direct naar inhoud van 4.1 Uitgangspunten wonen
Plan: Groeseind 2007 1e herz (Goirkezijstraat)
Status: onherroepelijk
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2009047-e001

4.1 Uitgangspunten wonen

4.1.1 Speerpunten

Het gemeentelijk woonbeleid (zowel kwalitatief als kwantitatief) volgt uit de vierjaarlijkse WoonVisie en de jaarlijkse nota Wonen. Eén van de speerpunten van het woonbeleid is meer ruimte te bieden aan mensen om hun woonwensen te realiseren. De vraag naar kwaliteit, zowel van de woning als van de woonomgeving, komt hiermee meer centraal te staan. Daarnaast streven de nota's naar een ´stad in balans´, een stad waarin voldoende mate van differentiatie in het woningaanbod is zodat iedereen passende woonruimte kan vinden ongeacht waar men wil wonen. Dit vraagt dus ook een zekere mate van differentiatie bij (grotere) bouwinitiatieven. In deze paragraaf wordt het voor dit bestemmingsplan relevante woonbeleid nader belicht.

4.1.2 Woonvisie

In de WoonVisie is de stad ingedeeld in vijf woonmilieus, zowel huidig als gewenst. Door de typering in woonmilieus wordt per gebied een duidelijke richting gegeven waarnaar een gebied zich zal ontwikkelen, onder andere gericht op dichtheid, bereikbaarheid, voorzieningen en (menging van) functies. De eerder genoemde 'stad in balans' dient vorm te krijgen binnen deze woonmilieus.

De kwaliteit van de woning en de woonomgeving wordt in de WoonVisie onder andere benaderd door het benoemen van woonmilieus. Oud Noord is in de WoonVisie getypeerd als een stedelijk buiten-centrum woonmilieu. Dat wil zeggen een gebied met een redelijke woondichtheid, een matige dynamiek en redelijke mate van stapeling. war de nadruk ligt op de woonfunctie. De woningvoorraad in Oud Noord bestaat uit een mix van eengezinswoningen in de koopsector en huurwoningen van de woningcorporaties in zowel gestapelde als grondgebonden vorm.

De strategie voor Oud Noord is gericht op behoud en waar mogelijk versterking van het bestaande woonmilieu. Dit betekent op bepaalde plekken een verbetering van het uitrustingsniveau van de woningen alsmede een kwaliteitsverbetering van het openbaar gebied. Voor nieuwbouw geldt in dit opzicht aansluiting op het huidige karakter en bebouwing in de wijk. Gezien de kwalitatieve woningbehoefte en de gewenste differentiatie in het woningaanbod, hebben grotere grondgebonden woningen (met uitn) in de koopsfeer hierbij de voorkeur. Vanuit het principe van woonzorgservicezones is uitbreiding van geschikte huisvesting voor ouderen en zorgbehoevenden (levensloopbestendige woningen) gewenst.

4.1.3 Kwalitatief Woningbehoefteonderzoek

Uit het vierjaarlijkse woningbehoefte-onderzoek waarvan de meest recente is uitgevoerd in 2004, blijkt dat de woonwensen van verhuisgeneigde huishoudens wat bescheidener zijn dan vier jaar geleden. De vraag naar koopwoningen is groot al is deze ten opzichte van 2000 wat afgenomen, de gewenste huur- en koopprijzen liggen wat lager, de grote vraag naar vrijstaande en half-vrijstaande typen is afgenomen ten gunste van de rijtjeswoning, en de vraag naar grote woningen is afgenomen ten faveure van de driekamerwoning.

Toch betekent dit niet dat de Tilburgse woningmarkt in kwalitatief opzicht in evenwicht is. Als de vraag naar woningen wordt afgezet tegen het aanbod, blijft er een relatief overschot aan rijtjeshuizen en met name huurflats zonder lift, terwijl er een relatief tekort is aan vrijstaande en half-vrijstaande woningen in de koopsector, en aan flatwoningen met lift in met name de huursector. Bedacht moet worden dat het aantal koopstarters weer zal oplopen zodra een economisch herstel optreedt, het consumentenvertrouwen opveert en de prijzen in de koopsector stabiel blijven. Deze verwachting is gebaseerd op de landelijke trend dat veel woonconsumenten blijvend gericht zijn op een kwalitatief hoogwaardige en ruime (koop)woning.

Uit het Kwalitatief Woningbehoefte-onderzoek (Gemeente Tilburg, 2004) is gebleken dat de bevolkingssamenstelling van Oud-Noord geringe verschillen kent met Tilburg als geheel. Het gemiddelde besteedbare huishoudinkomen is laag. In de wijk staan veel rijtjeshuizen en kleine woningen, goedkope huurwoningen en goedkope en middeldure koopwoningen. Oud Noord kent een evenwichtige verdeling tussen huur en koop. In de wijk is 7% van de woningvoorraad bestemd voor 55-plussers tegen een gemiddelde van 9% voor heel Tilburg.

Verder blijkt uit het Kwalitatief Woningbehoefte-onderzoek dat de tevredenheid met de woning wat achter blijft bij diverse andere wijken. Ook de tevredenheid met de woonomgeving is niet zo groot.

4.1.4 Conclusie

Het invullen van een binnenterrein met woningbouw past binnen de strategie van versterking van het bestaande woonmilieu. Op het terrein waren tot voor kort enkele bedrijven gevestigd. Het realiseren van grondgebonden woningen met tuin sluit uitstekend aan bij de vigerende woningbehoefte. Verder sluit dit type woonbebouwing goed aan op de grondgebonden woonbebouwing in de directe omgeving. Gesteld kan worden dat dit initiatief past bij de woonvisie voor dit gebied.