Plan: | HaVeP-terrein |
---|---|
Status: | onherroepelijk |
Plantype: | bestemmingsplan |
IMRO-idn: | NL.IMRO.0855.BSP2008030-e001 |
In het verleden is het terrein in gebruik geweest als textielfabriek. Op het terrein waren enkele panden aanwezig het overige deel van het terrein was grotendeels verhard. Momenteel is alle bebouwing gesloopt en is de verharding verwijderd. Het terrein ligt nu braak. Het gebied beslaat een oppervlakte van ca. 38.250 m2 en is gelegen in het stroomgebied van de Dommel en de Zandleij. De locatie behoort zowel kwalitatief als kwantitatief tot het beheergebied van Waterschap de Dommel.
In de voormalige situatie was de locatie vrijwel geheel verhard. Zowel de gebouwen als de verharding waren aangesloten op een gemengd rioleringstelsel. Via dit rioleringstelsel werd al het vuil- en het hemelwater afgevoerd naar het eindgemaal Moerenburg.
Rondom het plangebied is een gemengd rioolstelsel aanwezig. Via dit rioleringstelsel wordt vuil- en het hemelwater uit de omgeving van het plangebied afgevoerd naar de rioolwaterzuivering Tilburg Oost. Een uitzondering vormen de bedrijfspanden met de huisnummers 301, 303 en 305 aan de Ringbaan Zuid. Het hemelwater van deze panden en het omliggende terrein watert af op een infiltratievijver langs de ringbaan. Volgens opgave van de gemeente Tilburg heeft deze infiltratievijver een inhoud van 530 m3. De afwatering op de infiltratievijver is een absoluut systeem, zonder overstort. Bij een eventuele uitbreiding van de infiltratievijver dient hier rekening mee gehouden te worden.
Het plangebied zal worden herontwikkeld tot woongebied. Onderhavig plangebied is opgesteld ten behoeve van deze herontwikkeling. In grote lijnen bestaat de toekomstige inrichting uit een tweetal woongebieden, welke van elkaar worden gescheiden door een nieuw aan te leggen woonstraat. Deze nieuwe woonstraat loopt in het verlengde van de Generaal Smutslaan, naar de Oude Goirleseweg. Aan de zuidzijde van het plangebied, langs de Ringbaan Zuid is een groengebied geprojecteerd.
Voor het uitwerken van het watersysteem is met name de oppervlakte die verhard zal worden van belang. Op basis van de situatie tekening d.d. 17-09-2009 heeft een berekening van de oppervlakten plaatsgevonden. De totale oppervlakte van het plangebied bedraagt 38.250 m2
In het navolgende schema staan de deeloppervlakken weergegeven.
Dit betekent dat in de toekomstige situatie circa 22.570m2 verhard oppervlak aanwezig zal zijn.
In 2006 is door Cauberg-Huygen onderzoek verricht naar de bodemopbouw en de geohydrologische kenmerken van het plangebied, met als doel te onderzoeken of de bodem geschikt is voor het infiltreren van regenwater. De resultaten van dit onderzoek staan beschreven in het rapport 2005.2666-02: "Watertoets uitbreiding bestemmingsplan "Oerle" te Tilburg". In dit hoofdstuk zijn de resultaten en de conclusie van dit onderzoek beknopt beschreven.
De bodem van het plangebied bestaat globaal uit zwak tot sterk siltig, zeer fijn zand. Plaatselijk komt op een diepte van 1,30 tot 1,80 m minus maaiveld leemlaagjes voor. Ten tijde van het grondonderzoek is een grondwaterspiegel aangetroffen van 3,8 m minus maaiveld.
Ter plaatse zijn twee doorlatendheidmetingen verricht met behulp van de omgekeerde boorgatmethode met een diepte van 0,8 m en van 2,0 m minus maaiveld. De resultaten van deze metingen staan in het onderstaande schema weergegeven.
Het plangebied is gelegen nabij het hoogste punt van Tilburg. Het terrein loopt af van zuid naar noord. Het hoogste punt is gelegen in de zuidwesthoek op ca. 16.50m +NAP. De noordwestelijke hoek is het laagst. Deze hoek ligt op ca. 15,20+ NAP. De oostelijke rand loopt af van ca. 15,60 m NAP naar 15,40 m +NAP.
Uit de rapportage blijkt dat het grondwater in het plangebied vrij diep staat, namelijk minstens op 3,0 m minus maaiveld. Uit peilbuis in de buurt van het plangebied, blijkt dat de GHG ligt tussen de 12,00 en de 12,20 m +NAP.
Aan de zuidwestzijde van de locatie op ca 2 kilometer afstand stroomt de Leij. Op ca. 500 meter van de locatie zijn diverse waterplassen gelegen. In de onmiddellijke omgeving van het plangebied is geen oppervlaktewater aanwezig.
Gezien er in de directe omgeving geen oppervlaktewater aanwezig is en de doorlatendheid van de bodem goed is, ligt het voor de hand om te kiezen voor het infiltreren van water in de bodem. Er zijn verschillende systemen om hemelwater in de bodem te infiltreren, zoals infiltratievijvers; wadi's; kunststof infiltratiekratten; waterdoorlatende rioolbuizen of waterdoorlatende verharding.
De gemeente Tilburg heeft in haar waterparagraaf d.d. 28-06-2004 reeds haar voorkeur uitgesproken om in het plangebied een conventioneel gescheiden rioolstelsel aan te leggen, waarbij hemelwater afgevoerd wordt naar de reeds bestaande infiltratievijver aan de Ringbaan. Vuilwater wordt binnen het plangebied verzameld en aangesloten op het bestaande gemengde stelsel rondom het plangebied.
In een overleg tussen de gemeente en de ontwikkelaar d.d. 15-09-2009 heeft ook de ontwikkelaar haar voorkeur uitgesproken voor deze variant.
Conform het voorstel van de gemeente Tilburg wordt er in het plangebied een conventioneel gescheiden rioolstelsel aangelegd. Vuilwater wordt per perceel verzameld en aan de perceelgrens aangeboden. Vanaf hier wordt het vuilwater via een rioolstelsel getransporteerd naar het omliggende gemengd stelsel, van waaruit het wordt afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie.
Ook het hemelwater wordt per perceel verzameld en aan de perceelsgrens aangeboden. Het hemelwater wordt via een hemelwaterstelsel verder getransporteerd naar de bestaande infiltratievijver aan de Ringbaan. Hiertoe dient aan de zuidzijde, tussen de toekomstige hoogbouw en het bestaande garagebedrijf een nieuwe leiding aangelegd te worden. Deze leiding kan aangesloten worden op de bestaande transportleiding, langs de Ringbaan, richting de infiltratievijver. Bij de verdere uitwerking van het rioleringsplan dient te worden bezien of de capaciteit van deze bestaande leiding voldoende is.
Door het extra wateraanbod, zal de bestaande infiltratievijver vergroot moeten worden. De Gemeente Tilburg gaat ervan uit dat 10 mm van het verharde oppervlak geborgen moet kunnen worden. Bij een toekomstig verhard oppervlak van circa 22.570 m2 betekent dat er 226 m3 geborgen moet kunnen worden. Om deze berging te kunnen realiseren moet de infiltratievijver zodanig worden aangepast dat de capaciteit van de infiltratievijver met 226 m3 wordt vergroot. De vergroting van deze retentievijver maakt onderdeel uit van de privaat-rechtelijke overeenkomst tussen de gemeente en de ontwikkelingscombinatie HaVeP. In het voorliggend bestemmingsplan zijn binnen alle bestemmingen de functies water en waterhuishoudkundige voorzieningen toegestaan.
Navolgende figuur geeft een weergave van de bestaande leiding en vijver, waarbij met de nog technisch nader uit te werken oplossing bij aangesloten zal worden.
Materiaalgebruik
Afkoppeling van het hemelwater van het afvalwater maakt dat er in de bebouwing geen materialen gebruikt mogen worden die de grondwaterkwaliteit negatief kunnen beïnvloeden. Het betreft uitlogende materialen zoals zink en lood. Dat betekent dat slechts duurzame, niet-uitloogbare materialen gebruikt worden.