direct naar inhoud van 6.2 Milieuhinder bedrijven
Plan: Veemarktkwartier 2010
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2010008-e001

6.2 Milieuhinder bedrijven

Bij het beoordelen van welke (binnen het plangebied of elders gelegen) bedrijven invloed hebben binnen het plangebied is gebruik gemaakt van de desbetreffende milieuvergunning of AMvB (wettelijke afstanden) en de VNG-brochure Bedrijven en Milieuzonering. Laatstgenoemd document betreft een richtlijn en geen wettelijk kader. Er is voor de genoemde richtlijn gekozen, omdat er verder geen goede andere richtlijnen of kaders voorhanden zijn om milieuzonering goed in ruimtelijke plannen af te wegen. In de VNG-uitgave staan richtafstanden voor geur, stof, geluid en gevaar, die gebaseerd zijn op een “gemiddeld” modern bedrijf. Deze richtafstanden gelden vanaf het bedrijf (of de opslagvoorziening of installatie) tot woningen in een ´rustige woonwijk´. Indien het bedrijf afwijkt door grootte, technische voorzieningen et cetera is het mogelijk om gemotiveerd af te wijken van de (indicatieve) afstanden. De afstanden gelden tussen de perceelgrens van de inrichting en de gevel(s) van de woning(en) van derden.

Alle bedrijven binnen het plangebied en daarnaast die bedrijven erbuiten, waarvan de indicatieve milieucontouren over het plangebied liggen, zijn geïnventariseerd. Deze inventarisatie verschaft inzicht tot welke milieucategorie het bedrijf behoort en is gebruikt om de bestaande binnen het plangebied gelegen bedrijven in het bestemmingsplan vast te leggen en eventuele knelpunten te signaleren. Omdat het bestemmingsplan een beheermatig karakter heeft, zijn deze bedrijven uit de inventarisatie in het bestemmingsplan opgenomen. Er is vanuit gegaan dat de bestaande bedrijven voldoen aan de milieuvoorschriften volgend uit de Wet milieubeheer, en zodoende geen overlast veroorzaken voor de omgeving. Voorts is gekeken naar de indicatieve afstanden uit de VNG-brochure, tenzij in de desbetreffende milieuvergunning of AMvB andere normen zijn opgenomen. Een aantal bedrijven is op basis van hun activiteiten en de daarmee samenhangende milieucategorie niet wenselijk op het desbetreffende adres. Een dergelijk bedrijf mag haar bestaande activiteiten voortzetten en eventueel uitbreiden, voor zover de regels dat toelaten. Zodra zo´n bedrijf zijn activiteiten beëindigt, moet worden voldaan aan de milieucategorie die bij de omgeving hoort. Wel mag op de desbetreffende locatie een soortgelijke activiteit plaatsvinden, mits de nieuwe activiteit niet in een hogere milieucategorie valt dan de oude.

De milieucategorie van de bedrijven binnen het plangebied is weergegeven op de verbeelding en/of genoemd in de bestemmingsregels. Deze bevatten tevens een afwijkingsmogelijkheid, die het onder voorwaarden mogelijk maakt om één categorie hoger toe te staan.

Het plangebied omvat een deel van de oude binnenstad waaronder o.a. een groot kantoorpand, een deel van het Horeca-concentratie gebied (inclusief het popcentrum) en nog een gemend gebied aan de Tivolistraat en een stukje van de St Josephstraat. In het gehele gebied is sprake van een mening van wonen en bedrijfsmatige activiteiten. Om deze bestemmingen naast elkaar mogelijk te maken wordt voor de bestemmingen "Centrum-binnenstad" en "Gemengde doeleinden binnenstad" gebruik gemaakt van de bedrijvenlijst functiemening uit het boekje "bedrijven en milieuzonering" van de VNG (uitgaven 2009, bijlage 4). Deze lijst kan toegepast worden voor een gebied dat zich kenmerkt door een sterke mate van functiemenging waarin woningen, winkels, kleine bedrijven en horeca tot de mogelijkheden horen.

De nieuwe lijst is afgestemd op de diverse (gezondheids)effecten van de milieubelasting op de gevoelige bestemmingen op korte afstand. Zo mogen activiteiten voor het gevaarsaspect niet groter zijn dan milieucategorie 1. Hierdoor verminderd de kans op slachtoffers. En anderzijds wordt voor het aspect geluid juist een milieucategorie 3.1. toegestaan. Omdat er al sprake is van een levendige omgeving, met de daarbij behorende ontsluitingswegen is het achtergrond niveau al relatief hoog. De hogere milieucategorie voor geluid wordt dan ook als minder storend ervaren dan wanneer dergelijke activiteit in een rustige omgeving zou plaatsvinden.

Voor de horecagelegenheden is aansluiting gezocht bij de indeling zoals vermeld in de planvoorschriften. Gezien de aard en samenstelling zijn horeca I en II bedrijven vanuit milieu oogpunt in te passen nabij een gemengd gebied waarin woningen afgewisseld worden met diverse andere activiteiten. De gebieden waar een concentratie is van horecagelegenheden is vallen onder de bestemming centrum-horeca. Deze bestemming is gegeven aan de inrichtingen die liggen in het horecaconcentratie gebied. Dit gebied is zodanig gesitueerd dat hier activiteiten t/m horeca III mogelijk zijn. De Horeca I en II zijn gezien hun aard en samenstelling met het treffen van extra voorzieningen in te passing in overige bestemmingen. Deze inrichtingen vallen onder het Besluit algemene regels voor inrichtingen milieubeheer (het Activiteitenbesluit). Door het treffen van (akoestische)voorzieningen kan het horecabedrijf voldoen aan de normen uit het besluit.