Artikel 36 Algemene aanduidingsregels
36.1 Geluidzone-industrie
In afwijking van hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Geluidzone-industrie' de volgende regels:
-
a. voor het bouwen geldt dat geen nieuwe bouwwerken mogen worden gebouwd ten behoeve van geluidsgevoelige functies, met uitzondering van: ver-/nieuwbouw van bestaande gebouwen waarbij de bestaande oppervlakte van het gebouw, in generlei opzicht wordt vergroot of veranderd; onder verbouwen wordt hier verstaan het bouwkundig veranderen van (een deel) van het gebouw en/of (een van) de daartoe behorende gevels; onder nieuwbouw wordt hier verstaan het geheel of nagenoeg geheel vernieuwen van een gebouw, waarbij de situering, bouwhoogte en bouwmassa geheel of nagenoeg geheel overeenkomen met het gesloopte gebouw; de bouw van een bijgebouw bij een woning of de uitbreiding van een bestaande geluidsgevoelige functie conform de in de basisbestemming voorgeschreven bebouwingsregeling;
-
b. burgemeester en wethouders kunnen ontheffing verlenen van het bepaalde in dit lid, onder a., indien:
-
1. is of kan worden voldaan aan de wettelijke voorkeursgrenswaarde als bedoeld in de Wet geluidhinder, of indien;
-
2. ontheffing van de voorkeursgrenswaarde is verleend;
-
c. burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat de gebiedsaanduiding 'geluidszone - industrie' opgeheven wordt indien de bron van de geluidszone is opgehouden te bestaan.
36.2 Reconstructiewetzone-extensiveringsgebied
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Reconstructiezone-extensiveringsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor een extensiveringsgebied als bedoeld in de Reconstructiewet concentratiegebieden en de daarop gestoelde regels en plannen.
36.3 Reconstructiewetzone-verwevingsgebied
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Reconstructiezone-verwevingsgebied' zijn de gronden mede bestemd voor een verwevingsgebied als bedoeld in de Reconstructiewet concentratiegebieden en de daarop gestoelde regels en plannen.
36.4 Veiligheidszone-bevi
In afwijking van hoofdstuk 2 gelden ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Veiligheidszone - bevi' de volgende regels:
-
a. binnen de gebiedsaanduiding 'Veiligheidszone-bevi' en - voor zover van toepassing - buiten de perceelsgrenzen van de risicovolle inrichting, mogen geen nieuwe (beperkt) kwetsbare objecten worden opgericht;
-
b. burgemeester en wethouders kunnen het bestemmingsplan wijzigen in die zin dat:
-
1. de gebiedsaanduiding 'Veiligheidszone-bevi' opgeheven wordt, indien de aanwezige risicovolle inrichting of buisleiding gesaneerd of verplaatst is, dan wel uit nader onderzoek is gebleken dat de aanwezige risicovolle inrichting of buisleiding buiten werking is gesteld, of
-
2. de gebiedsaanduiding 'Veiligheidszone-bevi' verkleind wordt, indien uit nader onderzoek is gebleken dat de PR 10-6/jaar-contour als gevolg van een wijziging in of van een risicovolle inrichting of buisleiding kleiner is geworden;
-
3. de gebiedsaanduiding 'Veiligheidszone-bevi' verkleind wordt, door een wijziging van ter zake relevante regelgeving.
36.5 Wro-zone-wijzigingsgebied 1, 2 en 3
Ter plaatse van de gebiedsaanduidingen 'Wro-zone-wijzigingsgebied 1', 'Wro-zone-wijzigingsgebied 2' en 'Wro-zone-wijzigingsgebied 3' zijn burgemeester en wethouders bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van de dubbelbestemming 'Waarde-Ecologie', met dien verstande dat de wijziging uitsluitend plaats kan vinden ten behoeve van de realisatie van vastgesteld natuur- en landschapsbeleid, zoals het beleid voor de Ecologische Hoofdstructuur (EHS), een ecologische verbindingszone, het landschappelijk raamwerk en natuur- en/of landschapscompensatie buiten de EHS.
36.6 Wro-zone-wijzigingsgebied 4
Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Wro-zone-wijzigingsgebied 4' zijn burgemeester en wethouders bevoegd het plan te wijzigen ten behoeve van de bestemming 'Water', al dan niet in combinatie met de functie-aanduiding 'specifieke vorm van water-helofytenfilter'.
36.7 Vrijwaringszone-beschermingszone natte natuurparel
-
a. Ter plaatse van de gebiedsaanduiding 'Vrijwaringszone-beschermingszone natte natuurparel' is het verboden zonder of in afwijking van een schriftelijke vergunning van burgemeester en wethouders (aanlegvergunning) de volgende werken en werkzaamheden uit te voeren of te laten uitvoeren:
-
1. het verzetten van meer dan 100 m3 grond of op een diepte van meer dan 0.60 m onder het maaiveld, één en ander voor zover geen vergunning vereist is in het kader van de Ontgrondingenwet;
-
2. de aanleg van drainage, ongeacht de diepte, tenzij het gaat om vervanging van een reeds bestaande drainage;
-
3. het verlagen van de waterstand, anders dan door middel van het graven van sloten of het toepassen van drainagemiddelen, met uitzondering van grondwateronttrekkingen;
-
4. het aanbrengen van niet-omkeerbare verhardingen en/of verharde oppervlakten van meer dan 100 m2, anders dan een bouwwerk.
-
b. Het in onderdeel a vervatte verbod is niet van toepassing op werken en werkzaamheden welke:
-
1. het normale onderhoud en/of gebruik betreffen;
-
2. reeds in uitvoering zijn, dan wel krachtens een verleende vergunning reeds mogen worden uitgevoerd op het tijdstip van het van kracht worden van dit plan.
-
c. De in onderdeel a genoemde vergunning kan slechts worden verleend, indien geen onevenredige afbreuk wordt gedaan aan het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de desbetreffende natte natuurparel. Alvorens te beslissen over het verlenen van een aanlegvergunning winnen burgemeester en wethouders advies in bij het waterschap en de provincie.