.

8.2.2 Gebouwen

Voor het bouwen van gebouwen gelden de volgende algemene regels:

  • a. de gebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd;
  • b. in afwijking van het bepaalde onder a. mogen ondergeschikte delen van een bouwwerk, voor zover gelegen binnen het bestemmingsvlak, het bouwvlak overschrijden;
  • c. het bebouwingspercentage mag niet meer dan het met de maatvoeringsaanduiding aangegeven maximum bedragen;
  • d. de bouwhoogte mag niet meer dan het met de maatvoeringsaanduiding aangegeven maximum bedragen.
8.2.3 Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

Voor het bouwen van bouwwerken, geen gebouwen zijnde, gelden de volgende regels:

  • a. de hoogte van erf- en terreinafscheidingen mag niet meer dan 3 m bedragen;
  • b. de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, mag binnen het bouwvlak niet meer dan 5 m bedragen.
8.3 Nadere eisen

Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van:

  • a. de situering en afmeting van gebouwen, bouwwerken van algemeen nut en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van:
    • 1. een samenhangend straat- en bebouwingsbeeld;
    • 2. de verkeersveiligheid;
    • 3. de sociale veiligheid;
    • 4. de brandveiligheid;
    • 5. de gebruiksmogelijkheden van aangrenzende gronden.
  • b. werken ten behoeve van nutsvoorzieningen (waaronder kabels en leidingen), verkeers- en vervoersvoorzieningen en groenvoorzieningen;
8.4 Afwijken van de bouwregels
8.4.1 Binnenplans afwijken

Het bevoegd gezag kan, met inachtneming van de voorwaarden in 8.4.2, omgevingsvergunning verlenen voor het binnenplans afwijken van het bepaalde in 8.2.3 voor de hoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die naar hun aard en bestemming toelaatbaar zijn binnen de bestemming ´Maatschappelijk - Begraafplaats´, zulks tot een hoogte van maximaal 10 m.

8.4.2 Voorwaarden

Omgevingsvergunning voor het binnenplans afwijken van de bouwregels kan slechts worden verleend indien:

  • a. gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende gronden en bouwwerken niet onevenredig worden beperkt;
  • b. de sociale veiligheid niet onevenredig wordt aangetast;
  • c. de verkeersveiligheid niet onevenredig wordt aangetast.
8.5 Specifieke gebruiksregels
8.5.1 Strijdig gebruik

Tot een gebruik van gronden en bouwwerken strijdig met de bestemming wordt in elk geval gerekend:

  • a. de uitoefening van enige tak van handel, nijverheid of dienstverlening daaronder begrepen een ambachtelijk of industrieel bedrijf;
  • b. het storten van puin en afvalstoffen, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
  • c. opslag van gerede of ongerede goederen, zoals vaten, kisten bouwmaterialen, werktuigen, machines en onderdelen hiervan, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
  • d. opslag van gebruiksklare of onklare voer- en vaartuigen of onderdelen daarvan, anders dan ter realisering en/of handhaving van de bestemming;
  • e. het plaatsen of geplaatst houden van onderkomens;
  • f. het gebruik van gronden en bouwwerken voor bewoning.