direct naar inhoud van Hoofdstuk 9 Financiële paragraaf
Plan: Bedrijventerrein Vossenberg 2008
Status: geconsolideerde versie
Plantype: bestemmingsplan
IMRO-idn: NL.IMRO.0855.BSP2008013-f001

Hoofdstuk 9 Financiële paragraaf

Het bestemmingsplan is ontwikkeld in het kader van het plannings- en prioriteitenschema dat is opgesteld voor de ontwikkeling van beheerbestemmingsplannen. Op basis van dat schema zijn de nodige financiële middelen gereserveerd voor het opstellen van de diverse beheerbestemmingsplannen.

In het bestemmingsplan is echter een 2-tal nieuwe ontwikkelingen opgenomen.

De realisering van de 5 windturbines op het bedrijfsterrein van Fuji geschiedt in opdracht van Fuji door Eneco. Eneco draagt ook zorg van de feitelijke plaatsing en de exploitatie van de windturbines. Vanwege het opnemen van deze nieuwe ontwikkeling in het onderhavige bestemmingsplan is een planschadeovereenkomst afgesloten met de intiatiefnemer.

De tweede nieuwe ontwikkeling, zijnde de uitbreiding van een bestaand pallet - en emballagebedrijf aan de Minosstraat door toevoeging van een circa 0.9 hectare groot bosperceel ten zuidoosten van dat bedrijf bij haar bedrijfsterrein.

Door de omzetting van het circa 0,9 hectare grote bosperceel tot bedrijfsterrein zal dat bosperceel dus als natuurgebied vervallen. In overleg met de gemeente Tilburg, de Groene Malpartners is de Fa. Van de Wijgert overeengekomen dat een gebied ter grootte van 6-maal de oppervlakte van het betreffende bosperceel als nieuw natuurgebied zal worden aangelegd en dit in het gebied tussen de Spinder en De Mast.

Het gebied voor de nieuwe natuurontwikkeling heeft een oppervlakte van circa 6,1 hectare en is meegenomen in onderhavige bestemmingsplan.

Aan de nieuwe ontwikkelingen zijn voor de gemeente derhalve in totaal geen kosten verbonden.

In het onderhavige bestemmingsplan zijn verder geen veranderingsgebieden opgenomen waar in de nabije toekomst ontwikkelingen zullen plaatsvinden.

In geval een toekomstige ontwikkeling binnen het bestemmingsplan een gemeentelijke grondexploitatie betreft, zal afhankelijk van het te verwachten resultaat een prioriteitenafweging gemaakt moeten worden waarna, bij positieve besluitvorming, de dekking binnen de Beleidsanalyse Grondexploitatie verantwoord zal worden. Derhalve worden alleen gemeentelijke exploitatieplannen in uitvoering genomen waarvan het resultaat gedekt is.

Ingeval een toekomstige ontwikkeling binnen het bestemmingsplan een particuliere grondexploitatie betreft en er voor het realiseren van het plan voorzieningen van openbaar nut nodig zijn, is de Exploitatieverordening Gemeente Tilburg 2001 van toepassing. In deze gevallen, waar de gemeente zelf geen grond exploiteert en de voorzieningen en overige kosten dus niet zelf in de grondprijs kan verdisconteren, wordt doorgaans met initiatiefnemers een exploitatieovereenkomst gesloten op basis van de genoemde verordening. In deze overeenkomst worden alle gemeentelijke kosten bij de initiatiefnemers in rekening gebracht, zoals de gemeentelijke plan- en apparaatskosten, de kosten 'Reserve Bovenwijkse Voorzieningen' en kosten van voorzieningen van openbaar nut, waaronder herstel van aangebrachte schade. Eveneens wordt een planschadeovereenkomst afgesloten. Door het afsluiten van een exploitatieovereenkomst en planschadeovereenkomst zijn deze plannen kosten neutraal voor de gemeente en derhalve economisch uitvoerbaar.

In geval er sprake is van bodemverontreiniging zullen de saneringskosten in het resultaat meegenomen worden wanneer in de praktijk blijkt dat deze kosten niet op de aankoopprijs in mindering kunnen worden gebracht óf dat deze kosten niet op de vervuiler te verhalen zijn. Bij particulier initiatief zullen de kosten op de particuliere exploitant worden verhaald door middel van een af te sluiten exploitatieovereenkomst indien de sanering door de gemeente wordt uitgevoerd.