direct naar inhoud van 2.1 Ruimtelijke structuur
Plan: Koolhoven Buiten 2011
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2010017-e001

2.1 Ruimtelijke structuur

Koolhoven is onderdeel van DE Wijk. DE Wijk is de laatste grote uitbreiding van Tilburg aan westelijke zijde. De lange lijnen, het spoor, de Bredaseweg en de Koolhovenlaan / Witbrantlaan die DE Wijk tot een eenheid smeden, geven De Wijk verbondenheid met de stad. DE Wijk heeft een eigen identiteit, ontleend aan de typologie van de stedenbouwkundige hoofdstructuur, de invulling per wijkdeel en bovendien aan het omliggende landschap.

Koolhoven bestaat uit Koolhoven-West,”tuinstad van de 21e eeuw”en Koolhoven-Buiten “wonen in de natuur”. In de afgelopen jaren is Koolhoven West grotendeels gebouwd waarmee ca. 1.300 van het totaalprogramma van ca. 2.000 woningen zijn gerealiseerd. In Koolhoven-Buiten is al een school gerealiseerd.

2.1.1 Landschappelijke setting

De kwaliteiten van DE Wijk worden hoofdzakelijk ontleend aan het bos, de Donge en het kleinschalig agrarisch landschap met houtwallen en bosperceeltjes. Het meest westelijk gelegen deel van het plangebied ligt in het open agrarische landschap en sluit het minst aan op de bosstructuur. De context voor Koolhoven wordt gevormd door het agrarische landschap, de suburbane woonbuurten van de Reeshof en DE Wijk, de landgoederenzone aan de Bredaseweg en het spoor. Wonen in Koolhoven is wonen aan de Donge, in of nabij de bosgebieden.

2.1.2 Plan concept

Het bosgebied ten oosten van Koolhoven is een enorme kwaliteit voor het wonen. Het heeft bovendien een hoge ecologische waarde. Ten westen van de Donge en rondom de manege liggen ook bospercelen.
De Donge wordt ontwikkeld als natuurlijke beek. De Dongezone is in Koolhoven-Buiten zo ruim mogelijk opgevat. Het gehele gebied wordt ingericht als één groot natuurgebied, als beekdal waarin gewoond kan worden. Een natuurgebied met diverse kwaliteiten: bos, struweel als ruimtelijke drager voor de beek die de kleinere beplantingselementen bindt en werkt als ecologische verbinding.
De Koolhovenlaan, evenals de Witbrantlaan in Witbrant, die de verschillende buurten van De Wijk bindt, is ook in Koolhoven-Buiten als centrale as in het plan opgenomen. In Koolhoven-West is de Koolhovenlaan geïntegreerd in de stedenbouwkundige structuur. In Koolhoven Buiten doorsnijdt deze laan de structuur. De totale configuratie wijkt hier af van de richting van de Koolhoven laan en reageert op de beek. De stedenbouwkundige hoofdrichting staat haaks op de Donge. Hiermee wordt beoogd een sterkere ruimtelijke verbintenis met de beek te scheppen.

Koolhoven-West heeft een sterke interne, stedelijk- groene kwaliteit, ontleent aan de lanen en de groene wig. Koolhoven-Buiten vormt het diapositief van West: het wonen wordt omspoelt door de natuur en op iedere plek bestaat er vanuit de woning contact met bestaande en/of nieuwe landschapselementen.

Koolhoven-Buiten is voor 75% omzoomd door oude beukenboscomplexen en bevat 20 ha natuurgebied. Aan de noordzijde is een wallenlandschap ontworpen dat spoorzone, woonclusters en de Dongezone integreren. Aan de zuidzijde grenst het gebied aan de Bredaseweg waarlangs de Tilburgse landgoederenzone is gelegen.

In Koolhoven-Buiten ligt de uitdaging om wonen en natuurontwikkeling te combineren. De Dongezone is de drager van het plangebied.

Ecologisch Adviesbureau Cools heeft in april 2010 onderzoek gedaan naar de ecologische- en groene hoofdstructuur (EHS/GHS) binnen het plangebied en op regionale schaal en heeft een inrichtingsvisie voor de Dongezone opgesteld. Deze inrichtingsvisie is volledig geïntegreerd in het totaalplan voor Koolhoven-Buiten en wordt nader uitgewerkt in het inrichtingsplan.

De basisgedachte van het plan is om alle open ruimte, binnen en buiten de formele EHS/GHS tot één groot natuurgebied in te richten, waarin wordt gewoond.

Binnen de begrenzing van de Dongezone heeft natuur prioriteit en geldt ecologie als een harde randvoorwaarde. De toegankelijkheid voor mensen is sterk beperkt. Open watergebieden en ruigten worden afgewisseld met rietzones en bosschages. Langs de Donge ligt de nadruk op openheid, naar de flanken is de beplanting steeds meer gesloten. Het gebied is wel toegankelijk voor de "grote grazers" die het gaan onderhouden.

Buiten deze formele begrenzing van de EHS/GHS heeft de woonfunctie voorrang en wordt er voldoende ruimte gecreeerd om de woningen optimale kwaliteit te bieden en te laten profiteren van de bijzondere omgeving. Tussen de woonclusters zijn grote open ruimten gelaten, waarmee de bosrand is gekoppeld aan de Dongezone. Uitgangspunt is dat de randen van de tegenover elkaar liggende clusters steeds verschillend zijn. De randen van de woonclusters moeten telkens op een andere wijze worden vormgegeven. De grenzen van de woonclusters moeten bovendien helder worden gedefinieerd. Tussen de clusters en de bebouwing langs de boslaan ligt de bos-parkzone, een gebied wat de gradiënt vormt van het omliggende bos naar het natuurgebied enerzijds en de continuïteit langs de hoofdontsluiting van het woongebied anderzijds - wonen in het groen aan alle kanten! De bos-parkzone is een ruim profiel van steeds wisselende maat, vanaf het begin van de clusters tot aan de ingerichte voortuinen van de kavels langs de boslaan. De hele zone, ook de voortuinen, worden ingeplant met bomen.

Het ecologisch beheer van het enorme natuurgebied vindt plaats met hulp van een aantal wildrunderen - Schotse Hooglanders. Veelal wordt hun begrazingsgebied door vlechthagen begrensd en soms vormt bebouwing de directe begrenzing. Hier ligt een bijzondere architectonische opgave.

Koolhoven-Buiten refereert via de Koolhovenlaan aan de opzet van DE Wijk. Het is vooral ook een sterk ensemble van buurten met een unieke positie: de beek de Donge kruist DE Wijk en is de basis voor de eigenwijze verkavelingsrichting, haaks op de Donge, en niet in de richting van de Koolhovenlaan. In Koolhoven-Buiten is de richting van DE Wijk dus secundair. Waar de Donge en de Koolhovenlaan elkaar kruisen ligt een bijzondere ontwerpopgave: de brug met plateau.

Koolhoven-Buiten heeft een kamstructuur. De Bossen dienen als drager voor de nieuwe ruggengraat: de boslaan (half-) vrijstaande bebouwing langs een slingerende weg, die de overgang van bos naar park, naar natuur vormt. De Donge dient als drager van de open ruimtes tussen de clusters. Deze bebouwingsclusters liggen als tanden van de kam in het Dongedal. De groene ruimtes tussen de clusters openen zich in de richting van de Dongevallei en bieden doorkijken naar de boslaan. De clusters zijn voor bewoners toegankelijk via luwe woonstraten.

Boslaankavels
De boslaan kruist op twee plaatsen de Koolhovenlaan. Via een slingerende weg langs nieuwe en bestaande bosgebieden en met een veelvoud aan wisselende perspectieven worden de woonclusters vanaf de boslaan ontsloten.

De boslaan loopt op de westelijke oever van de kop van cluster 1 in het noorden tot het schoolgebouw in het zuiden. Cluster 3 maakt dus formeel geen onderdeel uit van de principes van de boslaan, juist om deze redenen is een heel zorgvuldig onworpen "entree"-situatie vanuit richting Koolhovenlaan naar het cluster gewenst, door bijvoorbeeld de bebouwing op dit punt naar de ontsluitingsstraat te oriënteren. Op de oostelijke oever loopt de boslaan tussen de kop van cluster 4 in het noorden tot aan cluster 9 in het zuiden. In cluster 8 zuidzijde worden de inrichtingsprincipes van de boslaan gehandhaafd terwijl de architectuur hier kan afwijken van het boslaanprincipe.

De boslaan wordt in de buitenbocht begeleid door losse (half-)vrijstaande bebouwing. Waar de boslaan grenst aan de Dongevallei staat een "kopgebouw" als "accent" en ter beëindiging van de boslaan.

De positionering van de gebouwen op de kavels, draagt eraan bij dat het achterliggende bos een mooie coulisse vormt en daadwerkelijk voelbaar is. De bebouwing aan de buitenzijde van de boslaan varieert van uitstraling, aan elkaar grenzende kavels verschillen van architectuur. Een goede onderlinge afstemming ten aanzien van de breedte van de kavels, afwisseling in typologieën, bebouwingshoogtes en het woningontwerp is essentieel en vergt zorgvuldige regie. Trefwoorden zijn bezonning, doorzicht en privacy. Er is vrijheid om te variëren met de breedte van de kavels (mits daartoe noodzakelijke verschuivingen of reducties van het woningbouwprogramma geen negatieve gevolgen hebben voor de beoogde kwaliteit van andere clusters en/of latere fases).

Een groot deel van de voortuin van de aan de boslaan grenzende villakavels wordt ingeplant met bomen en rhododendrons, waardoor de woning niet vóór maar ín het bos staat en het boskarakter wordt versterkt.

In de binnenbocht wordt de boslaan begeleid door een openbaar groengebied van steeds wisselende maat. Dit groen wordt net als de voortuinen aan de overkant, ingericht met rhododendrons, zodat de bos-parkzone zich uitstrekt tot aan de binnenzijde van de boslaan. Aan deze kant is een ritmische afwisseling van doorkijken naar het natuurgebied van de Dongezone en naar de clusterbebouwing met de bocht mee in steeds andere richtingen. Het beeld in de binnenbocht wordt in belangrijke mate bepaald door de "hoekwoningen" die enerzijds, door de ligging van hun entree en het gevelbeeld, duidelijk zijn georiënteerd op de boslaan anderzijds architectonisch onderdeel uitmaken van de clusters.

Zoals boven beschreven, ontleent de boslaan zijn identiteit aan het specifieke straatprofiel en de losse, (half-)vrijstaande begeleidende woonbebouwing. In de noordelijke clusters 1 en 4, maar ook in het zuidelijke cluster 8, wordt de boslaan op plekken geflankeerd door wat langere rijen clusterwoningen. Het ontwerp van het straatprofiel en de woningen moet hier het karakter van de boslaan wel blijven ondersteunen. De eigenheid van de boslaan mag anderzijds niet concurreren met de identiteit van de clusters.

Voor de bebouwing aan de boslaan zijn architectonische uitgangspunten en kavelpaspoorten beschreven, die in het kwaliteitsboek zijn opgenomen.

Clusterbebouwing

De clusters zijn als schiereilanden gelegen in de Dongezone, met daartussen groene vingers. Zij hebben allemaal een eigen identiteit en vormen qua architectuur, materiaal, kleur, vormgeving en bebouwingsregels een eenheid. De opbouw van de clusters vanaf de boslaan begint altijd met de "hoekwoningen", deze horen qua vormgeving en materialisering bij het cluster en niet bij de boslaan, ook al zijn ze hierop georiënteerd. De koppen van de clusters aan de Dongezone hebben altijd een lage gebouwde rand (1 laag met een verspringende opbouw), een patiotype is hiervoor een wenselijke typologie. Transparantie en doorzichten zijn hiervoor de kernwoorden, waardoor een vanzelfsprekende aflopende silhouet in richting van de Dongezone ontstaat. De opbouwen van de eenlaagse bebouwing kan de silhouet en de kenmerken van de individuele cluster, mits goed ontworpen, versterken.

De ruimte tussen de clusters is van voldoende maat en de onderlinge zichtbaarheid is beperkt. De randen van de clusters vormen de wanden van de groene ruimte ertussen. De vormgeving van de randen is daarom essentieel. Als uitgangspunt geldt, dat de randen van twee tegenover elkaar liggende clusters steeds afwijkend vormgegeven worden en dat de randen van de clusters aan de Koolhovenlaan geen achterkanten vormen met bijbehorende (vergunningsvrije) bouwwerken. Langs de Koolhovenlaan wordt dus een zorgvuldige oplossing voor de kavels nagestreefd, om een rommelig beeld te voorkomen en vanuit de woningen zicht op de Koolhovenlaan te realiseren. Te denken is hierbij aan een met de architectuur van de woningen geïntegreerde erfafscheiding of aan typologieën zoals loggia's vlonders en patio's.

Accenten

Op twee plaatsen zijn accenten opgenomen.

Bij het "landgoed" (cluster 9), als appendix aan de boslaan, is een ensemble van verschillende bouwblokken rondom een collectief verhoogd plein bedacht. Door een brede boszone gescheiden van de overige clusterbebouwing richt dit ensemble zich zowel op de Bredaseweg, het omliggende bos, de Donge en het ervoor liggende weiland. De oriëntatie op de Bredaseweg verdient een uitstraling die deze plek een betekenis geeft in de reeks van villa's en landgoederen langs de Bredaseweg.

De "school" en kinderopvang (westoevernoordzijde aan Koolhovenlaan) is gesitueerd waar Koolhoven-Buiten en -West elkaar raken. De school is reeds gebouwd, naar ontwerp van Pascal Grosfeld. Momenteel wordt er gewerkt aan een tweede uitbreiding van deze school.

Verkaveling

Het programma is verdeeld over de boslaan en de clusters 1 tot 9. Aan de boslaan zijn alleen vrijstaande en halfvrijstaande woningen gesitueerd. De clusters bevatten de hele bandbreedte van grondgebonden woningen – geschakeld, patio, 2-kap. Een uitzondering hierop vormt cluster 9, dat bestaat uit een ensemble van appartementen. In de proefverkaveling wordt aangetoond, dat met het gestelde programma een ruimtelijk aansprekend ontwerp kan worden gerealiseerd. Het is aan de realisator en architect om te zoeken naar optimalisatie van de ruimtelijke kwaliteit.

afbeelding "i_NL.IMRO.0855.BSP2010017-e001_0001.jpg"

verkavelingsplan Koolhoven buiten